Justitie hoeft document niet aan De Vlieger af te staan

Volgens De Vlieger heeft justitie het rechtshulpverzoek opzettelijk laten uitlekken. Dit zou gebeurd zijn om hem onder druk te zetten aangifte tegen Willem Holleeder te doen. De zakenman spande een kort geding aan om een afschrift van het document te krijgen teneinde zo te kunnen zien hoe hij ‘verdere reputatieschade’ kan voorkomen.

Volgens de rechter kon De Vlieger niet aannemelijk maken dat justitie het uitleveringsverzoek opzettelijk naar buiten heeft gebracht. Het OM heeft dit ook nadrukkelijk ontkend. Volgens justitie is het document per ongeluk bij een verkeerd vertaalbureau beland door een fout van een medewerker van het OM. Via dit bureau kwam het vertrouwelijke document uiteindelijk bij dagblad De Telegraaf terecht.

Het stuk bevat onder meer een lijst van getuigen in het afpersingsonderzoek. Het uitlekken van de identiteit van deze getuigen ligt zeer gevoelig, wegens hun veiligheid. De Vlieger heeft altijd ontkend dat hij is afgeperst, maar het OM vermoedt dat veel getuigen te bang zijn om aangifte te doen of te getuigen.

Justitie is in de strafzaak tegen Holleeder voor een belangrijk deel aangewezen op het gebruik van anonieme getuigen, omdat van de verdachten in deze zaak een grote geweldsdreiging zou uitgaan. De criminele organisatie die Holleeder zou hebben geleid, hield zich volgens het OM namelijk ook bezig met het (laten) uitvoeren van liquidaties.

De Vlieger is sinds begin vorig jaar zelf onderwerp van onderzoek. Het OM verdenkt hem ook van betrokkenheid bij afpersing.

Landsavocaat W. Heemskerk stelde tijdens de behandeling van het kort geding dat het OM nog geen antwoorden heeft gekregen uit Spanje en dat De Vlieger wegens het onderzoeksbelang in zijn strafzaak geen afschrift van het verzoek kan krijgen. ‘Het zou funest zijn als De Vlieger voor beantwoording inzage krijgt in het stuk’, benadrukte Heemskerk.

De advocaat van De Vlieger, Benno Friedberg, gaat in hoger beroep tegen de uitspraak. ‘Wij hebben nu namelijk een verklaring van het vertaalbureau dat gelekt zou hebben. Daarin staat dat het bureau helemaal geen e-mail van justitie heeft gehad. Daarom kan het ook de informatie niet aan De Telegraaf hebben gelekt’, stelt hij vast. ‘Iemand moet dus iets hebben verklaard dat niet met de feiten strookt.’