reportagearbeidskansen jonggehandicapten
Jongeren met een beperking kunnen met een klein zetje wellicht wel aan een baan komen
Jongeren met een arbeidsbeperking verdwijnen gemakkelijk van de radar. Het kabinet probeert hen met een ‘breed offensief’ in het vizier van werkgevers te krijgen. In Utrecht gaan jongeren aan de slag via een particulier initiatief: ‘DJ Cozey’ loopt stage in TivoliVredenburg en Cansu Hanci doet werkervaring op in een kinderdagverblijf.
De 17-jarige Rabia staat met de handen in haar zij, borst vooruit. Ze staat tussen de flessen cola en Sprite in de koelcel van muziekcentrum TivoliVredenburg. Alleen de ogen, die wegkijken, verraden onzekerheid. Rabia Şahinbaş zit in het laatste jaar van het praktijkonderwijs. Als ‘jongere met afstand tot de arbeidsmarkt’ wacht haar na school een onzekere tijd. Toch is haar droom al uitgekomen: ze loopt stage bij de Utrechtse poptempel.
Ze is de eerste stagiair van het team hospitality preproductie van TivoliVredenburg. Uitzonderlijk dus, vooral voor een meisje dat wat meer tijd nodig heeft dan de meesten. Geef haar geen twee taken tegelijk, anders wordt het chaotisch in haar hoofd. Maar met gerichte instructies, soms twee of drie keer herhaald, is ze uitstekend in staat om de bestelde drankjes bijeen te zoeken en klaar te zetten in de artiestenkleedkamers.
Ook voor Cansu Hanci (16), net als Rabia leerling van het Pouwer College in de Utrechtse wijk Overvecht, liggen de banen straks niet voor het oprapen. Ze loopt stage bij kinderdagverblijf Willemijne in Utrecht. Cansu heeft niet altijd de juiste woorden paraat om zich uit te drukken, vindt rekenen en taal lastig, maar kan veel, zegt kinderleidster Hanneke Roelofsen. ‘Ze is gegroeid en durft meer zelf. Hier wordt ze zelfstandig.’ Cansu vouwt de was, maakt de tafels schoon, knutselt met de kinderen. Ze droomt van een baan in het basisonderwijs.
Toegang tot Wajong beperkt
Jongeren zoals Rabia en Cansu, die het zonder begeleiding niet redden op de arbeidsmarkt, staan hoog op de prioriteitenlijst van staatssecretaris Tamara van Ark (VVD) van Sociale Zaken. In het verleden gingen veel van deze leerlingen na school rechtstreeks de Wajong in, de uitkering voor jongeren met een beperking. Anderen, met name van het speciaal onderwijs, vonden een plek in de sociale werkplaats om simpele taken uit te voeren (folders vouwen, bonbons inpakken), met loongarantie voor het leven.
Staatssecretaris Van Arks voorgangers in de kabinetten-Rutte I en II sloten de sociale werkplaatsen en beperkten de toegang tot de Wajong. Mensen met een beperking moesten zoveel mogelijk werk vinden tussen reguliere collega’s. Om werkgevers te stimuleren arbeidsgehandicapten in dienst te nemen, legde de overheid geld bij in de vorm van loonkostensubsidie.
Bijna vier jaar na invoering van de nieuwe wetgeving schort het in de uitvoering. Zeker 100 duizend mensen met een handicap (fysiek of mentaal) zitten thuis, blijkt uit overheidsstatistieken. Waarschijnlijk zijn er nog eens duizenden werklozen die met begeleiding zouden kunnen werken, maar die niet voorkomen in de kaartenbakken. Vooral jongeren die van het speciaal of praktijkonderwijs komen dreigen van de radar te verdwijnen. Gemeenten die naar ze om zouden moeten zien, hebben een perverse prikkel om dit niet te doen. Zolang ze nog geen 27 zijn en bij hun ouders wonen, hebben ze geen recht op een uitkering en kosten ze dus geen geld.
Daarom lanceert Van Ark een ‘breed offensief’: een pakket van vereenvoudigde regelgeving, een wortel en stok voor gemeenten en werkgevers, en een vergrootglas op de doelgroep zodat werkgevers de mensen beter kunnen vinden. Donderdag debatteert de staatssecretaris erover met de Tweede Kamer. Het offensief is nog grotendeels een potloodschets. Tal van ‘werkgroepen’ moeten het plan gaan inkleuren.
Terwijl de staatssecretaris delibereert, wordt lokaal het heft in eigen handen genomen. Rabia en Cansu danken hun stage aan een digitaal visitekaartje met de hippe naam Bizzerd.work. Met dit platform hoefden ze geen ingewikkelde sollicitatiebrieven te schrijven vol deftige woorden – niet hun sterkste kant – maar konden ze zichzelf voorstellen in een filmpje en op vrolijke manier hun talenten en doelen beschrijven.
Extra zetje
Tim Geertshuis, hoofd van het hospitality-team van TivoliVredenburg, had Rabia nooit opgemerkt als hij niet het linkje van haar ‘Bizzerd’ had ontvangen. Nu was het een kwestie van klikken op play. ‘Waarom ik wil werken bij Tivoli’, zei Rabia in de camera. ‘Omdat ik gitaar speel en dj ben.’ Onder artiestennaam DJ Cozey draait ze zelf plaatjes. Geertshuis was gecharmeerd. Het muziekcentrum moet ook een plek zijn voor mensen die een extra zetje nodig hebben, vindt hij. ‘Ik hoop dat het een goede traditie wordt.
Bizzerd.work ontsproot vorig jaar aan het brein van de jonge arts Susanne Boers toen ze meedeed aan de Nationale Denktank, een jaarlijks maatschappelijk project voor hoogopgeleide jongeren. Boers bedacht een manier om alle informatie die over jongeren met een beperking bij tal van instanties in mapjes zit – school, gemeente, jobcoach, UWV – te bundelen in een app. De spil is de jongere zelf, die zich met filmpjes, tekst en foto’s kan voorstellen.
Het idee werd werkelijkheid toen ze een ondernemer vond die het platform kon maken. Sinds dit jaar proberen enkele Utrechtse scholen het visitekaartje uit, onder andere het Pouwer College van Rabia en Cansu. Vooralsnog levert de pilot op deze school vooral stages op. Maar, zegt Cansu’s stagebegeleider, de bedoeling is dat leerlingen straks zo goed hun weg weten in hun eigen Bizzerd dat ze er zelf de boer mee op durven.
Klein muisje
Een beetje pr voor zichzelf kunnen ze wel gebruiken wanneer ze de arbeidsmarkt opgaan. Leerling Cansu stoort zich aan leeftijdsgenoten die neerkijken op het praktijkonderwijs. ‘Zit jij op Pouwer? Dat is voor schut, zeggen ze dan. Slaat nergens op, vind ik.’ Kinderleidster en Cansu’s tijdelijke werkgever Roelofsen is het roerend met haar eens. ‘We komen zoveel mensen tekort die met hun handen kunnen werken. Ook al heb je dat stomme diploma niet, je kan heel ver komen.’
Een eerste indruk kan vertekenend werken, weet Roelofsen. Ze zag in Cansu’s video een ‘lekker brutaal en lacherig’ meisje. Heel anders dan het ‘kleine muisje’ dat op bezoek kwam voor het sollicitatiegesprek. Het filmpje was doorslaggevend. ‘Ik zag hoe Cansu zou kunnen zijn. Inmiddels zie ik dat terug. Ze heeft haar oren open, toont initiatief, wil betekenisvol zijn.’
Rabia heeft dankzij haar stage vertrouwen in de toekomst. Kijk waar ze nu al is, in het hart van de popmuziek werkend tussen collega’s die ‘heel veel grappen maken’. Binnenkort draait DJ Cozey zelfs op Ladies Only in TivoliVredenburg, voor ladies vanaf 14 jaar.
Hoeveel moet een arbeidsgehandicapte eigenlijk verdienen?
Om bedrijven te verleiden arbeidsgehandicapten in dienst te nemen, legt de overheid geld bij. De baas betaalt enkel de productiviteit die hij van de werknemer krijgt. Maar hoe wordt die gemeten? De Volkskrant keek mee over de schouder van de arbeidsdeskundige van het UWV. Lees hier hoe zo'n ‘loonwaardemeting’ in zijn werk gaat.
Kabinet zet voorzichtig het mes in regels voor arbeidsgehandicapten
Werken moet eenvoudiger worden voor gehandicapten. Het kabinet zet het mes in het woud aan regels om dit voor elkaar te krijgen. Er komen landelijke richtlijnen voor gemeenten. Dat moet het voor werkgevers simpeler maken om gehandicapten aan te nemen. De gehandicapten kunnen makkelijker terugvallen op een uitkering als het uiteindelijk niet gaat. Lees hier over het ‘brede offensief’ van staatssecretaris Van Ark.
Analyse - Onderbetaald vanwege je handicap: het definitieve einde van de verzorgingsstaat?
Volkskrant-verslaggevers Gijs Herderscheê en Sheila Sitalsing schreven dit voorjaar een analyse over het sociaal beleid voor arbeidsgehandicapten. Op dat moment woedde de discussie over loondispensatie in alle hevigheid.
‘Het idee waart al jaren door de politiek: betaal jonggehandicapten minder zodat ze makkelijker aan werk komen. Dit kabinet wil er ernst mee maken: gehandicapten kunnen zelfs onder het minimumloon zakken. Of de maatregel werkt, betwijfelen betrokkenen, maar het is een logische, volgende stap in de ‘eigenbroekophoudmantra’.’