Job Cohen waarschuwt voor sociale tweedeling
Een kabinet van VVD, CDA en PVV leidt tot een sociaal-economische tweedeling in de samenleving. Dat heeft PvdA-leider Job Cohen zondag gezegd in het tv-programma Buitenhof.
Cohen reageerde op uitlatingen van VVD-lijsttrekker Mark Rutte zaterdag in Harderwijk. Rutte zei daar de mogelijkheid van een rechts kabinet met CDA en PVV nadrukkelijk open te houden. Hij zei ook dat door de grote kloof met de PvdA de kans op een paarse coalitie van VVD en PvdA heel klein is.
‘Ik maak mij daar grote zorgen over’, zei Cohen in Buitenhof. ‘De VVD maakt armen armer en rijken rijker. De PVV is een partij die tegen de rechtsstaat aanschuurt. Het gemak waarmee de VVD over de opvattingen van de PVV heen stapt, vind ik onbegrijpelijk. Het CDA gaat ook een beetje die richting op. Dit leidt tot een tweedeling.’
Selectief
Ook D66-leider Alexander Pechtold zegt desgevraagd de houding van Rutte niet te snappen. ‘Op zichzelf ben ik blij dat er nu over voorkeuren wordt gesproken. Maar Rutte kijkt maar een kant op. Hij heeft liever de PVV dan Paars. Je kunt veel van D66 zeggen, maar we hebben een gedegen economisch programma dat tussen de VVD en de PvdA inzit. Dat hij D66 in zijn voorkeuren niet noemt, heeft alles van selectief weglaten.’
Pechtold wil met D66 een ‘bindmiddel’ zijn in een nieuw paars kabinet van zijn partij, VVD, PvdA en Groen Links dat voor Prinsjesdag geïnstalleerd moet zijn. ‘Als de mensen terug zijn van vakantie, moeten de politici klaar zijn met hun huiswerk.’
Hij denkt niet dat zijn opmerkingen over de woningmarkt, woensdag in het Carré-debat, de VVD kopschuw hebben gemaakt. ‘Ik heb de boel op scherp gezet door te spreken over hervormingen in zowel de huur- als de koopmarkt. In beide gevallen komen de subsidie-miljarden niet goed terecht. Dit moeten de laatste verkiezingen zijn waarin spastisch wordt gedaan over het H-woord. Dat vraagt om leiderschap. Het is logisch dat Rutte in de campagne verschillen benadrukt. Maar een premier moet standpunten verbinden.’
Wat in elk geval niet kan, zegt Pechtold, ‘is kampioen economie willen zijn en dan kiezen voor de PVV. Iedere liberaal zou daarvan moeten gruwen.’
Koopkrachtplaatjes
In Buitenhof verdedigde Cohen het Centraal Planbureau (CPB). Drie economen bekritiseerden zaterdag in de Volkskrant de CPB-doorrekeningen van de verkiezingsprogramma’s van de partijen, maar volgens Cohen is met de berekeningen juist voorkomen ‘dat iedereen alles kan roepen’.
De kritiek van de economen op het CPB betreft het ontbreken van inkomenseffecten op korte termijn, de zogenoemde koopkrachtplaatjes voor specifieke huishoudens. Het CPB had daarvoor door de val van het kabinet-Balkenende IV en de vervroegde verkiezingen op 9 juni te weinig tijd.
Cohen gaf toe dat ‘het terugvertalen naar concrete situaties’ inderdaad een probleem is, maar vond dat burgers dankzij het CPB wel degelijk een goed beeld krijgen van de verschillende keuzen die partijen maken. Hij voegde er wel aan toe: ‘Als het te veel over de cijfers gaat en te weinig over ideeën, doen we de kiezer tekort.’