Japans misdaadsyndicaat verzwakt
AMSTERDAM De Japanse politie heeft met de arrestatie van de 63-jarige Kiyoshi Takayama, de facto leider van de Yamaguchi-gumi, het grootste en machtigste misdaadsyndicaat in het land een zware slag toegebracht. Wel bestaat de vrees voor een bloedige interne strijd nu de echte nummer één van het syndicaat, Kenichi Shinoda, ook in de cel zit wegens illegaal wapenbezit.
Takayama werd 's ochtends door een politiemacht van veertig agenten van zijn bed gelicht in zijn woning in het West-Japanse Kobe. De maffiabaas zou een Japanse zakenman uit de bouwsector voor 350 duizend euro hebben afgeperst.
Takayama spreekt de beschuldigingen tegen. Hij was niet aanwezig bij vergaderingen met de afgeperste man. Toch gelooft de Japanse justitie dat ze een zaak tegen Takayama kan beginnen, met behulp van een wet die bendeleiders verantwoordelijk houdt voor misdaden die zijn begaan door hun ondergeschikten.
De Yamaguchi-gumi, voor de Tweede Wereldoorlog ontstaan uit een ongedisciplineerde groep leden van de vakbond voor havenarbeiders in Kobe, geldt als een van de machtigste criminele organisaties ter wereld. Het syndicaat, dat ruim 45 duizend actieve leden telt, opereert in heel Japan, maar ook in andere delen van Azië en in de Verenigde Staten.
De leden van de Yamaguchi-gumi maken volgens schattingen ongeveer de helft uit van de 86 duizend leden bestaande Yakuza, de Japanse maffia. De misdaadorganisatie verdient miljarden met afpersing, gokken, wapen- en drugshandel, beïnvloeding van de aandelenhandel, de vastgoedsector en de seksindustrie.
In tegenstelling tot de westerse maffia verschuilen Yakuzaorganisaties zich niet en opereren ze in het openbaar. Yakuzaclubs- en hoofdkwartieren zijn duidelijk gemarkeerd met emblemen en uithangborden met de naam van de bende. Yakuzaleden zijn vaak zwaar getatoeëerd en een groot aantal mist vingerkootjes. Als een Yakuzalid zijn baas teleurstelt moet hij volgens traditioneel gebruik een vingerkootje afhakken.