PostuumHet eeuwige leven: Jaap Rus (1923-2019)
Jaap Rus (1923-2019): Verzetsstrijder en ingenieur van Deltawerken
Hij spioneerde tijdens de oorlog in Zeeland voor de geallieerden. Later leverde Jaap Rus een bijdrage aan de wederopbouw van Nederland.
Hij werd de Zeeuwse Soldaat van Oranje genoemd. De in Goes geboren Jaap Rus deed als verzetsstrijder spionagewerk bij de Atlantikwall op Walcheren. In het najaar van 1944 werd dat een belangrijk strategisch punt, omdat de geallieerden de Duitsers weg wilden krijgen bij de Westerschelde, zodat de haven van Antwerpen kon worden gebruikt.
Na de oorlog was Rus als projectleider van Rijkswaterstaat bij veel grote waterstaatkundige werken betrokken. In Amsterdam werkte hij mee aan het herstel van de Oranjesluizen en de bouw van de Schellingwouderbrug eind jaren vijftig. In Zeeland was hij betrokken bij de constructie van de Vlaketunnel op Zuid-Beveland in de jaren zeventig en bij de aanleg en het beheer van de Oosterscheldekering het pronkstuk van de Deltawerken. Rus overleed 19 januari op 95-jarige leeftijd.
Jong en geen verantwoordelijkheid
Jaap Rus was de zoon van een touwslager en brandstofhandelaar in Goes. Hij had drie jongere zussen. Rus zat nog op de hbs toen de Duitsers het land binnenvielen. In 1941 vroeg zijn vriend Wim Quakkelaar hem mee te doen aan het verzet. ‘Ik was jong en had geen verantwoordelijkheid. Ik weet niet of ik het had gedaan als ik al vader was geweest’, zei hij daar later over.
Hij werd lid van de verzetsgroep van Daan Kloosterman in Goes en moest als ordonnans het contact onderhouden met andere verzetsgroepen van de Ordedienst (OD) in Zuid-Beveland. Daarnaast verrichtte hij spionagewerk, zoals het observeren van Duitse railtransporten, munitiedepots en een radiostation ten zuiden van Goes.
De informatie die hij vergaarde, werd via een geheime zender bij een huisarts in Goes of via een koeriersdienst doorgespeeld naar Engeland. Ook was hij actief in de hulp aan onderduikers (LO). Het was niet zonder gevaar. Goes was een broeinest van NSB’ers. Een van zijn vooroorlogse vrienden was NSB-lid (en zou als SS-militair later in Rusland sneuvelen), en Rus moest zich continu afvragen of die hem niet zou verraden.
Onderduiken
Na de hbs studeerde hij aan het Zeeuws Technisch Instituut (ZTI). Hij wilde onderduiken toen hij een oproep kreeg voor de Arbeits-einsatz om mee te werken aan het versterken van de Atlantikwall. Het verzet vond dit een unieke kans om van dichtbij de kustversterkingen in kaart te brengen. Thuis maakte Rus tekeningen van het geschut, de strandversperringen en de mijnenvelden.
Later moest hij alsnog onderduiken toen de Duitsers verscheidene mensen van zijn groep hadden opgepakt en zijn naam daarmee in verband werd gebracht.
In 1945 maakte hij deel uit van de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) die in het machtsvacuüm na de bevrijding de orde moesten handhaven. Zelf vond hij volgens zijn dochter Carla Rus, die op dit moment een boek schrijft over het Zeeuwse verzet, de vergelijking met de Soldaat van Oranje overdreven. ‘Hij zei: ‘Wij waren gewone mensen, gewone bange jongens en meisjes die vonden dat ze iets moesten doen.’’
Rus maakte na de bevrijding zijn opleiding tot waterbouwkundig ingenieur af. In 1984 kreeg hij het Verzetsherdenkingskruis, en hij werd ook benoemd tot officier in de Orde van Oranje Nassau als een van de bedenkers van de Oosterscheldekering. Rus kwam met het idee van de publiekspijler op Neeltje Jans, waarbij belangstellenden via een bovenbalk de snelheid van het doorstromende water kunnen ervaren.
Rus’ echtgenote Miep Joosse, met wie hij drie dochters had, overleed in 1999. Zijn tweede levenspartner Lies Kleijne overleed afgelopen week. ‘Ze konden niet zonder elkaar’, zegt zijn dochter.