ISBN

Donkere nacht heet de vertaling van En una noche oscura, een mystiek gedicht van Juan de la Cruz (Jan van het Kruis) uit 1597....

Tinke Davids en Koen Stassijns vertaalden voor Atlas In de tuin van Hermann Hesse (fl 39,90). De Duitse schrijver werd in zijn tijd veel gelezen. Hij werd beroemd door boeken als Siddharta (1922), Der Steppenwolf (1927) en Narziss und Goldmund (1930). In 1946 viel hem de Nobelprijs ten deel. Hij hield van tuinen. Hij kon er zich ontdoen van de last van het schrijven.

De witte madonna is de vijftiende roman van de Franse schrijver Philippe Djian (Parijs, 1949), die in de jaren tachtig bekend werd met zijn roman 37,2° le matin. Daarvan werden ruim een miljoen stuks verkocht. In De witte madonna schrijft Djian over Francis, een succesvol auteur op z'n retour, die om te kunnen leven pillen aan de man brengt. Dat zet zo weinig zoden aan de dijk dat zijn vrouw hem vraagt een pornoroman te schrijven (De Geus; vertaald door Théo Buckinx; fl 49,60).

De Spaanse schrijver (en journalist) Rafael Chirbes (Tabernes de Valldigna, 1949) laat in zijn roman De lange mars een aantal kleine familiegeschiedenissen samenvloeien tot één grote geschiedenis van Spanje ten tijde van de Burgeroorlog. Het boek verscheen in de Spaanse Bibliotheek van Menken Kasander & Wigman (vertaald door Tessa Zeilert en Eugenie Schoolderman; fl 49,50)

In Een aquarel van de tijd - Herinneringen en dagboekbladen vertelt de Vlaamse schrijver Hugo Raes (Een faun met kille horentjes; De vadsige koningen) over het ouder worden, de verloedering van de taal en het onderwijs, de vrouwelijke erotiek en het leven op zijn boerderij in Frankrijk (Atlas; fl 39,90).

Jan Janssen, 'de gebrilde Nootdorper', was de eerste Nederlander die de Tour de France won, in 1968. Zijn levensverhaal is door de journalist Fred van Slogteren opgetekend in Jan Janssen - Vedette op de grens (De Arbeiderspers; fl 31,95).

Van de wetenschapsjournalist Govert Schilling, die onder meer in de Volkskrant bericht over ontwikkelingen in het heelal, verscheen De kosmos in een notendop - Wat iedereen van sterrenkunde moet weten (Prometheus; fl 17,50). Aan de orde komen onderwerpen als de evolutie van de kosmos en de geschiedenis van de sterrenkunde.

De historicus Maarten Kuitenbrouwer vertelt in Tussen oriëntalisme en wetenschap de geschiedenis van het 150-jarige Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) in Leiden. Dit instituut werd in 1851 mede opgericht door Jean Chrétien Baud, oud-minister van Koloniën, teneinde 'ruimere kennis omtrent de Nederlandse gebiedsdelen overzee' te vergaren (KITLV; fl 50,-).

De Nederlandse journaliste Tineke Bennema, getrouwd met een Palestijnse arts, woont sinds 1994 in al-Ram, een dorpje tussen Jeruzalem en Ramallah. In Checkpoint Jeruzalem - Een Nederlandse vrouw aan Palestijnse kant (Van Gennep; fl 27,50) vertelt zij over haar ervaringen. In haar voorwoord schrijft ze: 'Als door een loep gezien toont dit boekje hoe de vredesakkoorden tussen Israël en de PLO het dagelijks leven van Palestijnen beïnvloeden.'

De Amerikaanse schrijfster Anchee Min (Shanghai, 1957) werd bekend door haar autobiografie Rode azalea, waarin zij over haar jeugd in communistisch China vertelde. Vorig jaar verscheen van haar hand Mevrouw Mao. In Wilde gember (Contact; vertaald door Thera Idema; fl 34,90) blijft ze haar onderwerp trouw: ook in dit boek gaat het over het leven in China onder Mao. Hoofdpersoon is Wilde Gember, dochter van een Chinese moeder en een Franse vader. Omdat haar moeder weigert haar (gestorven) man te verguizen, moet zij elke ochtend voor zonsopgang de straten vegen.

De Franse schrijver Christophe Bataille (1971) viel - te midden van zijn jeugdige tijdgenoten - op met eigenzinnige boeken als Annam, De meester van de tijd en Absint. In Leve de hel (Vassallucci; vertaald door Liesbeth van Nes; fl 42,90) maakt hij de lezer deelgenoot van de dromen en fantasieën van Jocelyn Simaar, een jongeman die bij zijn ouders in de schroothandel werkt en verliefd is op de actrice Maël Jargeau.

Lavinia Greenlaw is een Engelse dichteres, die als prozaschrijfster debuteert met de roman Mary George van Allnorthover. Het is een verhaal over een 17-jarig meisje in het plaatsje Allnorthover, dat geleidelijk begint door te krijgen wat zich onder volwassenen afspeelt. Tegelijkertijd heeft ze haar eigen sores: ze rookt haar eerste jointjes, wordt verliefd en vraagt zich af waarom haar vader is weggegaan (De Bezige Bij; vertaald door Marian Lameris; fl 39,90).

El bastón del diablo heet de roman van Campos Reina, die Frieda Kleinjan en Ilona van der Werff voor de Utrechtse uitgeverij IJzer vertaalden. In De duivelsstok, zoals het boek in het Nederlands heet (fl 34,90), neemt Campos Reina de lezer mee naar het Spanje van rond 1900, toen het overal in het land gistte van de onrust, die uiteindelijk zou uitmonden in de Burgeroorlog (1936-1939). Centraal staat een welgestelde familie, die nogal wat buitenbeentjes telt. Merkwaardige gebeurtenissen in de privé-sfeer raken vermengd met de hevige politieke troebelen buiten.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden