Inwoners rijden in geëscorteerde bussen naar stemlokaal in hun vroegere woonwijk; Gespleten Mostar kent geen zwevende kiezers
Ze zijn goed zenuwachtig, Dzjamila en Camil Sefo. Ze hoeven hun oude wijk in oost-Mostar niet te verlaten om te kunnen stemmen, maar niettemin....
Van onze verslaggeefster
Karin Veraart
MOSTAR
Er heeft nooit twijfel bestaan over de keus van de Sefo's. Moslims in Mostar stemmen voor de Lijst voor een Verenigd Mostar, een verbintenis van voornamelijk Moslim-partijen. Ze nemen niet eens de moeite het biljet in de beslotenheid van een stemhokje op te vouwen.
In de stad wemelt het van de veiligheidsmensen. De NAVO-vredesmacht IFOR (die op teken van de WEU-politiemacht zondag 2500 man kan laten opdraven) heeft op bijna iedere straathoek een afschrikwekkend voertuig geposteerd.
De politie van de VN is in witte wagens met fluorescerend opschrift prominent aanwezig, net als de West-Europese Unie, die naast haar eigen 181 man nog tweehonderd personen van de gemengde Moslim-Kroatische politiemacht heeft ingezet.
'Mostar is een ware vesting', zegt Dragan Gasic, zegsman van het EU-bestuur dat formeel een ondersteunende rol vervult bij de gemeenteraadsverkiezingen, maar feitelijk het leeuwendeel van de organisatie op zich heeft genomen.
Grootste zorg van EU en WEU geldt de vrijheid van beweging van de burgers. Maar naarmate de dag vordert en er zich ondanks de redelijke opkomst geen noemenswaardige incidenten voordoen, durven de internationale woordvoerders zich positief uit te laten over het verloop van hun, inmiddels veel bekritiseerde experiment. Gasic spreekt zelfs al van normalisering van de situatie in de stad. Aan de moeilijkheden die de uitslag nog met zich kan meebrengen wordt even niet gedacht.
Zorgenkind Mostar kwam in 1994, toen de oorlog tussen Moslims en Kroaten onder grote internationale druk werd beëindigd, onder de hoede van de Europese Unie. In de eenjarige strijd tussen de twee bevolkingsgroepen was de stad opgedeeld in een Moslim- (oost) en een Kroatisch deel (west).
Het historische oostelijke deel inclusief de befaamde Stari Most, de brug uit de tijd van de Ottomaanse overheersing, werd vanaf de westoever door de Kroatische eenheden verwoest. Het modernere westelijk deel liep vergeleken met de overkant van de rivier de Neredva verwaarloosbare beschadigingen op. De Moslims leefden bijna een jaar lang ondergronds in het tot een getto verworden oosten, veel Kroaten verging het in die periode bijzonder slecht.
Tot nu toe konden de Moslims niet zonder risico naar het westen, waar ze voor de oorlog met duizenden woonden. En op hun beurt zochten de Kroaten hun oude huis (of wat er van over is) in oost ook liever niet meer op. De verhouding is in twee jaar nauwelijks iets verbeterd. Maar omdat in het vredesakkoord is vastgelegd dat burgers moeten kunnen gaan stemmen daar waar ze voor de oorlog woonden, gaan velen op de verkiezingsdag voor het eerst terug naar de oude buurt.
De glanzende pui van het gloednieuwe station weerspiegelt de ruïne die het oosten is. Uit de verbrokkelde gevels steken elektriciteitsdraden als dode hangplanten. Waar nog een draad de straat overspant zijn daaraan verkiezingsvlaggetjes opgehangen met het embleem van Mostar, de Stari Most.
Vanaf het station vertrekken genummerde bussen naar verschillende wijken. Voor zenuwachtige Moslims is het een heel gepuzzel om de goede bus te vinden. Smajo Oezjegovic, arts in het dagelijks leven, fungeert als vraagbaak. Zelf wacht hij op lijn 3. De door een WEU-auto geëscorteerde bus bereikt veilig het westerse stemlokaal. Daar volgt een ongemakkelijk weerzien met de oude buren.
Letterlijk met open armen worden de dokter en zijn vrouw door Kroatische wijkgenoten ontvangen. 'Dit is een oude vriend van mij', stelt de dokter voor. De vriend huilt. Een beetje afwerend en gegeneerd lopen de Moslims langs degenen die niets wezenlijks ondernamen of konden ondernemen op het moment dat hun buren etnisch werden 'gezuiverd'. 'Mijn flat', wijst Oezjegovic, 'en daar was mijn eerste garage.' Ze stappen snel weer op de bus terug.
De politie maakt zich met name zorgen over de mogelijkheid dat mensen blijven hangen in hun oude wijk, zien wat er van hun vroegere huis is geworden, aanbellen. Er komen ook veertien door de EU betaalde bussen met gevluchte Mostariki uit het buitenland, wie weet wat die in de zin hebben. Het kan behoorlijk emotioneel worden.
In dit opzicht is men gelukkiger met de Kroatische methode: hun bussen blijven wachten totdat er is gestemd, de burgers kunnen direct mee terug.
Volgens de laatste peiling stemt meer dan 80 procent van de Kroaten in Mostar op de HDZ, de nationalistische partij van de Kroatische president Tudjman. Dragan (hij wil niet met achternaam vermeld) weet het van zijn omgeving, ouders, vrienden. Hoewel de partij eveneens hereniging van de stad predikt, laten de politici tijdens bijeenkomsten weinig twijfel bestaan over hun echte streven: Mostar als hoofdstad voor de Bosnische Kroaten.
De uitkomst van de verkiezingen voor de gemeenteraad - de eerste resultaten worden vandaag of morgen verwacht - ligt vast in zoverre dat zestien zetels voor de Kroaten en zestien voor de Moslims zijn gereserveerd, waarbij de situatie van voor de oorlog als uitgangspunt is genomen. Vijf zetels zijn voor 'overigen', vroeger voor vier Serviërs en een afgevaardigde uit de joodse gemeenschap.
Die vijf zijn bij stemmingen belangrijk. Voor de zekerheid hebben de Moslim- en Kroatische partijen ook Serviërs op de verkiesbare plaatsen gezet. Naar schatting drieduizend Serviërs zijn er nog (tegen mogelijk dertigduizend Moslims en veertigduizend Kroaten, maar niemand weet dit zeker) en zondagmiddag komen er tweehonderd gevluchte Serviërs stemmen. Ze slapen aan de oostzijde.