Analyse

Inkomenssteun alleen voor de allerarmsten, daar krijgt het kabinet een zware dobber aan

Hoewel de gemiddelde Nederlander economisch gebeiteld zit, volgens het CPB, zijn de vooruitzichten voor de armste huishoudens slecht. Springt de overheid weer bij?

Yvonne Hofs
Klanten bij de voedselbank in Emmen.  Beeld Harry Cock / de Volkskrant
Klanten bij de voedselbank in Emmen.Beeld Harry Cock / de Volkskrant

Het Centraal Planbureau verwacht dat het aantal huishoudens dat in armoede leeft flink zal toenemen, tenzij de overheid opnieuw inkomenssteun geeft. Het kabinet wil dat wel, maar eigenlijk alleen voor mensen die het echt nodig hebben. Dat is echter niet eenvoudig te realiseren.

Minister Carola Schouten voor Armoedebeleid vindt de nieuwe CPB-raming ‘zeer zorgelijk’, zei ze donderdagochtend. Voor de armste huishoudens zijn de financiële vooruitzichten slecht, omdat de tijdelijke inkomenssteun voor deze groep in 2024 stopt. Het aantal Nederlanders onder de armoedegrens stijgt dan van 815.000 naar bijna een miljoen, onder wie 230.000 kinderen.

Over de auteur
Yvonne Hofs is politiek verslaggever van de Volkskrant en schrijft over financiën, economische zaken en landbouw, natuur en visserij.

Die ontwikkeling druist in tegen het kabinetsbeleid, want de coalitie heeft zich een halvering van het aantal armen voor 2030 ten doel gesteld. Schouten bevestigt dan ook dat het kabinet op nieuwe koopkrachtmaatregelen broedt. Die moeten volgens haar wel ‘gerichter’ zijn dan de steun die het kabinet tot nu toe heeft verleend. Van generieke maatregelen als het verlagen van de energiebelasting en het prijsplafond profiteren ook hoge inkomens, die de gestegen energielasten best kunnen dragen. Miljarden euro’s belastinggeld worden daardoor ondoelmatig besteed.

Grofmazig

Het is niet zo simpel om regelingen te ontwerpen die alleen de beoogde doelgroep ten goede komen. De Tweede Kamer en het kabinet wilden dat vorig jaar ook al, maar kozen uiteindelijk toch voor grofmazigheid. Anders waren de regelingen niet op korte termijn uitvoerbaar. Over het algemeen geldt: hoe specifieker de doelgroep, hoe complexer de uitvoering.

Het kabinet heeft op 22 februari in een Kamerbrief uiteengezet welke steunmaatregelen het voor 2024 overweegt. Wat opvalt is dat het kabinet vooral kijkt naar maatregelen die de energiekosten van huishoudens verlagen. Maar het CPB verwacht dat de inflatie volgend jaar niet zozeer wordt veroorzaakt door stijgende energie- en voedselprijzen, maar door hogere prijzen van andere producten en diensten. Armoedebestrijding die louter gericht is op de energierekening slaat misschien de plank mis.

Inkomensafhankelijk

De Belastingdienst kan door capaciteitsproblemen tot 2027 eigenlijk geen complexe wijzigingen meer aan. Eén van de opties voor een meer doelgroepgerichte benadering die het kabinet onderzoekt is een nieuwe tariefschijf in de energiebelasting, of het deels inkomensafhankelijk maken van die belasting. Een woordvoerder van de Belastingdienst zegt dat zulke ‘structuurwijzigingen’ alleen haalbaar zijn als het kabinet de dienst op andere punten ontlast. Dat betekent: eerdere plannen die ook uitvoeringscapaciteit vergen schrappen.

Een simpele tariefswijziging, zoals het verhogen van de zorgtoeslag of de arbeidskorting, kan de Belastingdienst wel behappen. Beide maatregelen zijn dit jaar al van kracht, maar de baten ervan komen deels bij hogere inkomens terecht. Bovendien houden deze steunmaatregelen geen verband met het energieverbruik van huishoudens. Er zijn lage inkomens met een lage energierekening, omdat ze in een goed geïsoleerd huis wonen of een langlopend energiecontract tegen een gunstige prijs hebben.

Het kabinet wil nieuwe inkomenssteun daarom graag specifiek richten op lage inkomens in tochtige huizen. Dat vereist medewerking van de woningcorporaties, want arme huishoudens wonen vaak in sociale huurwoningen. Het kabinet wil dat corporaties het verduurzamen van hun woningvoorraad versnellen. Corporatiekoepel Aedes tempert de verwachtingen. Volgens een woordvoerder doen corporaties het maximale. ‘We kunnen niet zomaar een blik bouwvakkers en materialen opentrekken.’

‘Kater’

Ook de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) aarzelt om het kabinet opnieuw de helpende hand te reiken. VNG-bestuurder Peter Heijkoop, portefeuillehouder armoedebeleid, zegt dat de gemeenten ‘een kater’ hebben overgehouden aan het uitbetalen van de eenmalige energietoeslag van 1.300 euro.

Het kabinet komt zijn afspraken niet na, stelt Heijkoop. Het Rijk zou de gemeenten compenseren voor de extra kosten, maar bijna de helft van de gemeenten heeft meer energietoeslag uitbetaald dan het Rijk vergoedt. Minister Schouten weigert tot nu toe die tekorten aan te vullen. De gemeenten zijn het bovendien zat om als ‘lapmiddel’ te fungeren voor problemen die volgens de VNG het gevolg zijn van een te laag bestaansminimum in Nederland. ‘Dat is een structureel probleem dat het kabinet moet aanpakken, niet wij.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden