In de Sinnepoppen
Het lit. café 'In de Sinnepoppen' stopt ermee. De wind zal niet meer met het uithangbord van het café, waarop een kat, een brandende kaars, en een open boek staan, spelen....
Als voor de laatste keer de voordeur openwaait, dicht P. Gelings:
Dus één keer nog geklapper en geknars.
dat korte ogenblik van jaren, omdat
voorbij de eigenschap van alles is.
De kaars is op. De kat is weg, maar het boek?
Voordat ik in Nederland kwam, had ik een droom, ik wilde schrijver zijn, maar toen ik vluchtte viel de droom kapot.
Zodra ik mijn eerste Nederlandse verhaal geschreven had, ging ik haastig de deur uit op zoek naar publiek. Het was niet alleen een verhaal, maar een poging om mijn hoop weer terug te krijgen.
Vragend kwam ik bij een lit. café terecht.
'Ik heb een verhaal', zei ik tegen de kastelijn, zonder inleiding.
Hij zette zijn bril op en las het aandachtig.
'Kun je het zelf goed voorlezen?', vroeg hij twijfelend.
Blijkbaar niet.
'Luister, ga maar naar dat park, daar aan de andere kant van de straat en oefen op je verhaal. Om half negen verwacht ik je.'
In het park ging ik op de bank zitten en las het zo vaak hardop tot de avond viel.
Ik ging terug, nu was het café vol.
Een dichter wilde zijn nieuwe bundel presenteren.
'Jongens! Even luisteren', riep de kastelijn, 'voordat we officieel beginnen, even iets anders! Hier heb ik een man met een verhaal.'
En ik las zo voor: 'Er zijn avonden dat ik niet thuis kan blijven, dan moet ik weg. Het zijn de avonden dat ik naar een vriend toe wil om uit te huilen, maar waar zijn mijn vrienden?...'
Ik wist niet dat die avond de laatste avond was dat ik mijn jas moest aantrekken om door de straten te zwerven. Hoe moest ik weten dat op dat moment een paar toekomstige vrienden van mij tussen het publiek zaten en naar mij keken?
Ik ben niet bijgelovig, maar hoe komt het dat ik precies op die avond bij dat café terechtkwam, waar heel toevallig een uitgever, een invloedrijke recensent, een vertegenwoordiger van een grote Franse uitgeverij en een fotograaf aanwezig waren?
Nu voordat het café dichtgaat, wil ik iets duidelijk vertellen. Toen die avond afgelopen was, kwam de kastelijn naar me toe: 'Hoe was de avond? Heb je de dichtbundel gekocht?'
Nee, ik had geen geld om boeken te kopen.
'Hé jongens', gebaarde de kastelijn.
Er gingen vier portemonnees even open achter de bar.
'Hier, een gesigneerd exemplaar', zei hij, 'van ons, voor jou.'
Weigeren was onzin. Ontroerd, met het boek in mijn zak, wandelde ik naar huis terug.
De ervaring leerde me dat een droom uit je handen kan vallen, precies als een fles rode wijn. Een gebroken fles kun je niet meer helen, maar je gebroken droom wel. Op een magische manier begint de hoop opnieuw in de verte te branden, zelfs sterker dan de oorspronkelijke droom.
Het lit. café 'In de Sinnepoppen' gaat dicht, de kaars is op, de kat is weg, maar het boek?
Kader Abdolah