dit ben ikWolf Noordeman
‘Ik wil later drummer in een band worden’
Elke week een portret van een kind in zijn of haar slaapkamer. Vandaag: Wolf Noordeman (8).
Met wie woon je?
‘Ik woon met mijn vader Jelmer (40) en mijn moeder Kirsten (39) in Rotterdam-Zuid.’
Heb je huisdieren?
‘Ik heb twee poezen: Isis en Disko. Disko is wit met grijs en heeft lange haren en Isis is helemaal zwart. Als zij op de groene bank zit, zie je haar bijna niet. Als je Isis wilt aaien, gaat ze altijd op een plek zitten waar je er nét niet goed bij kan. Ze is best een bang katje. Maar Disko wil graag geaaid worden en gaat altijd op mama’s schouders zitten.’
Wat zijn je hobby’s?
‘Drummen, skeeleren en gamen. En schermen lijkt me ook leuk. Ik zit al bijna drie jaar op drumles. Het leuke aan drummen vind ik dat je helemaal los kunt gaan. Ik heb thuis ook een drumstel. Wel een elektrische, vanwege de buren.’
Wat is je favoriete vak op school?
‘Gym, omdat het heel sportief is. Touwspringen en touwklimmen vind ik het leukst.’
Wat is je mooiste herinnering?
‘De trouwdag van mijn vader en moeder. Ik was toen net 5 en het was een heel groot feest.’
Waar zou je graag naartoe op vakantie gaan?
‘Ik zou wel een keertje naar Italië willen. Ik heb gehoord dat daar heel lekker eten is. Maar ik vind het ook een heel mooi land en een hele mooie taal.’
Wat is je lievelingseten?
‘Mama’s zelfgemaakte American pancakes, dat eten we meestal op zondagochtend bij het ontbijt. Met het avondeten vind ik spaghetti met rode saus en kaas het lekkerst: spaghetti bolognese. Wel vegetarische bolognese, want wij zijn vegetariërs.’
Wat vind je echt niet leuk?
‘Oorlog.’
Wat is je favoriete muziek?
‘Ik hou erg van rock en technomuziek. Ik vond het liedje Dark Side van Finland op het Eurovisie Songfestival erg goed. Maar ik vind Snollebollekes en Snelle ook leuk.’
Hoe ziet je leven er over tien jaar uit?
‘Dan hoop ik dat ik als drummer in een band zit. Ik zou daar ook wel een opleiding voor willen doen, dan weet ik zeker dat ik goed genoeg ben. Als bijbaantje wil ik graag in een winkel werken. Ik zou ook in mijn droomhuis willen wonen: een groot boerderijhuis met daarachter een weiland. Daar staat een kippenhok dat altijd openstaat, met kippen erin. Er zijn ook konijntjes. Waar dat huis is, maakt niet uit, als het maar niet te druk is en je de vogeltjes kunt horen.’
