bellen metTjerk
‘Ik vroeg me vanochtend af: waarom is dit nou eigenlijk zo leuk?’
De enige échte schaatsverslaafde van de Volkskrant werd op deze zaterdagochtend overvallen door een existentiële vraag. De hoogste tijd dus om te bellen met Tjerk Gualthérie van Weezel.
Waar ben je nu weer?
‘Bij vrienden bij de Ankeveense Plassen. Koffie drinken. Maar ik heb m’n schaatsen nog aan hoor.’
Je klinkt somberder dan anders.
‘Er speelde zich hier een drama af vanochtend. Ik was de schaatsen van mijn dochter Isis vergeten. We hebben nog wat geprobeerd met onderbindertjes, maar het was meteen huilen. Toen heb ik het enige gedaan wat je op zo’n moment als vader kunt doen.’
Bij de plaatselijke winkel schaatsen gekocht?
‘Een deken eromheen en met warme chocolademelk voor Frozen zetten.’
Tot zover de opvoedkundige tips. Met welke gedachte werd je vanochtend wakker?
‘Nou, ik zat te denken aan mijn volgende stukje, en dat moet volgens mij gaan over de vraag: waarom is dit nou zo leuk?’
Boeiend, ik luister.
‘Ik moest denken aan de film Glijden tussen Hemel en Aarde van filosoof Guus Heijnen en filmmaker Raphaël Bourdon. Daarin legt voormalig lange-afstandskampioen Gianni Romme, leuke vent trouwens, heel goed uit wat het nou is: dat glijden over het ijs heeft iets magisch.’
Iets baarmoederlijks?
‘Haal je nu Oedipus erbij? Zou kunnen, ga ik even over nadenken.’
Beschrijf het eens in je eigen woorden.
‘Glijden over het ijs heeft dus iets magisch. Dat vechten met de elementen: hard werken tegen de wind in, en dan, als je de wind mee hebt... dan zweef je gewoon over het ijs. Dichter bij vliegen komt het niet. Daarom zijn er glijbanen, daarom zoeken mensen bij de eerste sneeuw altijd een berg op om van af te glijden.’
Het heeft iets bovenmenselijks?
‘Ja, dat zal het zijn.’
Schrale troost voor iemand die net in een wak is gevallen.
‘Dat is een kwestie van gezond verstand. Als je ergens een wak ziet, denk je: daar is al iemand in gevallen, dus daar moet ik even uit de buurt blijven. Kijk, ik weet dat het ijs na vannacht op de meeste plaatsen uitstekend is. Ik kom hier stukken tegen waar duidelijk nog niemand is geweest, en dáár ga ik dan op schaatsen. Dan zie ik omstanders kijken: jeetje, díé is gek. Maar die staan dan met z'n dertigen op dat ándere stuk ijs - veel gevaarlijker!’
Tot zover de ijslogica. Hoe staan we er materieel gezien bij?
‘De Zweedse schaatsen heb ik verwisseld voor peperdure klapschaatsen. Daarmee kun je mooie lange slagen maken. Het is misschien leuk om nog eens de beslisboom af te drukken die ik heb gemaakt voor de mensen die nog schaatsen moeten kopen?’
Die moeten dan wel snel zijn, maar vooruit: Schaatsen kopen doe je zo: van Easy Glider tot klapschaatsen. Ga verder...
‘Ik ben nu voornamelijk bezig met mijn techniek. Op verschillende soorten ijs moet je ook verschillende soorten schaatstechniek toepassen. Soms hang je dieper in je rug, dan weer schaats je wat rechter. En het is voortdurend balanceren met je maximale gewicht, heen en weer...'
Dat lijkt me best een opgave met 100 kilo...
‘Ja, 100 kilo. Ik was op het Abcouder meertje, waar honderd mensen rondjes reden op dun ijs. Toen dacht ik wel even: het is een wonder dat wie hier niet doorheen zakken.’
Voordat de mensen nu denken: dat zal wel geen gezicht zijn, 100 kilo aan het schaatsen... je bent ook idioot lang, dus alles is redelijk in proportie. Maar hoe ziet dat eruit, die lange slagen van jou?
‘Wacht, ik stuur je een filmpje.’
LEES OOK:
Tjerk zoekt ijs: Even zijn we weer die studenten op dunbevroren slootjes, touwen en ijspriemen om de nek, hartslag in de keel.
Op het ijs knikken wildvreemden elkaar toe alsof ze een geheim delen
Op veel plekken in Nederland deelden toerschaatsers en krabbelaars voor het eerst natuurijs op meertjes en ondiepe vaarten. Soms moesten gemeenten al toegangswegen afsluiten wegens te grote drukte. Meestal hoefde dat niet. ‘Ik ga hier vandaag genieten. Eindelijk iets dat wel mag.’