Ik laat mij inspireren door de progressieve stemmen binnen elk geloof
Twee weken geleden schreef ik over geloofsdiscriminatie, islamofobie en islamkritiek. Islamoloog Martijn de Koning reageerde met een lezenswaardig kritisch essay. Ik licht er een paar punten uit.
Ten eerste vindt hij dat de redenering 'geloof is een keuze vergelijkbaar met politieke overtuiging' van een nogal secularistische kijk op het fenomeen religie getuigen. 'Het is een emotioneel beleefde en belichaamde praktijk en ervaring, het is een oriëntatiepunt in het leven, het is de realisering dat er iets groters in en/of buiten je is. Het is iets dat sociaal is ingebed. Daar kun je je niet zomaar van ontdoen, maar dat betekent nog niet dat er sprake is van dwang: er is een groot gebied in het leven van mensen dat zich niet simpelweg laat vangen in de simplistische tegenstelling dwang en keuze.'
Een nuance die me terugvoerde naar de avond dat ik besloot niet meer naar de kerk te willen.
Ik was 13 en de jeugdafdeling van onze kerk had een filmavond georganiseerd. Het doek was uitgerold boven de kansel. Mijn hele jeugd had ik op deze witte banken gezeten. Het was een plek waar ik me geborgen voelde. Elke zondag mijn ogen uitkijkend naar de prachtig uitgedoste broeders in hun beste pak en bij de zusters de ene hoed nog mooier dan de andere. De kerk was het enige element in mijn leven dat zwart was, want het was een Surinaams-creoolse kerk. De meeste van mijn witte vriendinnetjes hadden nog nooit een kerk van binnen gezien.
De film speelde zich af in een Amerikaanse suburb. Blije witte mensen met een prodentglimlach maaiden hun keurige voortuin. Maar dan. Onweer brak los. De aarde begon te schudden en te scheuren. Mensen schreeuwden, grote paniek. Het einde der tijden! De gelukkigen, rein van hart en standvastig in het geloof, werden in de traditie van de beste sciencefiction-film subiet naar de hemel gekatapulteerd. Woesj, zo achter hun grasmaaier vandaan. De anderen, die misschien zoals vriendinnen op school niet of in een andere god geloofden, verdwenen krijsend in de gapende kraters van de scheurende aarde, waar vervaarlijk likkende vlammen hen opwachtten. Ik liep halverwege de kerk uit, wat ik nog nooit had gedaan. En besloot dat ik niet meer ging.
Mijn ouders heb ik er veel verdriet mee gedaan, maar ze hebben mij niet gedwongen te blijven. De film was overigens totaal geen voorstelling van de progressieve manier waarop zij hun geloof interpreteerden. Ik ben 'ontkerkelijkt' maar het christendom blijft een onderdeel. Ik bid nog steeds en aan andere rituelen heb ik veel troost. Ik heb slechts kritiek op orthodoxie. En een geloofsgemeenschap mag de rechten van het individu niet schaden, daarin ben ik diep humanistisch.
De Koning stelt in zijn essay dat islamkritiek vrijwel uitsluitend erop neer komt dat moslims minder islamitisch moeten worden. Maar wat is islamitisch? Mogen de vele progressieven zich dan geen echte moslims noemen? De meeste moslims die ik ken zijn volkomen vrijzinnig, omarmen humanistische waarden en toch speelt de islam een belangrijke rol in hun leven. Ze vinden zichzelf niet gematigd, maar gewoon moslim. Worden korzelig als ik als buitenstaander hen zo noem. Op hun beurt vinden zij radicalen misbruik maken van hun geloof.
Vrouwenactiviste Shirin Musa heeft onlangs uit verschillende moslimkringen kritiek geoogst met de poster voor vrije partnerkeuze. Maar ook zij is een moslima. Toen ze een herdenkings- en gebedsdienst voor de vermoorde Pakistaanse Yasmeen organiseerde in een ultraconservatieve Pakistaanse moskee, was dat omdat ook zij behoefte had aan die gewijde ruimte van een gebedshuis, aan gebeden en rituelen die zo belangrijk zijn als je in diepe rouw bent. Niet om islamofoben in de kaart te spelen, maar om te laten zien dat ook progressieven die plek claimen.
Het is jammer dat moslimpartij Nida in de reflex 'progressieve moslima, dus heulend met islamofoob rechts' blijft steken. Juist zij zou iemand als Musa moeten omarmen en steunen. En zou een veel representatievere partij zijn als ze de bestaande meerstemmigheid onder moslims naast elkaar een plek geeft. Tegelijk vind ik het zuur dat Musa voor haar zinvolle werk steun moet zoeken bij groepen die haar eigenlijk pas vrij vinden als ze haar hoofddoek aan de wilgen hangt en zich luidkeels atheïst verklaart.
Ik laat mij inspireren door de progressieve stemmen binnen elk geloof. En binnen de islam zijn feministen als Amina Wadud of Shirin Musa wezenlijk.