'Ik denk meer over sculptuur na dan over foto's'
Daniela Steinfeld portretteert kwetsbare molochen met uitstulpende ruggen, armen, benen en buiken...
Ze wil niet op de foto. Maar als het tóch moet, dan alleen haar rug erop, zodat niemand haar gezicht ziet. Dat is - 'echt waar, zeker weten' - de beste foto.
En wat voor interview is dit eigenlijk - met vraag en antwoord? Dan bereidt ze de vragensteller voor: over zichzelf persoonlijk zal ze weinig loslaten. Maar die gedecideerdheid verdwijnt als ze alleen achterblijft in de galerie met twee vreemden. Dan klinkt het kleintjes: 'Hilfe'.
Het is verleidelijk om in de mengeling van zekerheid en onzekerheid die Daniela Steinfeld tentoonspreidt, een verband te zien met haar werk. De in 1964 in Düsseldorf geboren kunstenaar maakt foto's van groteske wezens. Molochen met vreemd uitstulpende armen, ruggen, benen en buiken, de gezichten onveranderd verborgen of mismaakt door tumorachtige bulten. Kracht drukken die wezens uit, maar ook kwetsbaarheid. Ze zijn geen mens, geen dier. Ze hebben niets mannelijks, niets vrouwelijks, niets kinderlijks. Ze lijken op niets dat bestaat.
In al die wezens zit Steinfeld zelf. 'Het belangrijkste is dat ik niet afhankelijk ben van de buitenwereld.' Dus maakt ze alleen heel af en toe gebruik van een model, en experimenteert in haar atelier in Düsseldorf op zichzelf met panty's, piepschuim, met kartonnen dozen en af en toe een tapijt. Met het piepschuim en de panty's ontwerpt ze 'molochenkostuums', trekt die aan, zoekt een pose - soms in een doos, soms achter een tapijt - zet de zelfontspanner aan, 'en dan heb ik tien seconden de tijd om te rennen naar de plek waar ik wezen moet.'
Wie haar foto's voor het eerst ziet, wordt getroffen door de sculpturale en tegelijkertijd performance-achtige kwaliteit van de afgebeelde wezens. De molochen ogen volumineus, onverplaatsbaar. Maar hun statische dimensie wordt gerelativeerd door de opnames. In deze ruimte is iets gebeurd. Er is tijd verstreken, er zijn uitgebreide handelingen verricht, een rituele sfeer geschapen - een beetje te vergelijken met de performances van Yaël Davids. De foto's zijn het toevallige bewijs van een gebeurtenis, als het ware. Daarna gaat het leven voort.
'Ik denk niet na over fotografie', zegt Steinfeld aan tafel van de Amsterdamse galerie waar ze nu een solo heeft, 'maar over kunst. Ik denk meer over sculptuur en performance en psychologie na dan over foto's.' Steinfeld is oorspronkelijk naar de kunstacademie in Düsseldorf als beeldhouwer gegaan. Op de academie kreeg ze les van het fameuze fotografenduo Bernd en Hilla Becher, die (inmiddels wereldberoemde) studenten als Gursky, Struth en Ruff inprentten: concentreer je op de structuur en de formele aspecten van wat je fotografeert. Doe dat zakelijk, zonder poespas.
Steinfeld haalt foto's tevoorschijn uit het midden van de jaren negentig: interieurs die inderdaad een duidelijke Becher-signatuur dragen, vanwege de aandacht voor klassieke vormen en kleur. 'Het was mij niet genoeg', zegt ze. Tussen 1995 en 1997 begon ze te experimenteren, mede onder invloed van Jan Dibbets, bij wie ze lessen volgde. Ze maakte dia's, uitvergrotingen van handen en voeten, en trok zich terug in haar atelier met slechts een voetbal. Die voetbal verdween in broeken en T-shirts, en zo ontstond haar serie op voetbalcoryfeeën geënte 'Born to be kings'. 'Het was aanvankelijk een spel', zegt ze. 'Ik was geïnteresseerd in volume en trok dat steeds meer in het absurde.'
In 1997 kreeg ze een beurs om op Donald Judds Chinati Foundation in Marfa te werken. 'Daar werd ik echt kunstenaar', zegt ze. 'Ik was geen student meer.' In Marfa maakte ze een serie foto's, waarbij ze zichzelf veranderde in steeds weer een andere cowboy - het mannelijkheidssymbool bij uitstek. Terug in Duitsland concentreerde ze zich op het 'quasi-ondefinieerbare'. Dat 'quasi-ondefinieerbare' wordt in de foto's van de laatste jaren uitgedrukt in handen, voeten, andere lichaamsdelen en hoofden. Lichaamsdelen zijn veranderd in genetisch gemanipuleerde wezens. Alleen aan een detail kun je hun afkomst nog herkennen.