'Huisarts niet langer klassieke poortwachter van de zorg'
Hevel stukken van het medisch domein over van artsen naar andere hulpverleners. Een aantal taken kan evengoed, zo niet beter, worden uitgevoerd door paramedici zoals verpleegkundigen, meent de Raad voor Volksgezondheid....
Floris Sanders is radiodiagnost in het Diakonessenhuis in Utrecht en voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid RVZ, die vandaag het advies Taakherschikking in de gezondheidszorg publiceert. Hij vindt dat de RVZ ingrijpende voorstellen doet, al worden ook nu medische taken uitgevoerd door niet-artsen. Doktersassistenten adviseren de patiënten die's nachts en in het weekend de huisartsenpost bellen. De diabetesverpleegkundige heeft haar eigen spreekuur, de nurse practitioner neemt taken van de arts over. Sanders: 'Maar daarvoor is nog altijd een opdracht nodig van de arts. Daarmee blijft de eindverantwoordelijkheid van de dokter bestaan. Radiolaboranten maken sinds jaar en dag röntgenfoto's. Maar de figuur van de opdrachtgever is vaak niet meer dan een wettelijke constructie. Ambulancepersoneel geeft de patiënt een infuus, er wordt geïntubeerd (een buisje in de luchtpijp ingebracht, red.). Het is lariekoek dat daarboven een opdrachtgever zweeft, de dokter. Het nieuwe van ons rapport is dat we ervoor pleiten om hieraan een eind te maken. Wij willen het medisch domein opnieuw verkavelen.' De grootste hobbels zijn de artsen en de verpleegkundigen, verwacht Sanders. 'De artsen zijn bang bevoegdheden kwijt te raken. Verpleegkundigen zijn bang dat hun primaire taak, het verlenen van zorg, zal verwateren doordat ze een ''halve dokter'' worden. We zullen heel wat uitleg moeten geven.' Toch zijn drastische maatregelen onvermijdelijk om goede zorg te kunnen blijven bieden, nu de vraag sterk stijgt en er een tekort is aan (onder anderen) artsen, vindt de RVZ. Daarom pleit de raad ondermeer voor invoering van door nurse practitioners bezette walk-in-centra in gebieden zonder huisarts, en voor een zorgadvieslijn, waar patiënten 24 uur per dag terecht kunnen met vragen. Dat zich daar talloze 'ingebeelde zieken' zullen melden, verwacht Sanders niet. 'In het algemeen maken Nederlanders een verantwoord gebruik van de gezondheidszorg. Er komen nu óók mensen met vragen bij hun huisarts waarvan je je kunt afvragen of dat wel nodig was. Een zorgadvieslijn houdt onnodige vragen buiten de deur. Als er meer vragen zijn, kost het ook meer, maar volgens onze, op Engelse ervaringen gebaseerde cijfers, kost het 3 euro per jaar per hoofd van de bevolking; 48 miljoen euro. Dat valt mee op een totaal budget van 40 miljard.' De huisarts zal zijn klassieke functie van poortwachter van de gezondheidszorg onherroepelijk kwijtraken, voorspelt Sanders. 'Het arbeidsethos van werkers in de gezondheidszorg verandert. Ook bij huisartsen. De mensen kiezen hoeveel tijd ze aan hun werk willen besteden, hoeveel vrije tijd ze willen hebben. De artsen zijn daarmee wat laat. Het tij is niet te keren.' Veel demotiverende routinetaken kunnen ook door anderen worden gedaan, maar voor de dokter zelf zal voldoende werk, en inkomen, overblijven, zegt Sanders. 'Er komen zoveel mensen bij met gezondheidsklachten, dat ze niet brodeloos zullen raken. En er blijft meer tijd over voor interessant en complex werk.' De wachtlijsten hebben de domeindiscussie vlotgetrokken, erkent Sanders. Maar taakverschuiving is van alle tijden. 'Het meten van de bloeddruk was vroeger een magische handeling; nu is er nauwelijks nog een dokter die het zelf doet.' Patiënten mogen dan liever - ook als het om een simpele ingreep gaat - door de dokter worden geholpen, als ze de keus hebben tussen een half jaar wachten op de dokter of direct naar de verpleegkundige, dan kiezen de meesten voor het laatste.'