Hoe het Calvijn College 'misschien wel de beste school van Nederland' werd

Mokkende leerkrachten die zich als slachtoffer gedragen: bij het Calvijn College werd die collectieve depressie aangepakt. 'Het leek wel of docenten niet wilden dat het goed ging.' Maar de school is veranderd. 'Lesgeven met plezier, het kan.'

Rik Kuiper
Een ckv-les (culturele en kunstzinnige vorming) op het Calvijn College. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Een ckv-les (culturele en kunstzinnige vorming) op het Calvijn College.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Leerkrachten klagen veel. Ze gedragen zich vaak als slachtoffers. Het onderwijs lijdt aan een collectieve depressie. Ja, het is een harde boodschap die Jolanda Hogewind en Mohamed el Jaouhari van het Calvijn College in Amsterdam verkondigen, maar gelukkig vertellen ze in hun nieuwe boek ook hoe het anders kan.

En de twee hebben recht van spreken. Hogewind is directeur bij de school in Amsterdam-West, die zowel vmbo als mbo aanbiedt. El Jaouhari werkt er als teammanager. Samen hebben ze er de afgelopen jaren voor gezorgd dat het Calvijn College van een school met een dubieuze reputatie uitgroeide tot 'misschien wel de beste school van Nederland', zoals de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan een paar maanden voor zijn dood zei bij Zomergasten.

'Toen ik een tijdje geleden over de drempel van het nieuwe schoolgebouw stapte, zag ik meteen dat de leerlingen anders uit hun ogen keken', noteert Lodewijk Asscher, voormalig wethouder in Amsterdam, in het voorwoord van het boek. 'Ik voelde verheffing en trots. Wat een prestatie is hier geleverd!'

Uit tevredenheidsenquêtes blijkt ook dat het goed gaat op het Calvijn College, waar circa 550 leerlingen staan ingeschreven. Ze geven de school gemiddeld ruim een 7, hun ouders nog een punt meer. Ook de inspectie ziet geen redenen om de school extra in de gaten te houden. Een citaat uit een van de laatste rapporten over de school: 'Het team geeft blijk van een grote betrokkenheid bij de leerlingen en fungeert zodanig als rolmodel voor hen.'

Dat was allemaal wel anders. Toen Hogewind hier in 2009 aantrad, trof ze een kil schoolgebouw met de toiletten op slot zodat er geen wc-rollen in de pot gegooid werden en een kantine waar ze het gevoel kreeg dat er elk moment een vechtpartij kon uitbreken. Bewakers stonden voor de ingang, politieagenten wandelden geregeld door de gangen.

De sfeer in het docententeam was ook niet best. 'In het begin ging ik elke dag koffiedrinken in de lerarenkamer', zegt Hogewind. 'Maar ik merkte dat ze me er liever niet bij hadden. Ze wilden over de leerlingen klagen en roddelen. En ze wisten dat ik dat niet fijn vond.'

Volgens El Jaouhari, toen nog docent, wisten de docenten niet wat ze met de leerlingen aanmoesten. Er kwamen steeds meer regels bij om het onderwijs nog enigszins in goede banen te leiden. Zo was er een structuurklas, waarin alle onhandelbare leerlingen bij elkaar zaten. 'Ze mochten er de hele dag niet uit.'

Hogewind: 'En maar denken dat het daar beter van wordt.'

Directeur Jolanda Hogewind en teammanager Mohamed el Jaouhari van het Calvijn College in Amsterdam-West. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Directeur Jolanda Hogewind en teammanager Mohamed el Jaouhari van het Calvijn College in Amsterdam-West.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Schrok u toen u hier als nieuwe directeur arriveerde?

Hogewind: 'Ik schrok ervan hoe er over leerlingen gepraat werd. Als een leerling problematisch gedrag vertoonde, lag dat nooit aan de school, nooit aan de docent, maar altijd aan de leerling zelf of zijn thuissituatie. Daar werd dan veel over gepraat in kamertjes. En vervolgens gingen de leerlingen zich ernaar gedragen. Zei er een: ik heb geen boeken bij me, want ik ben een zorgleerling. De school ontnam ze de verantwoordelijkheid om zelf iets aan hun situatie te veranderen. En de docenten beseften niet dat ze die situatie in stand hielden.'

El Jaouhari: 'Of zelfs verergerden.'

Hogewind: 'Ik wilde dat veranderen, maar dat vonden de medewerkers niet altijd fijn. Ze zeiden: Jolanda is er voor de leerlingen en niet voor ons.'

El Jaouhari: 'Het leek wel of docenten niet wilden dat het goed ging. Er was sprake van een collectieve depressie.'

Hogewind: 'Dat herkende ik uit de psychiatrie, waar ik in het verleden heb gewerkt. Daar trof ik mensen die gehecht waren aan het ongelukkig zijn. Dat bood veiligheid. Want als het goed met je gaat, kan het ook weer verslechteren.'

Docenten stellen zich op als slachtoffers?

Hogewind: 'Ja.'

El Jaouhari: 'Neem de werkdruk die veel docenten ervaren. Een groot deel daarvan organiseren ze zelf. Er zijn vakgroepen die er in een schooljaar alle hoofdstukken van de beschikbare lesmethode doorheen willen jagen. Maar nergens staat dat dat moet. Een groot deel van zo'n methode is opvulling, het is de hobby van de schrijver. Aan het einde komen die docenten er dan achter dat het niet gelukt is om alle stof te behandelen. En dan gaan ze zielig doen en zeggen hoe zwaar het is.'

Geldt dat ook voor de basisschooldocenten die nu staken?

Hogewind: 'Die salariseisen snap ik. Maar met de klachten over de werkdruk heb ik moeite. Wat ik mis, is dat mensen zelf de regie nemen. Als ik met docenten praat en ik hoor dat ze ontevreden zijn over hun rooster en de taken die ze hebben, dan vraag ik: hoe zou het wel kunnen, wat heb je nodig? Vaak kunnen we nog wel iets veranderen. Mensen in het onderwijs hebben vaak een houding van: het overkomt me allemaal.'

Uw boek heet 'Een radslag in het onderwijs'. Welke radslag heeft deze school gemaakt?

'Eerst heb ik gewacht, gekeken en geluisterd. Toen ben ik over mijn ideeën gaan praten met de mensen die er werkten. Gesprek op gesprek heb ik gevoerd, ik heb echt geïnvesteerd in de mensen met wie ik het moest doen. Ik heb ze verteld waar ik heen wilde, gevraagd of ze een bijdrage konden leveren en of ze daartoe ook bereid waren.

'Sommige mensen besloten iets anders te gaan doen. Prima, no hard feelings. Na anderhalf jaar had ik een compleet nieuw managementteam. Tweederde van de circa zestig 'voltijdbanen' aan docenten die hier nu werken, werkten er nog niet toen ik hier kwam.'

Tekst gaat verder onder de afbeelding.

Pauze op het Calvijn College in Amsterdam-West, een school voor vmbo en mbo. Beeld Marcel van den Bergh
Pauze op het Calvijn College in Amsterdam-West, een school voor vmbo en mbo.Beeld Marcel van den Bergh

Waar wilde u dan heen?

'Ik wilde vooral de docenten empoweren - zorgen dat ze zelf de problemen kunnen oplossen. Het is niet goed om de hele tijd leerlingen uit de lessen te plukken om met ze te praten over wat er allemaal niet goed gaat. We zijn een onderwijsinstelling, ze moeten onderwijs volgen, een diploma halen. Als het in de klas even niet zo soepel gaat, dan moet een docent ondersteuning krijgen, zodat hij er beter mee om kan gaan.'

El Jaouhari: 'Ja, dit klopt helemaal.'

Wat voor ondersteuning krijgt de docent dan?

Hogewind: 'Elke docent heeft bij ons op school een maatje, waarmee hij een duo vormt - doorgaans een senior en een junior. Vaak zijn zij samen verantwoordelijk voor een klas, als mentoren. Ze kunnen altijd bij elkaar terecht.

'Ook heeft elk team een aantal experts. Een begeleidingsexpert kan collega's bijvoorbeeld ondersteunen bij vragen over orde houden. De beeldcoach maakt opnamen van docenten in hun omgang met leerlingen en geeft daarover advies. Ook verzorgen docenten workshops voor andere docenten, bijvoorbeeld over het gebruik van ict.'

En waar zitten de onhandelbare leerlingen nu, die voorheen in de structuurklas zaten?

El Jaouhari: 'Die zitten nu gewoon in de klas. Dat gaat nu weer, omdat we veel goede mentoren en docenten hebben aangetrokken. Zonder de juiste mensen lukt het niet.'

Een van de belangrijkste veranderingen is dat docenten meer invloed hebben op hun eigen takenpakket.

Hogewind: 'Ja. We zijn de werkzaamheden op een andere manier gaan verdelen. Elk jaar maken we kaartjes met alle taken: voor zoveel klassen is een mentor nodig, we moeten zoveel lessen geven, er zijn zoveel mensen voor de activiteitencommissie nodig, enzovoorts.'

El Jaouhari: 'De docenten dragen alle taken zelf aan en schatten ook in hoeveel tijd elke taak kost.'

Hogewind: 'In mei gaan we met z'n allen twee dagen weg. We nodigen een inspirerende spreker uit en daarna gaan we aan de slag met het verdelen van de lessen en taken voor het nieuwe schooljaar. Eerst bepalen de teams wie mentor wordt en daarna gaan de secties uiteen om de lessen te verdelen. Iedereen vult vervolgens op de iPad in welke taken hij heeft. Er blijven dan nog uren over voor algemene taken. Die worden op het laatst verdeeld. Uiteraard bekijken we samen goed welke taak bij wie past.'

Welke voordelen heeft dat?

El Jaouhari: 'Het maakt zichtbaar hoeveel tijd we met elkaar hebben. Als voor de ene taak meer uren nodig zijn, is er minder over voor een andere taak. Samen bespreken we hoe we dat gaan oplossen. Ook is duidelijk wie verantwoordelijk is voor een bepaalde taak: niet het management, maar een collega.'

Hogewind: 'Docenten krijgen veel autonomie. En ze hebben zeggenschap over wat ze het komende jaar willen doen.'

El Jaouhari: 'Er ontstaat ook een leergemeenschap. Iemand kan zeggen dat hij zich graag zou verdiepen in de zorgstructuur, al weet hij er nog niet veel van af. Gunt het team hem die kans? Als het zo gaat, is het minder erg als het even wat minder soepel loopt. Daar hebben mensen dan begrip voor.'

Pauze op het Calvijn College in Amsterdam-West, een school voor vmbo en mbo. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Pauze op het Calvijn College in Amsterdam-West, een school voor vmbo en mbo.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Schooldirecteur Eric van 't Zelfde zei ooit dat docenten op scholen in achterstandswijken veel overuren maken. Het is deels vrijwilligerswerk.

Hogewind: 'Dat is hier niet zo. Wie te veel kaartjes pakt, ziet rode cijfers op de iPad. Dan moet hij een taak teruggeven.'

El Jaouhari: 'We proberen het docenten ook makkelijk te maken, bijvoorbeeld door ze verschillende klassen te geven uit hetzelfde leerjaar. Dan kunnen ze een les vijf keer geven.'

Hogewind: 'En dan hebben we nog onze gelukslessen, die zorgen dat iedereen in balans blijft.'

Gelukslessen?

Hogewind: 'Die worden gegeven door een docent die ook het kappersvak en lessen zorg en welzijn geeft. Elke zes weken komen de docenten bij elkaar om iets te leren over mindfulness, over beter plannen, enzovoorts.'

El Jaouhari: 'Dat helpt om de werkdruk te verminderen.'

Hoe zit het nu dan met de collectieve depressie?

Hogewind: 'Die is er niet meer.'

El Jaouhari: 'Natuurlijk zijn er nog steeds dingen die niet goed gaan. Maar mensen hangen niet meer achterover met een houding van: het ligt niet aan mij, zoek het maar uit. Die fase zijn we echt voorbij.'

Hogewind: 'Slachtofferschap wordt niet meer beloond. Al heel snel is de vraag bij ons: wat ga je zelf aan dit probleem doen?'

Kunnen leerkrachten van andere scholen iets leren van het Calvijn College?

El Jaouhari: 'Ik ken geen enkele school waar de directie bepaalt wat een leerkracht allemaal in de les doet. Als docent heb je invloed op het jaarprogramma, het weekprogramma en elke afzonderlijke les. Vaak is er meer ruimte om iets te veranderen dan je denkt.'

Hogewind: 'Ik zou graag willen dat we meer plezier krijgen in het onderwijs. En dat kan. Ik zie het hier, ik zie dat de school is veranderd.'

Vorige maand verscheen van Jolanda Hogewind en Mohamed el Jaouhari 'Een radslag in het onderwijs' (Uitgeverij Phronese).

'Er gebeurt geen ene donder'
De protesterende basisschoolleraren beginnen een vakbond. Anders hebben ze te weinig invloed en verandert er niks, zeggen Thijs Roovers en Jan van de Ven.

Onderwijsminister Arie Slob krijgt waardering, maar het beleid niet

Hoge werkdruk, laag salaris: het zijn maar twee van de vele problemen in het basisonderwijs. Op een meet-up voor onderwijsprofessionals probeert de kersverse minister de pijn te verzachten. 'Ik heb jullie wijsheid nodig!' (+)

'Oplossing voor het lerarentekort: alle kinderen al om 13.00 uur vrij?'
Waarom gaan in Europese landen die het best scoren op de Pisa-ranglijsten kinderen veel minder uren naar school? vraagt Aleid Truijens zich af. (+)

Waarom meer geld niets oplost
Wie als buitenstaander nuchter naar de arbeid in het primair onderwijs kijkt voelt toch weinig voor een algehele loonsverhoging, betoot columnist Frank Kalshoven. (+)

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden