'Het zou verrassend zijn als Zwarte Piet zo mag blijven'
Een Nederlandse overheidsdelegatie moest zich woensdag verantwoorden voor Zwarte Piet tegenover het VN-comité tegen rassendiscriminatie. 'Het is speculeren wat er precies uitkomt, maar het zou verrassend zijn als de commissie oordeelt dat Piet mag blijven zoals hij is.'
Voorstanders van Zwarte Piet kunnen zich beledigd voelen als ze voor racist worden uitgemaakt. Dat is een van de argumenten waarmee een Nederlandse overheidsdelegatie zich woensdag in Genève verdedigde tijdens een kritisch vragenvuur over het zwarte hulpje van Sinterklaas. Zwarte Piet heeft voor veel Nederlanders niets met discriminatie te maken, luidde een van de tegenargumenten.
Nederland werd aan de tand gevoeld tijdens een hoorzitting van de commissie van de Verenigde Naties (VN) ter uitbanning van rassendiscriminatie. Bijna alle commissieleden die deelnamen aan de discussie waren erg kritisch over Zwarte Piet.
'De één zei hardop dat Zwarte Piet racistisch is en dat hij moet worden afgeschaft, terwijl de ander diplomatieker sprak over de aanpassing van discriminerende elementen', zegt Ineke Boerefijn. Zij is beleidsadviseur van het College voor de Rechten van de Mens en was bij de hoorzitting aanwezig.
Toch is het niet zo dat Nederland door de VN speciaal over Zwarte Piet op het matje werd geroepen, nuanceert Boerefijn. 'Het gaat om een periodieke bijeenkomst: elke vier jaar worden landen die het VN-verdrag tegen rassendiscriminatie hebben getekend onder de loep genomen. Allerlei aspecten van beleid en praktijk komen ter sprake. Het was de eerste keer dat tijdens deze hoorzitting vragen werden gesteld over Zwarte Piet.' Dat is niet verrassend, zegt Boerefijn: 'De discriminatievraag rond Zwarte Piet is de laatste jaren in Nederland erg gaan leven. Alle reuring hier, met name uit activistische hoek, heeft bewerkstelligd dat het onderwerp ook internationaal op de agenda is komen te staan.'
Je zou bijna denken: hebben ze bij de VN niets beters te doen?
'De hoorzitting duurde in totaal zes uur. Ik schat dat niet meer dan tien procent van de tijd aandacht was voor Zwarte Piet, zeg ruim een half uur. Verder ging het over allerlei onderwerpen rondom rassendiscriminatie, bijvoorbeeld discriminatie op de arbeidsmarkt en etnisch profileren door de politie.'
Was de sfeer gespannen toen het ging over Zwarte Piet?
'Zo zou ik het niet noemen. Het was een stevige discussie, zoals die er vaak zijn tijdens dit soort bijeenkomsten. Als een afgevaardigde hardop zegt dat hij Zwarte Piet racistisch vindt, is dat voor de Nederlandse delegatie geen reden verontwaardigd te zijn. Die weten ook heus wel hoe er internationaal over de traditie wordt gedacht.'
Eén commissielid sprong in de bres voor het kinderfeest: de Belgische emeritus hoogleraar volkenrecht Marc Bossuyt betoogde dat de figuur van Zwarte Piet helemaal niet afstamt van de slavernij en haalde de geschiedenis erbij om uit te leggen hoe de Sinterklaastraditie in elkaar zit.
Voorzitter van de Nederlandse delegatie Afke van Rijn gaf aan dat de overheid het debat over Zwarte Piet wil faciliteren, bijvoorbeeld met rondetafelgesprekken, om zo tot een oplossing te komen die voor iedereen acceptabel is. Achteraf benadrukt het ministerie van Sociale Zaken dat het kabinet geen stelling neemt in het debat.
Wie zit er in de VN-commissie?
Het VN-comité tegen rassendiscriminatie bestaat uit 18 onafhankelijk experts op het gebied van mensenrechten en rassendiscriminatie. Zij beoordelen elke vier jaar of de 190 landen die het Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie (1969) hebben ondertekend zich houden aan de afspraken. De leden zijn afkomstig van over de hele wereld, maar zitten niet in de commissie als vertegenwoordiger van hun land. Tijdens de hoorzittingen wordt een vertegenwoordiging van het kabinet ondervraagd. Daarnaast is ook spreektijd ingeruimd voor mensenrechtenorganisaties en het College voor de Rechten van de Mens. Naast Nederland worden komende week zeven landen onder de loep gehouden, waaronder Colombia, Suriname, Tsjechië en Noorwegen.
'Juist omdat het onderwerp zo speelt, zou voor de overheid nu het moment moeten zijn om door te pakken en verandering voor te staan', zegt Boerefijn. Het College voor de Rechten van de Mens concludeerde vorig jaar dat Zwarte Piet een stereotype figuur is met discriminerende elementen. Daarbij gaat het er volgens Boerefijn om dat Zwarte Piet nú discriminerend is. 'Het kan best zo zijn dat het 200 jaar geleden een onschuldige traditie was, of dat het twintig jaar geleden geen probleem vormde. Maar dat is veranderd.'
Vrijdag komt de VN-commissie met haar conclusies. Wat kunnen we daarvan verwachten?
'Het is speculeren wat er precies uitkomt over Zwarte Piet, maar het zou verrassend zijn als de commissie oordeelt dat Piet mag blijven zoals hij is. Daarvoor was er te veel kritiek. Ik verwacht dat de commissie zal wijzen op de verantwoordelijkheid die de overheid heeft om verandering te stimuleren.'
Het oordeel van de commissie is overigens niet bindend, maar heeft wel gewicht, zegt Boerefijn. 'Er is meestal ruimte voor interpretatie. De commissie gaat aangeven wat ze problematisch vindt en geeft aanbevelingen voor de richting die ze vindt dat we op moeten; hoe Nederland daar precies voor gaat zorgen, moeten we zelf bepalen.'