PROFIEL
Het mysterie Mark Rutte: de onkwetsbare premier
Niets essentieels weten we van Mark Rutte. Ariejan Korteweg ging op zoek naar het geheim van de man die het lukt zowel dichtbij als op grote afstand te zijn.
Geregeld ziet Ron Lauwers hem langskomen, soms op de fiets, ook wel te voet op van die Converse sportschoenen. En altijd hoopt hij dat de premier even zal binnenkomen. Dat hoeft niet eens te zijn om schoenen te laten verzolen, misschien is Rutte wel zo iemand die niet aan verzolen doet. Nee, Lauwers zou gewoon even willen kunnen vertellen hoe hij hem bewondert, hoeveel respect hij heeft voor Mark Rutte. Hé Mark, ik hoop dat je nog minstens acht jaar minister-president blijft, zou hij zeggen.
Beroemdheden heeft hij genoeg in de winkel - Paul van Vliet, Laurens Jan Brinkhorst, Ferry Mingelen, ze weten hem te vinden. Maar Rutte is achttienkaraats. 'Ik krijg gewoon een warm gevoel van hem', zegt Lauwers, een opgewekte Hagenaar met lederen voorschoot, in de koffiecorner van zijn prachtzaak aan de Haagse Javastraat. 'Ik vind het mooi dat hij zo correct blijft. Ook naar de heer Wilders blijft hij beheerst. Dat is geweldig.'
Bijna twee jaar loop ik nu beroepshalve rond in de Haagse politiek. Diverse raadsels zijn sindsdien opgehelderd. Het mysterie van de onzichtbare spindokter, het geheim van de open kantoordeuren, de achtergrondgesprekken, het framen, de grote beslismachine, de woordvoerderij en de nachtelijke vergadersessies - ik begin er meer van te begrijpen, of ben er minstens aan gewend geraakt. Maar één mysterie blijft intact: onze premier. Wie is die man die zo blijmoedig van crisis naar crisis beent, onderweg louter vrienden lijkt te maken en met een combinatie van optimisme, dossierkennis en, ongetwijfeld gespeelde, naïviteit alle debatten naar zijn hand weet te zetten?
CV Mark Rutte
14 februari 1967 Geboren als jongste in gezin van zeven kinderen
1988 - 1991 Voorzitter JOVD (jongerenorganisatie VVD)
1984 - 1992 Studeert geschiedenis in Leiden
1992 - 2002 Loopbaan bij Unilever, 1997 personeelsmanager Calvé, later personeelsdirecteur IGLOMora
2002 Staatssecretaris Sociale Zaken en Werkgelegenheid in Balkenende I en II
2004 Staatssecretaris Hoger Onderwijs en Mbo
2006 Wordt lijsttrekker VVD
2010 Kabinet-Rutte I, bestaande uit VVD en CDA, met gedoogsteun van de PVV
2012 Kabinet-Rutte II, VVD met PvdA
Rutte de mensenmagneet
Wie in de buurt van het Binnenhof verkeert, loopt de minister-president gemakkelijk tegen het lange lijf. Alles binnen wandelafstand doet hij bij voorkeur te voet. Dan zie je Rutte de mensenmagneet: passanten willen met hem praten, in het voorbijgaan schudt hij handen, grijnst in lenzen, slaat armen om kinderen. Waar hij zich vertoont, gaan meisjes giechelen en stoten dames elkaar aan. Mark Rutte is dichtbij, aanraakbaar, kan met Jan en alleman uit de voeten.
Tegelijk is er amper een volk op aarde dat zijn regeringsleider zo slecht kent. Of hij van de dames- of herenliefde is of allebei, wat hij leuk vindt, wat zijn ambities zijn, hoe zijn oude moeder over hem denkt - we weten het niet. Altijd weer krijgen we dezelfde biografische brokstukken toegeworpen: de tweedehands Saab, gekocht bij - lachen! - de firma Wim Kok. De oude - lachen! - Nokiatelefoon waaraan hij gehecht is. Z'n jaarlijkse reisje met vrienden naar Zermatt, waar dan de, zeer middelmatige, kaasfondue wacht. Z'n etentjes in Indische restaurants, z'n parmantigheid toen hij voorzitter was van de JOVD, z'n pianospel (niks na 1913).
Alles bij elkaar precies genoeg om te beseffen dat er over de premier niets bekend is. Je kunt met hem een avond praten over Lyndon B. Johnson, maar over zichzelf laat hij niets los, vertellen intimi. Schimpscheuten lijken hem niet te deren. Na nachtenlang vergaderen - Lodewijk Asscher kijkt alsof hij net wakker is geworden in een onbekend land - oogt Rutte fris als een hoentje. Niets laat sporen achter. De premier is bionisch, een eeuwig optimistische mens-machine. Alle zwakke plekken dichtgeschroeid sinds hij zo rond z'n 16de de eerste schreden in de politiek zette.
Mark Rutte is dus dichtbij, maar staat tegelijk op grote afstand. Twee elementen die als je er even over nadenkt voor een publiek persoon de ideale combinatie vormen. Hij ontwapent en is zelf onkwetsbaar.
Blijven glimlachen
Een paar weken geleden, toen ik moest wachten op het vliegveld van Rome, raakte ik verzeild op een in een verloren hoek ingerichte expositie over paus Franciscus. Een reeks video's liet zien hoe hij vele handen drukte, armen om gelovigen sloeg, zich over zijn voorganger ontfermde, sprak met leiders van uiteenlopende gezindte en steeds maar bleef glimlachen.
Ineens drong het tot me door: Mark Rutte is de paus in premiergedaante. Alles wat de paus doet, kan Rutte ook. Met dezelfde blijmoedigheid, dezelfde overtuiging, en zonder aanzien des persoons. Zelfs in soberheid zijn ze gelijk: de Renault 4 waarmee de paus zich soms vertoont is nog net wat ouder dan de Saab van de premier. Hooguit het wassen van de voeten van gevangenen om er daarna de lippen op te drukken zal voor een Nederlandse premier een streepje te ver gaan.
In de Volkskrant vergeleek Rutte Nederland onlangs met een blok marmer; het beeld zat er al in, het hoefde alleen nog bevrijd te worden. 'Ik denk aan Michelangelo', zei hij, de man die uit dat marmer de perfect geproportioneerde David tevoorschijn haalde. Wie die hedendaagse Michelangelo was, liet hij over aan onze verbeelding. Wel wilde hij zeggen wat er na al dat hakwerk tevoorschijn komt: 'Gewoon een waanzinnig gaaf land.' Het klonk als een kinderdroom die in vervulling gaat. Wat ik heb met mijn kinderen, heeft hij met Nederland, zal een partijgenoot uitleggen: hij wil er uit halen wat er in zit.
Je kunt er modern leiderschap in zien. Angela Merkel heeft een vergelijkbare stijl. Ze is de sobere frontvrouw van een groot Europees land die zichzelf kan wegcijferen, liefst haar eigen boodschappen doet en in de zomer lekker gaat wandelen in de Dolomieten. François Hollande is er ook zo een: klimt als president gewoon achter op de scooter, al is het om zijn maîtresse te bezoeken. Wilde niet in het Élysée wonen, maar liever zijn appartementje in de rue Cauchy in Parijs aanhouden.
Een paar weken geleden, kort na de bed-bad-broodonderhandelingen, was er weer een schip met honderden bootvluchtelingen omgeslagen. Rutte refereerde eraan in zijn wekelijkse persconferentie in Nieuwspoort. 'Er is een humanitaire tragedie in de Middellandse zee', zei hij. Hij constateerde het op dezelfde neutrale toon waarmee hij de groeicijfers van de economie zou presenteren. Met dezelfde intonatie vervolgde hij: 'We zullen onze grenzen beter moeten gaan bewaken.'
Dat ramp en oplossing haaks op elkaar konden staan, dat er een wereld aan emoties zit tussen het meeleven met slachtoffers en het intensiveren van grensbewaking - het leek er niet toe te doen. Alles krijgt dezelfde gelijkmatige behandeling. De onderhandelingen over bed, bad en brood waren ingewikkeld geweest, wilde hij best toegeven. Maar, met een grijns: 'Ook de kinderbijslag op Bonaire kan ingewikkeld zijn, of de benoeming van een secretaris-generaal.'
Dezelfde afstand tussen hem en de woorden klinkt als hij vanwege de Dodenherdenking spreekt op de Dam. Hij vertelt een voor zijn doen persoonlijk verhaal, over een kaartje dat zijn grootouders in mei 1940 aan zijn vader in Nederlands-Indië stuurden, waarop ze schreven hoe ze vanaf de Maaskade Rotterdam hebben zien branden. 'We hebben de hel gezien', stond er. Dat is dramatisch. Maar het wordt voorgelezen zonder stemverheffing, lange pauzes of trillende stem. Hij is niet snel emotioneel geraakt, zegt een VVD'er. En kan zich niet goed voorstellen dat een ander dat wel is.
Rituelen
Rutte is een man van rituelen. Na de wekelijkse persconferentie drinkt hij een cappuccino met wat journalisten in Nieuwspoort. Dit keer begint hij een surrealistisch gesprek met de stagiaire van Trouw ('We kennen elkaar toch?' 'Nou, ik ken u niet', antwoordt het meisje) en vertelt grappige details over de nachtelijke onderhandelingen met Samsom en Asscher. Wij van de journalistiek staan erbij en kijken ernaar. En als we weer op straat staan, zeggen we tegen elkaar: als de rest van de wereld wist dat wij zo'n premier hebben, kwamen ze allemaal kijken.
Grachtengordel, Keukenhof, Rutte. Het zou zomaar een toer kunnen worden. Op maandagochtend te beginnen met het volgen van de wekelijkse wandeling van Algemene Zaken naar Sociale Zaken, waarbij de premier een meeneemkoffie zal halen bij Caffè Belmondo aan de Korte Poten. Een paar weken geleden haalde de wandeling even het nieuws, omdat het leek alsof de premier wilde showen hoe ontspannen hij de bed-bad-broodcrisis beleefde. Niks van waar, zeggen zijn getrouwen, en zeggen ze ook bij Belmondo. Dat wandelingetje maakt-ie elke week, al jaren lang.
Ook in de Ruttetoer: de Albert Heijn waar hij regelmatig boodschappen voor zijn moeder doet. Op een gekopieerd lijstje is aangekruist wat het deze week moet zijn. 'Daar loopt-ie dan', vertelt Kamerlid Ton Elias, die Rutte al lang kent. 'Met de Andy en de Jif en het pleepapier. En dat is volkomen normaal voor hem.'
De vmbo-vestiging waar hij elke donderdagochtend twee uur maatschappijleer geeft, mag niet ontbreken. 'Dat is van hem, en van de kinderen', zegt Tamara van Ark, vicevoorzitter van de VVD-fractie. 'Ook als hij om vier uur 's nachts thuis komt, gaat hij gewoon de volgende dag lesgeven', zegt Elias. 'Hij vindt dat je iets moet doen voor de samenleving. En hij hoort over de nieuwste iPhone, hoort de jongerentaal.'
Vanuit zijn betrokkenheid bij die school zou je een leidende rol in het integratiedebat kunnen verwachten. Dat hij die stap niet maakt, ook dat is typisch Rutte: het past de manager van het politieke proces niet zelf het voortouw te nemen.
Verlangen naar autonomie
Pel je alles af, dan stuit je waarschijnlijk op een diep verlangen naar autonomie. Rutte wil bij niemand in het krijt staan en niet tot wederdiensten verplicht zijn. Vijanden maakt hij amper. Zelfs niet in 2006, toen hij met Rita Verdonk in een harde strijd om de macht in de VVD was verwikkeld. 'Verlies ik, dan hebben we toch een mooie tijd gehad, zei hij', herinnert zich Kamerlid Bas van 't Wout, die toen zijn politiek medewerker was.
Ook de wijze waarop die strijd werd beslecht, vindt Van 't Wout typerend. 'Had hij Verdonk toen meteen uit de partij gegooid, dan was de VVD misschien uit elkaar gevallen. Mark doet dat dan niet.'
Hij woont sober, zegt iedereen die het weten kan. De vergelijking met Willem Drees wordt gemaakt, die hoog bezoek soms aan huis ontving en dan een koekje presenteerde. Rutte is Drees voorbij: hij heeft geen huis om als premier mensen te ontvangen, maar woont in het hypotheekvrije appartement van zijn overleden broer, waar hij zijn eigen overhemden strijkt.
Over die soberheid gaan legio verhalen. Van Ark behoort tot het selecte groepje VVD'ers dat in de zomer gaat brainstormen in het buitenhuis van Ben Verwaayen, voormalig topman van Alcatel-Lucent. 'Dan boarden we op de terugweg in Nice, en belanden ergens op rij 23. Vragen de stewardessen of hij naar voren wil, businessclass wil zitten. Joh, doe normaal, zegt hij dan. Ik zit hier lekker. Hij is zich bewust van zijn rol, maar wil niet de status die erbij hoort.'
Declareren doet hij niet, de affaire-Mark Verheijen zal hem daarvoor nog beduchter hebben gemaakt. 'Soms slaat hij daarin door', vindt Elias, die vertelt hoe hij van een vriend drie kaartjes kreeg om naar de musical Soldaat van Oranje te gaan. Rutte zou hem en zijn vrouw vergezellen, maar wilde alleen als hij voor zijn kaartje kon betalen. Uiteindelijk heeft hij cash afgerekend.
Een 'baantje'
Met die hang naar autonomie geeft Rutte zijn eigen invulling aan 'het baantje', zoals hij het premierschap pleegt te noemen. Je zou denken dat diezelfde eigenschap hem ongeschikt maakt voor het politieke tijdsgewricht. Alles hangt immers van de wederzijdse afhankelijkheid aan elkaar, geen partij is groot genoeg om een ander de wil op te leggen. Geen situatie om een grote mate van zelfstandigheid te ontwikkelen.
Om de politieke versplintering te lijf te gaan, trekt hij een andere troefkaart: landsbelang. Economische groei en banen zijn nodig om dichter in de buurt te komen bij dat waanzinnig gave land. Wie kan nee zeggen tegen dat perspectief? Deze week nog kon je Pechtold en Buma horen verzuchten dat inhoud en ambitie uit zicht verdwijnen. Doe mee, sluit je aan, zegt Rutte dan en kijkt als de vermoorde onschuld. Geen meerderheid in de Tweede Kamer? Dan verbreden we de coalitie. Geen meerderheid in de Eerste Kamer? Ook dat biedt mogelijkheden. Hoe meer partijen worden betrokken bij het proces, hoe breder het draagvlak.
Ideologie wordt dan al snel een korset, dat in de weg zit bij het buigen naar alle kanten. Alleen waar zijn voeten de grond raken, daar beweegt het niet. Zeker, Rutte is liberaal: iedereen wordt geacht voor zichzelf te zorgen, op de staat kun je pas terugvallen als het echt niet anders kan. De participatiesamenleving die hij predikt heeft een hoge mate van verplichting. Op weg daarheen wil hij alle hobbels nemen, maar afslagen zijn taboe. Toch, zegt een vooraanstaand VVD'er: hij is te onthecht om een echte partijman te zijn. De VVD is voor hem een vehikel.
Hij is meer proces dan resultaat, vinden zijn getrouwen. Kijk eens naar de regering. Al bijna drie jaar staan ze in de storm, en nog steeds niet meer dan wat haarscheurtjes. Dat is Rutte, die alle strovuurtjes blust. Als ministers niet met elkaar praten, belt hij ze allebei, en legt de telefoons op elkaar. Wie afspraken niet nakomt, mag vrezen voor een van zijn gevreesde schrobberingen - ook woede is een register dat hij beheerst. Dat blijft overigens nooit lang hangen. Al snel legt hij weer zijn hand op je arm.
Harde kern?
Wat gaat er schuil achter die glimlach? Heeft de man die net zo gemakkelijk een regeerakkoord sluit met de PVV als met de PvdA eigenlijk een harde kern? Of is er niets dan ademloos voorthollen op weg naar dat waanzinnig gave land dat telkens achter de horizon dreigt te verdwijnen?
Als de moraliteit aan de orde is, kan autonomie doorslaan naar onthechtheid. Toen de PVV een Polenmeldpunt begon, gaf Rutte niet thuis. 'Ik ga niet reageren op elk stuk rood vlees dat de PVV in de arena gooit', was zijn nietszeggende reactie. Ook bij de kopvoddentaks hoorde je hem niet. Zelfs bij Wilders' minder-minder-oproep duurde het lang alvorens de premier reageerde. Van Ark komt met een elegante verklaring. 'Mark vindt: de politiek staat hier in een krachtige samenleving, dan moet de premier terughoudend zijn. Het kan zijn dat zijn school hem soms een duwtje geeft: nu is het toch nodig dat ik wat zeg.'
What you see is what you get, dat is de verklaring die steeds weer klinkt. Rutte is Rutte, de man valt samen met wat hij doet. Het geheim is dat er geen geheim is. Mark Rutte, de Houdini van de volatiliteit. 'Hij zou geen goed romanpersonage zijn', zegt Van 't Wout. 'Als het om drama gaat, heb je meer aan Lodewijk Asscher. Toen hij mij eens een compliment wilde maken, zei hij: 'Het is goed dat jij geen ego hebt. Dat vindt hij belangrijk.'
Of er een leven buiten de politiek denkbaar is? 'Misschien gaat hij bij wijze van spreken over een paar jaar ineens les geven in Afrika', zegt Van 't Wout. Als hij opstapt, zal je hem niet meer horen, zegt een prominente VVD'er. Dan wordt het Artsen zonder Grenzen of een multinational. Hij blijft niet als Bolkestein of Wiegel zijn partijtje meeblazen.
'Dan zie je hem met Merkel, of hoe hij Obama ontving', zegt schoenmaker Lauwers. 'Dan is het echt een hele grote. Die man wil alles in goede banen leiden.'
Voorlopig is het juist die combinatie van nabijheid en grote distantie die Rutte ongrijpbaar maakt.