Het mirakel van Naxos De opmerkelijke zegetocht van een klassiek label dat goed paart aan goedkoop
Opeens blijkt iedereen Naxos te kennen. Wat nog niet wil zeggen dat hotel- en restauranthouders op het gelijknamige Griekse eiland rekening moeten houden met een Nederlandse toeristeninvasie....
Hoe dan ook, plotseling is Naxos een begrip. Het heeft veel weg van het Hema-effect: iedereen kocht er omdat het goed en goedkoop was, maar repte er niet over en sinds het imago van het bedrijf is opgevijzeld kun je er rustig voor uitkomen dat je daar je spullen haalt.
Een jaar geleden werd er geringschattend gekeken naar budget-cd's en tientjes-aanbiedingen. Nu staan Naxos-cd's in de meest onverwachte kasten, vooral bij de beginners onder de klassieke muziekverzamelaars. Maar ook bij mij thuis hadden zich ongemerkt meer Naxos-cd's opeengehoopt dan ik vermoedde: via goedkope postorderbedrijven, of via de lezersservice van een weekblad, waarmee mijn vriend ooit zijn collectie klassieke muziek begon.
Verleden jaar werd de markt ook opgeschrikt door berichten over louche praktijken in de budget-branche: goedkope cd's waarop bekend lijkende namen prijkten, bleken een verzamelplaats voor niet bestaande orkesten, dirigenten en solisten. Goedkoop kan niet goed zijn, dat was weer eens bewezen en zuchtend kochten we toch maar full price, zij het in de wetenschap dat pianiste Martha Argerich - in tegenstelling tot haar spookcollega Bergerich - ook echt bestond.
De ruim zeshonderd titels tellende Naxos-catalogus blinkt uit in anonimiteit, tenminste als het om de uitvoerenden gaat. Geen foto's, geen schreeuwende koppen: de cd's zijn eenvoudig per componist geordend, van de A van Aguado tot en met de W van Wieniawski, gevolgd door de categorie 'best-of'-verzamelingen; romantische pianomuziek vol.1 tot en met 10; 101 orkest-klassieken, enzovoort. Maar ook het onbekendere repertoire en de oude muziek zijn lang niet slecht vertegenwoordigd, al ontbreekt nog het kopje Monteverdi en diens Lamento d'Ariana.
De Naxos-verzamelaar, zo valt hieruit af te leiden, koopt geen namen maar repertoire. Hij gaat niet voor de ster van een Domingo of een Vengerov, hij rent ook niet voor de nieuwste authentieke superinterpretatie van een Gardiner of Brüggen. De Naxos-koper koopt Beethoven en niet één symfonie, maar alle negen en voor de prijs van acht. Waarom zou je ook een cd van veertig gulden kopen als je diezelfde Mozart ook voor nog geen vijftien gulden krijgt en waarom zou je er niet nog een paar sonates bijnemen als je (tot 31 december dit jaar) drie cd's voor de prijs van twee kunt kopen? Zeker, en dat is de meest verrassende troef van Naxos, als de muzikale kwaliteit er ook nog eens mag wezen.
De uitvoerenden mogen dan in hoge mate onbekend zijn, Górecki's Derde Symfonie doet in de uitvoering van het Polish National Radio Symphony Orchestra met sopraan Zofia Kilanowicz niet onder voor de London Sinfonietta met dirigent David Zinman en sopraan Dawn Upshaw (uitgebracht door Nonesuch). In veel opzichten is de Poolse uitvoering te prefereren door de warmere en transparante strijkersklank en de expressievere kracht van de sopraan.
Simpele tests met andere cd's uit het bestand leveren soortgelijke resultaten op. Haydns strijkkwartetten door het vermaarde Amadeus Quartet zijn in klank helemaal niet zo veel beter dan het Kodály Quartet dat voor Naxos gelijk maar het leeuwendeel van Haydns strijkkwartetoeuvre bij elkaar heeft gestreken. Ook het Naxos huisensemble voor oude muziek, de Oxford Camerata onder leiding van Jeremy Summerly, heeft een gave Gesualdo afgeleverd.
Als het om Puccini gaat, legt Kaludi Kaludov het weliswaar af tegen Placido Domingo, en is het door DGG gecontracteerde orkest en koor van Covent Garden met dirigent Giuseppe Sinopoli beter dan het koor en orkest van de BRT onder leiding van Alexander Rahbari, maar de door Naxos in de arm genomen Miriam Gauci is een prachtige Manon Lescaut die Mirella Freni (DGG) absoluut naar de kroon steekt.
Een tien in het tijdschrift Luister (voor een cd met werken van Respighi) en vergelijkbare onderscheidingen in buitenlandse tijdschriften bevestigen nog eens de hierboven beschreven ondervindingen. 'Waar doet Naxos het van', vraagt een journalist in één van de platenbladen zich af en in diverse tijdschriften verschijnt de laatste tijd het succesverhaal van Klaus Heymann, geestelijk vader en zakelijk hoofd van de in Hong Kong gevestigde platenmaatschappij die Naxos op de markt brengt, Pacific Music.
De bewoordingen variëren, maar het verhaal blijft hetzelfde en de formule blijkt haast kinderlijk eenvoudig. De uit Frankfurt afkomstige Heymann raakte ooit in Hong Kong in de cd-branche verzeild, via een postorderbedrijf, dat ook geluidsboxen verkocht. Hij begon eind jaren zeventig het label Marco Polo voor minder bekend repertoire uitgevoerd door Aziatische orkesten.
De daling van de kostprijs van cd's, halverwege de jaren tachtig, bracht de budget-cd (een cd voor de prijs van een lp) binnen bereik. Haalbaar dank zij een consequent gehanteerde policy: geen verdubbelingen in het repertoire, tenzij een eerdere opname niet voldoet; geen luxueuze kantoren; uitsluitend opnamen met jonge en onbekende musici die daarvoor geen exorbitant hoge honoraria ontvangen, maar wel op een grote internationale afzet kunnen rekenen; geen VIP-behandelingen in vijfsterren-hotels met champagne en dure diners.
Waar grote platenmaatschappijen al gauw op twintig procent overheadkosten zitten, heeft Heymann die teruggebracht tot drie procent. Er wordt gewerkt met vaste producers voor een vast tarief en van de musici wordt verwacht dat ze goed voorbereid in de studio verschijnen, zodat er niet een paar honderd takes voor één opname nodig zijn plus het driedubbele aan montagetijd. 'De meeste musici', legt Heymann uit in het cd-tijdschrift Classical Express - en hij bedoelt de veelgevraagde sterren - 'zijn niet meer goed voorbereid omdat ze daar geen tijd voor hebben. Dat is ons voordeel.'
Van spookverschijningen is hier geen sprake. Van het Gelders Orkest (Arnhem Philharmonic) en dirigent Roberto Benzi, net opgenomen in de Heymann-stal voor een dozijn cd's met onder meer Diepenbrock, Zweers en Wagenaar (en Franck, Dutilleux, Markevich), kan in elk geval gerust worden vastgesteld dat het echt bestaat.