AchtergrondAchterstandswijken

Helpen dure huurwoningen in slechte wijken tegen verloedering?

Probleemwijk, aandachtswijk, krachtwijk, prachtwijk: het blijft raadselachtig hoe het komt dat de ene wijk blijft kwakkelen en de andere de weg omhoog vindt. Er is geen toverformule om een buurt er weer bovenop te helpen.

Thomas Borst en Bart Dirks
Agenten gaan op bezoek bij een woning in het Oude Westen in Rotterdam. De buurt had geklaagd over de bewoners. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Agenten gaan op bezoek bij een woning in het Oude Westen in Rotterdam. De buurt had geklaagd over de bewoners.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

De achterstandswijk keert terug in Nederland. Daarvoor waarschuwen de woningcorporaties, die ook zelf – tegen wil en dank – debet zijn aan die ontwikkeling. In wijken met veel sociale huurwoningen wonen steeds meer mensen met een laag inkomen. In ‘zwakkere’ wijken worden ook bovengemiddeld veel mensen gehuisvest die hulp en ondersteuning nodig hebben vanwege psychische of sociale problemen.

Ook statushouders en mensen met een licht verstandelijke beperking komen er vaker terecht dan in ‘sterke’ wijken. Tegelijk zien kwetsbare wijken een uittocht van huurders met een hoger inkomen – zij kunnen zich een ‘betere’ buurt veroorloven, of ze vinden simpelweg geen huis van hun gading in de zwakkere buurt.

Die tweedeling zet de leefbaarheid onder druk, waarschuwt Aedes, de koepel van corporaties: de bewoners ervaren meer overlast en voelen zich minder veilig. Ze hebben drie keer vaker last van hun directe buren dan gemiddeld. Niet alleen doordat hun buren zo lastig zijn, maar ook doordat de woningen oud en gehorig zijn. 20 procent is bang te worden beroofd of lastiggevallen. Gemiddeld in Nederland is dat 6 procent.

Wijkagenten in het Oude Westen in Rotterdam hebben plezier met een Turkse ondernemer. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Wijkagenten in het Oude Westen in Rotterdam hebben plezier met een Turkse ondernemer.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Het is geen onbeduidend probleem: ongeveer anderhalf miljoen Nederlanders leven in buurten waar twee derde van de huizen uit sociale huurwoningen bestaat. Al zeker twee decennia maken de middeninkomens daar plaats voor huurders met (zeer) lage inkomens. Die trend zet door. ‘Het gaat om 10 procent van alle Nederlandse buurten’, zegt Jeroen Frissen, coauteur van het maandag verschenen rapport over de veerkracht van het corporatiebezit.

De corporaties stellen een reeks oplossingen voor. Bijvoorbeeld verbetering van woningen in wijken met de grootste problemen. En er moet meer diversiteit komen: middeldure woningen in zwakke wijken, en sociale woningen in betere wijken.

Gemengde wijken

Dat kost niet alleen geld, maar vergt ook wettelijke mogelijkheden. Minister Stientje van Veldhoven (D66, Wonen) werkt aan een wetsvoorstel waarmee corporaties méér vermogende bewoners in achterstandswijken kunnen huisvesten. Nu kunnen corporaties 10 procent van de woningen toewijzen aan mensen met een hoger inkomen. Van Veldhoven wil dat percentage opschroeven naar 15 procent.

Duurdere woningen in slechte wijken, helpt dat? Het is volgens Frissen vooral zaak om de middeninkomens (politieagenten, leerkrachten) in een sociale wijk te huisvesten. ‘Zij zijn gewend aan de variëteit van mensen, zij kunnen wat voor elkaar en anderen betekenen.’

Stadsgeograaf Cody Hochstenbach, niet betrokken bij het onderzoek van de corporaties, is het daarmee eens. Maar hij signaleert een risico bij het mengen van wijken. ‘Over het algemeen betalen de lage inkomens daar de prijs voor. De goedkoopste woningen verdwijnen, daarvoor komen vaak duurdere huizen terug.’ In de ogen van Hochstenbach kantelde het overheidsbeleid toen de financiële crisis in Nederland om zich heen begon te grijpen. ‘Sindsdien is het Rijk grotendeels gestopt met investeren in arme wijken.’

Een meisje spreekt de wijkagent in het Oude Westen in Rotterdam. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Een meisje spreekt de wijkagent in het Oude Westen in Rotterdam.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Dat leidt geregeld tot spanning. In de Rotterdamse Tweebosbuurt hebben huurders via de rechter de sloop van hun woningen tegengehouden. De argwaan tegen stadsvernieuwing is groot: als corporaties huizen gaan renoveren of slopen, dreigen de woningen onbetaalbaar te worden voor de huidige bewoners.

Hochstenbach legt de oplossing daarom ook bij meer sociale vermenging in elitewijken. ‘Studies tonen aan dat mensen met een hoger inkomen sterker gesegregeerd wonen dan mensen met een laag inkomen. Je moet dus inzetten op menging in elitewijken. Daar zitten de bewoners die het zich kunnen permitteren om zich in een dure wijk te verschansen.’

Samenredzaamheid

Corporaties moeten meer sociale investeringen kunnen doen, bepleit Hochstenbach. ‘Ze mogen tegenwoordig niet veel meer uitgeven aan de leefbaarheid en het uiterlijk van de wijk. Dat maakt uit voor hoe de buurt wordt gewaardeerd door de bewoners.’

Probleemwijk, aandachtswijk, krachtwijk, prachtwijk: het blijft, ook dertien jaar na de Vogelaarwijken, enigszins raadselachtig hoe het komt dat de ene wijk afglijdt en blijft kwakkelen, terwijl de andere buurt wel de weg omhoog vindt. De veerkracht van buurten (de opkomst, neergang en heropleving) heeft er vaak mee te maken dat een kern van bewoners trots en actief blijft. Ze zeggen in enquêtes weliswaar dat het minder goed gaat, maar ze maken zich boos als media tendentieus over hun wijk berichten.

Die betrokkenheid (‘samenredzaamheid’ in jargon) staat en valt met een goede verstandhouding tussen bewoners en instituties zoals de gemeente en de corporaties. Al bestaat er geen toverformule om een wijk er weer bovenop te helpen: het lokken van draagkrachtige middeninkomens is geen garantie voor succes. Voelen die nieuwkomers zich betrokken, of sturen ze hun kinderen liever naar een school in een betere buurt, waar ook de fitness is? Als hun sociale en professionele leven zich elders afspeelt, raakt de wijk hoogstens op papier gemengd.

Een wijk agent probeert contact te krijgen met een bewoner in het Oude Westen in Rotterdam. Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant
Een wijk agent probeert contact te krijgen met een bewoner in het Oude Westen in Rotterdam.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Omgekeerd is er argwaan onder de ‘oude’ bewoners die de ‘yuppen’ als indringers zien. Het legt de zwakte van het gemengd bouwen en wonen bloot. ‘Het mengen van steden is geen oplossing voor alles’, beaamt onderzoeker Jeroen Frissen. ‘Goede zorg en maatschappelijke ondersteuning zijn net zo belangrijk.’

Internationaal gezien doet Nederland het trouwens nog zo slecht niet, vindt zowel Frissen als Hochstenbach. ‘Zowel bij nieuwbouw als bij de aanpak van bestaande wijken is het belangrijk om na te denken over gemengd wonen’, zegt Frissen. ‘In Londen en Parijs kunnen lagere inkomens niet meer wonen. Dat soort situaties wil niemand.’

Alleen als je ziet dat op bepaalde plekken levens nadelig worden beïnvloed, kun je volgens Hochstenbach ingrijpen met secuur mengingsbeleid. ‘Je kunt wel sturen op wie toekomstige bewoners worden, maar over het algemeen ben ik ben geen fan van gedwongen verhuizen.’

Kanaleneiland, de wijk die trots is op de naam Vogelaar
Vlak na het overlijden van oud-minister Ella Vogelaar maakte Charlotte Huisman een reportage in één van de ‘Vogelaarwijken’: In de Utrechtse wijk Kanaleneiland werd verslagen gereageerd op het onverwachte overlijden van de oud-minister die de buurt een nieuw elan wilde geven. ‘Er was het geloof dat het beter kon worden.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden