Grote mond tegen moeder geen blijk van weerbaarheid

Met stijgende verbazing en verontwaardiging las ik het artikel 'Onze kinderen redden zich ook wel zonder bangmakerij' van Liesbeth Wytzes (de Volkskrant, 10 januari)....

Het is flauw en gemakkelijk om het af te doen als een aaneenschakeling van mensen die Kaatje lastig willen vallen. Kaatje wil juist aan de hand van enkele ervaringen - die helaas tot de mogelijkheden behoren, wees eerlijk - duidelijk maken hoe je daarop kunt reageren. En dit boekje biedt een leuke manier om die mogelijkheden te bespreken zonder kinderen bang te maken.

Natuurlijk lijken kinderen in de dagelijkse omgang weerbaar genoeg. Maar kun je wel een vergelijking trekken, zoals Wytzes doet, tussen zulke verschillende omstandigheden? Een kind kan jou afsnauwen omdat jij iets doet wat het op dat moment niet wil. Een kind kan een enge meneer in een badhokje een dreun willen verkopen omdat jij zegt dat dat een enge meneer is. Maar hoe reageert een kind op momenten dat jij er niet bij bent en bekenden of onbekenden, op wier voorhoofd niet te lezen staat dat ze eng zijn, iets van of met ze willen?

Hoe durft Wytzes te schrijven: 'Vroeger, toen volwassenen nog niet zo vaak naar kinderen grepen om hun lusten te bevredigen. . .'? Er werd over gezwegen, ja; maar kun je beweren dat het daarom niet gebeurde? En het is ook wat simpel om dat wat je zelf niet meemaakt en niet direct om je heen ziet, af te doen als iets wat weinig voorkomt.

Juist de laatste jaren begint seksueel geweld tegen kinderen uit de taboesfeer te komen, nu er mensen moedig genoeg zijn om met hun ervaringen naar buiten te komen. Nu er vertrouwensartsen zijn, onderwerpen bespreekbaar worden en voorzichtig onderzoekscijfers worden gepubliceerd.

Ik wil mijn dochter niet bang maken. Maar de gevaren bestaan wel degelijk, en ik wil dat ze, zonder elke volwassene als een bedreiging te ervaren, weet hoe ze erop kan reageren als ze bedreigingen tegenkomt. Ik zou het betreuren als kinderen dat niet weten omdat er mensen zijn die de kop in het zand steken, roepen dat het allemaal wel meevalt en dat je je kind alsjeblieft niet bang moet maken.

DELFTGreetje Peterse

Struisvogelpolitiek

Wat Liesbeth Wytzes betreft is het Belgische boekje van Marie-France Botte nergens goed voor, want kinderen zijn al weerbaar genoeg. De argumenten die ze daarvoor aandraagt, zijn zowel naïef als onnozel.

Ze kent veel kinderen, en 'de een is nog weerbaarder dan de ander' want doet moeder Liesbeth iets wat haar zoon van drie niet bevalt, dan krijgt ze een snauw en een grauw.

Het probleem bij seksualiteit is nu juist dat een kind dat niet altijd beleeft als 'iets dat hem/haar niet bevalt', en het zal daar dus ook niet per definitie tegen protesteren. Zeker niet wanneer de volwassene die hem benadert een bekend of geliefd persoon is en hem geen pijn doet.

Het gaat juist bij seksuele kindermishandeling om, vaak uiterst subtiel, machtsmisbruik door volwassenen. Het gegeven dat kinderen het ook niet altijd onprettig vinden, speelt een grote rol in de moeite die een kind heeft om de volwassene geheel verantwoordelijk te stellen.

Een kinderlokker heeft Liesbeth nog nooit meegemaakt. Wat is het signalement van een kinderlokker? Onderzoekers hebben aangetoond dat de meeste kindermishandelaars naar buiten toe erg aardige, keurig ogende vaders, ooms en buurmannen zijn. Mede daardoor blijft het misdrijf vaak erg lang ondergronds. Ook het idee dat moeder anders verdrietig zal worden of vader het huis uit zal moeten én het gevoel van de eigen schuld spelen hierin een grote rol.

Ik werkte vijftien jaar in de psychiatrie en jeugdhulpverlening, en ik kwam er vele misbruikten tegen. Ook uit de 'betere' milieus. Geloof me, beste Liesbeth, de meeste kinderen zijn niet weerbaar tegen seksuele avances van hun eigen familie of goede kennissen.

Je moet eerst weerbaar gemaakt worden, wil je als kind tegen de macht van volwassenen op kunnen. Een grote mond tegen je moeder durven geven is nog geen blijk van weerbaarheid.

AMSTERDAMJaska de Bree

Kwaad

Ik ben kwaad.

De Amsterdamse politie vraagt al tien jaar om een centraal registratiesysteem voor kindermisbruikers.

Ondanks anders luidende verklaringen van het ministerie van Justitie werkt het systeem vandaag de dag nog niet.

Waar blijft de aangepaste wetgeving?

Het in bezit hebben van kinderporno is nu niet strafbaar, het produceren ervan wel. Hoe is het mogelijk.

Wanneer gaan politici eindelijk eisen stellen aan Justitie en controleren of de belofte uitgevoerd wordt?

Ik ben nog steeds kwaad.

ETTEN-LEUR

Mieke Meijers-Van Lier

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden