Groot en klein verstand
Bestaat er een grotere kloof dan tussen de wereld van een verstandelijk gehandicapte en die van een wetenschapper?..
In Evenbeeld, centrum voor beeldvorming in Angerlo, Gelderland, worden deze twee werelden dichter bij elkaar gebracht door Stichting Philadelphia Zorg en het Leidse Museum Boerhaave.
Op het landgoed Wielbergen zijn vier kamers van het monumentale landhuis ingericht met wetenschappelijke instrumenten uit de Boerhaave-collectie en kunstwerken van cliënten van Philadelphia. De geordende wereld van de wetenschapper en de chaotische wereld van iemand met een beperking blijken raakvlakken te hebben.
Uitgangspunt van de expositie is het benadrukken van de overeenkomsten. ‘Verwarring scheppen over wat wetenschap is en wat niet’, noemt projectleider Mariska Scholtens van Philadelphia het. ‘Bij de objecten staan bewust geen kaartjes. De bezoekers moeten zelf een invulling geven door te ervaren en te beleven wat ze zien.’
In de eerste kamer, ‘Mijn dingen’, staat een reeks laboratoriumflesjes lijnrecht tegenover een bundel postelastieken van cliënt Henk. Beide zijn verzamelingen. Het telbord voor het productiewerk van een cliënt is nauwelijks te onderscheiden van een soortgelijk telraam dat een laboratoriummedewerker gebruikt om pipetten met vloeistof te vullen.
Een sterrenhemel met verschillende portretten erlangs duiden de levenslijn van de mens aan in de kamer ‘Tijdslijn’. Scholtens: ‘Al tikt de tijd voor iedereen even snel, dat betekent niet dat tijd voor iedereen hetzelfde is. Zonnewijzers, zandlopers en klokken zijn tijdsbepalers, pictogrammen en gekleurde kalenders net zo goed.’
Aan een strak wit plafond draaien gekleurde atomen langzaam rond. ‘Het molecuul voor alcohol kan net zo goed een hondje zijn’, vertelt Scholtens lachend, terwijl ze wijst naar de molecuulachtige creaties van haar cliënten in de kamer ‘Ordenen’. ‘De ordeningsprincipes van mensen met een beperking blijken niet eens zo ver af te staan van de wetenschap.’
Waarneming staat voor een verstandelijk gehandicapte gelijk aan de werkelijkheid, zegt Dirk van Delft, directeur van Museum Boerhaave. In de met blacklight verlichte kamer ‘Binnenkant’ wordt daarom zowel met als zonder röntgenapparaat door de mens heen gekeken. De wetenschapper ziet een skelet. Voor cliënt Hettie is het skelet gewoon een ‘mannetje’ met een voor- en achterkant. Want: ‘Wat je niet ziet, dat is er niet.’
Marjolein den Dekker