nieuwsabortus
Groot deel subsidie abortushulp naar christelijke club die ‘spijt’ benadrukt
Het ministerie van Volksgezondheid geeft een groot deel van de subsidie voor hulpverlening rond abortus aan de christelijke organisatie Siriz, die opkomt voor het ‘ongeboren leven’ en tegenover cliënten vooral de eventuele spijt na een abortus benadrukt.
Siriz is in 2010 afgesplitst van de Vereniging tot Bescherming van het Ongeboren Kind (VBOK), een christelijke organisatie die er naar eigen zeggen ‘alles aan wil doen om het aantal abortussen te verminderen.’ Na een amendement van Tweede Kamerlid Kees van der Staaij (SGP) in oktober 2013 is de subsidie voor Siriz verhoogd van 700 duizend naar 1,5 miljoen euro per jaar. Vorig jaar ontving de organisatie dat ook.
In chatgesprekken benadrukken medewerkers van Siriz vooral de eventuele spijt na een abortus, zo blijkt uit onderzoek van De Groene Amsterdammer. De organisatie zelf zegt in een reactie dat zowel ‘de bescherming van het ongeboren leven’ als de vrije keuze van de vrouw in overweging worden genomen, waarbij dat laatste altijd de doorslag heeft.
Vrouwen die advies willen over het beëindigen van een zwangerschap kunnen op voorspraak van hun huisarts of op eigen initiatief terecht bij Siriz. Ook biedt Siriz financiële en psychologische hulp voor aanstaande ouders. Daarnaast heeft de organisatie opvanghuizen voor zwangere vrouwen en moeders in moeilijkheden.
Chatgesprekken
Medewerkers van Siriz zetten in chatgesprekken vraagtekens bij het voornemen van vrouwen om een abortus te plegen, schrijft De Groene Amsterdammer. ‘Stel dat je later als 80-jarig omaatje terugkijkt op je leven, is dit dan ook de meest passende beslissing geweest’, vraagt een medewerker via de chat aan een cliënte. In een reactie laat Siriz weten het transcript van het desbetreffende gesprek te hebben gelezen en geen onregelmatigheden te hebben gevonden. De organisatie ontkent dat haar medewerkers ‘sturend’ optreden.
Siriz is sinds haar oprichting een van twee erkende organisaties in Nederland die hulp verlenen aan vrouwen die ongewenst zwanger zijn, samen met de Stichting Fiom, die geen ideologische grondslag heeft. In 2013 besluit het ministerie die hulpverlening te decentraliseren. Fiom draagt haar taken over aan lokale GGD-instellingen en verliest 3 van de 5 miljoen euro subsidie. Siriz blijft wel als hulpverlener fungeren.
De afsplitsing van VBOK in 2010 was bedoeld om van het imago van ‘een christelijke antiabortusclub’ af te komen, zei directeur Johan van Veelen in 2010 tegen het Reformatorisch Dagblad. Siriz kreeg een apart bestuur, maar werd grotendeels gefinancierd door VBOK. Inmiddels is van een scheiding nauwelijks sprake meer. Zo vormen VBOK en Siriz een personele unie en delen zij een hoofdkantoor in Gouda, dat in juni nog feestelijk werd geopend door VWS-staatssecretaris Paul Blokhuis (ChristenUnie). Van de band met VBOK maakt Siriz overigens geen geheim. ‘Wij spelen geen verstoppertje,’ zegt Ronald Zoutendijk, de directeur van Siriz in een reactie. De financiële bijdrage van VBOK neemt af nu de subsidies groeien, maar bedroeg in 2017 nog 670.000 euro.
Wordt abortus opnieuw een taboe?
Abortus kan op steeds minder begrip rekenen en wordt onder jongeren meer taboe. Volkskrant-journalist Jennie Barbier pleit voor openheid over het onderwerp en geeft zelf het goede voorbeeld.
‘Keuze aan de vrouw’
Siriz benadrukt dat het vrouwen nooit zal vertellen welke keus zij moeten maken. Toch klinkt de visie op de ‘bescherming van het ongeboren leven’ op de website duidelijk door. In de chatgesprekken verwijzen medewerkers door naar ‘ervaringsverhalen’ op de site van Siriz. Daarin vertellen vrouwen (of hun naasten) over hun worsteling met een ongewenste zwangerschap. Siriz benadrukt in de verhalen dat de keuze aan de vrouw is. Maar de ervaringsverhalen gaan voornamelijk over vrouwen of stellen die besloten ondanks hun twijfels een zwangerschap te voldragen.
In twee verhalen wordt wel besloten over te gaan tot een abortus. In één geval beëindigde de vrouw in kwestie de zwangerschap omdat haar vriend dat wilde en had zij een ‘nare ervaring’. In een andere persoonlijke ervaring had een vader twijfels bij de abortus van zijn dochter, maar accepteerde hij later haar keuze.
Volgens Siriz staan meer verhalen van vrouwen die een abortus hebben gehad er niet tussen, omdat het moeilijk is om vrouwen te vinden die daar openlijk over willen praten. Dat de medewerkers een bepaalde visie op abortus hebben, is bij andere hulpverleners niet anders, stelt de organisatie. ‘Wij doen precies wat Fiom voorheen deed,’ aldus Zoutendijk, ‘maar vanuit een andere visie.’
Verdriet, schuld en spijt
Onder het kopje ‘abortus en je verdriet of spijt’ staat te lezen hoe ‘je ontdekt hoe je (beter) kunt omgaan met gevoelens van boosheid, verdriet, schuld en spijt.’ Maar gevoelens van spijt zijn zeldzaam onder de naar schatting 30 duizend vrouwen die jaarlijks een abortus laten plegen, zegt sociaal wetenschapper Jenneke van Ditzhuijzen. Zij promoveerde in 2017 aan de Universiteit Utrecht op een meerjarenonderzoek naar de psychologische effecten van een abortus. ‘90 procent van de vrouwen ervaart helemaal geen of nauwelijks spijt en heeft geen enkele behoefte aan steun bij het ‘verwerken’. Het is voor hen geen traumatische ervaring, maar een opluchting. Ze worden onbedoeld zwanger, bijvoorbeeld als gevolg van falende anticonceptie.’
Ook van schuldgevoelens is geen sprake, zo blijkt uit het onderzoek, dat mede in opdracht van het ministerie werd verricht. ‘Wat mij opviel aan de uitkomst van de studie, was dat vrouwen vijf, zes jaar na dato zeiden: ‘Ik ben het eigenlijk alweer vergeten. Erg hè?’, zegt Van Ditzhuijzen. ‘Vrouwen schamen zich dus eerder voor het gebrek aan negatieve nasleep na een abortus.’
‘Er wordt voortdurend om abortus heen gehangen dat het iets heel erg slechts is, iets traumatiserends’, zegt Christa Compas van het Humanistisch Verbond, dat de Tweede Kamer vorige week in een brief opriep de subsidie aan Siriz te staken. ‘De VBOK heeft als uitgangspunt dat abortus verkeerd is, daar kun je je als vrouw niet aan onttrekken als je in de spreekkamer van Siriz zit.’ De verschuiving van subsidie van Fiom naar Siriz heeft bovendien nog een ander nadelig gevolg, zegt Compas. ‘De consequentie is dat als je nu in de media iets hoort over abortus, dat Siriz wordt opgevoerd als expert.’
‘Neutrale hulp’
Minister Hugo de Jonge zei vorige week in de Kamer dat Siriz neutrale hulp biedt. In reactie op het onderzoek van De Groene zegt Kamerlid Lilianne Ploumen (PvdA) nu: ‘De hulp moet neutraal zijn en de chatgesprekken passen daar niet bij.’ Ploumen zal De Jonge om opheldering vragen, en voorstellen de subsidie voor Fiom weer te verhogen. ‘Als de hulp niet neutraal is, moeten er genoeg alternatieven zijn waar vrouwen terecht kunnen.’
Over de steun die de PvdA in 2013 gaf aan de subsidieverhoging voor Siriz zegt toenmalig minister Ploumen: ‘Als we zien hoe de situatie is veranderd, hadden we dat misschien niet moeten doen.’