Griekse taal- en letterkunde Ineke Sluiter
De Spinozapremie is de hoogste Nederlandse wetenschappelijke onderscheiding. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) kent de prijs jaarlijks toe aan wetenschappers die baanbrekend onderzoek doen, internationaal aanzien genieten en jonge onderzoekers inspireren....
Dit voorjaar mengde ze zich nadrukkelijk in de hooglopende discussies over het eventuele afschaffen van de proefvertaling in de eindexamens Grieks en Latijn. Zijn ze nou helemaal gek geworden, vonden vele klassieke gymnasiasten. Maar Ineke Sluiter (Amsterdam 1959), hoogleraar Griekse taal- en letterkunde in Leiden en lid van de Commissie Klassiek Talen, meende van niet.
Als vurig pleitbezorger van kennis van de klassieke wortels van onze beschaving, benadrukte ze in kranten en op televisie dat vertalen een kick en een waar avontuur kan zijn voor een classicus, maar dat het bewaren en beheren, een haast museale taak, niet de kern is van Grieks en Latijn. Dat is het gedachtengoed van de Oude Grieken, vooral waar het het onze raakt, van onderwijs en opvoeding tot onze normen en waarden. En zelfs waar het van het onze verschilt.
Zelf omschrijft ze haar vak liefst als de ‘maatschappelijk relevante klassieken’. Classici, vindt ze, moeten de oude teksten plaatsen in onze eigen tijd en moderne ideeën over taal, literatuur en cultuur.
Tien jaar geleden ging haar oratie aan diezelfde universiteit over de vrijheid van meningsuiting toen en nu. De Grieken, stelde ze daar vast, belijden normen en waarden die lijken op de onze, maar die niet over hetzelfde gaan. Ze hebben het over democratie, maar dan wel voor slechts enkelen. Het oude Griekenland, vindt Sluiter, mag dan de erflater van onze eigen beschaving zijn, tegelijk is het een wezensvreemde en zelfs afstotende samenleving.
Ineke Sluiter studeerde klassieke talen aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ze doceerde in Amerika aan de universiteiten van Harvard en Princeton en is lid van het sectorbestuur van NWO. Sinds 2000 is Sluiter directeur van de landelijke onderzoeksschool voor Klassieke Studies Oikos.