Goede coach past bij de clubcultuur

Steens, de wereldkampioen van 1973 en de vice-wereldkampioen van '78, ziet de huidige topcoach vooral als een manager die leiding geeft aan een team van specialisten. De belangrijkste vraag die geldt bij de aanstelling, is er ook één uit de wereld van het management. Past de kandidaat in de cultuur van de club of de bond?

Steens: 'Het gaat er niet om of iemand een goede of een slechte coach is. Het gaat er steeds om of het past.'

In de sport worden op dat vlak voortdurend verkeerde keuzes gemaakt. 'De vraag zou kunnen luiden: is Louis van Gaal nou een goede of een slechte coach? In Amsterdam vonden ze hem een goede coach. In Barcelona vinden ze hem een slechte trainer.

'Het gaat erom dat ze in Barcelona niet gekeken hebben naar de omstandigheden waaronder Van Gaal bij Ajax heeft gepresteerd. Hij had het daar uitstekend gedaan en ze hebben hem zo overgeplant in Barcelona. Maar de man paste daar niet.'

Niemand verdiept zich in de omstandigheden die het succes van een coach bevorderen. 'Ik verbaas me over de kortzichtigheid, waarmee in die wereld spelers en trainers worden aangetrokken. In de voetballerij, ik heb jaren in de sportmarketing bij Inter Football gezeten , worden op opportunistische gronden beslissingen genomen. En steeds kun je je afvragen of die wel zo verstandig zijn geweest? Het is vaak kapitaalvernietiging.'

Clubs en bonden zouden volgens Steens voor het inhuren van hun voornaamste werknemer, de hoofdcoach 'ofwel de topsportmanager', een bureau gespecialiseerd in interim-management moeten inhuren. 'Ik wil voor ik zo'n klus aanneem, eerst weten in wat voor cultuur die nieuwe kracht straks terecht komt. Daarom ga ik in zulke organisaties altijd cultuur proeven. Welk type mens is hier geschikt?

'Natuurlijk zijn kennis en ervaring van groot belang, maar het draait in mijn opvatting vooral om de persoonlijkheid. Het is leuk als ze aan sport hebben gedaan, dat is aantrekkelijk voor de bond. Maar er is meer nodig. Er wordt te veel naar verleden gekeken en te weinig op de toekomst ingespeeld.'

Als speler ging Steens in de jaren zeventig naar HCKZ en zette daar met Ties Kruize een elftal op dat acht nationale titels veroverde. 'Wij zochten naar passende spelers. Wij kozen niet de beste keeper van Nederland, maar de best passende, de nog onbekende Joost Claushuis uit 't Gooi. Hij werd onze grote gangmaker. Hij paste.'

Om de Nederlandse sportwereld voor vele personele teleurstellingen te behoeden bedacht Ron Steens gisteren ter plekke dat hij in de toekomst een sportpoot aan zijn bureau GITP wenst te verbinden. 'Wij gaan ervoor zorgen dat de juiste coaches worden aangetrokken. U hoort nog van ons.'