feiten bij het beeld
Gaan er echt duizenden Syrische huurlingen voor het Russische leger vechten in Oekraïne?
Kort na het begin van de oorlog in Oekraïne verschijnen al berichten over Syriërs die voor Rusland willen vechten. Het Russische ministerie van Defensie toont half maart tientallen Syrische mannen die zwaaien met wapens en Russische vlaggen. Komen ze eraan?
Welke beelden gaan er rond?
Op de website van het Kremlin verschijnt op 11 maart een video van een bijeenkomst van president Poetin met de leden van de Veiligheidsraad. Minister van Defensie Sergej Sjojgoe zegt dat er ‘grote aantallen aanmeldingen’ binnenkomen van vrijwilligers uit allerlei landen die het voor Rusland willen opnemen. ‘Het grootste aantal komt uit landen uit het Midden-Oosten: al meer dan zestienduizend aanmeldingen’, aldus Sjojgoe. Krijgt hij goedkeuring van Poetin om die vrijwilligers in te zetten?
Poetin ziet wel wat in het voorstel. Het irriteert hem dat huurlingen ‘uit de hele wereld’ zich aansluiten bij het Oekraïense leger. ‘Ze doen het openlijk, zonder rekening te houden met de normen van internationale wetgeving’, zegt hij. ‘Daarom, als je ziet dat er mensen zijn die op vrijwillige basis andere mensen willen komen helpen om in de Donbas te leven, helemaal als het niet voor geld is, dan moet je ze halverwege ontmoeten en hen helpen zich te verplaatsen naar het oorlogsgebied.’
Op dezelfde dag verspreidt Zvezda, de tv-zender van het Russische ministerie van Defensie, beelden van tientallen Syrische mannen in camouflagekleding die zwaaien met wapens en Russische vlaggen. Sommigen houden spandoeken vast met de letter Z of met een afbeelding van Poetin en de Syrische president Assad. Verderop in het item zouden ze zich registreren voor de strijd en krijgen ze wapens en tassen uitgereikt.
‘Een hele golf patriotten stroomde de militairedienstkantoren en verzamelplaatsen binnen’, meldt de begeleidende tekst bij het filmpje. ‘Bijna allemaal hebben ze solide gevechtservaring. Velen blijven in dienst, maar in overleg tussen de regeringen van de twee landen mogen ze tijdelijk naar de zone van de speciale operatie.’
De boodschap aan Oekraïne en zijn bondgenoten is duidelijk: mocht het Russische leger verliezen lijden of uitgeput raken, dan staan er in Syrië duizenden verse krachten klaar. Oftewel: deze oorlog is niet te winnen.
Welke aanwijzingen zijn er en wat klopt daarvan?
De bewijzen dat er Syriërs klaar staan om te gaan vechten aan de kant van de Russen in de oorlog in Oekraïne vallen in een aantal punten uiteen.
Registratiekantoren
De eerste berichten over Syriërs die zich aanmelden voor de strijd in Oekraïne verschijnen al eind februari, als de oorlog net begonnen is. Verspreid door Syrië zouden er kantoren geopend zijn waar mensen zich registreren voor deelname aan de oorlog, met zicht op een contract en duizenden euro’s beloning. In verschillende mediaberichten wisselt het aantal Syriërs dat zich zou hebben geregistreerd, maar het zou in ieder geval gaan om meer dan tienduizend potentiële huurlingen. Er verschijnen ook beelden van Syriërs die voor deelname aan de oorlog tekenen.
[video Syria TV 5 maart]
Het nieuws over de Syriërs wordt pas echt groot als de beelden opduiken van de Syrische mannen in camouflagekleding met Russische vlaggen. Screenshots van die video verschijnen op nieuwssites wereldwijd. Verderop in de video tekent een aantal van de mannen papieren, volgens het Russische commentaar om hun deelname aan de oorlog te bekrachtigen.
De achtergrond van de opzienbarende video bleef onbekend. De Volkskrant heeft de locatie ervan via satellietbeelden nu met grote waarschijnlijkheid kunnen herleiden naar de Syrische kustplaats Latakia, waar Rusland een militaire basis heeft. De video lijkt opgenomen tegenover de ingang van een stadion in de stad, waar paardenrennen worden gehouden. De video is gemaakt door het Russische ministerie van Defensie. Van de gebeurtenis zijn geen andere beelden te vinden. Ook Syrische media delen fragmenten uit de video met rechts bovenin het logo van het tv-kanaal van het Russische ministerie.
[video TV Zvezda]
Registratiekantoren voor potentiële soldaten bestaan al langer. De speciale gezant voor Syrië waarschuwde in 2021 al dat de slechte leefomstandigheden een ideale voedingsbodem zijn voor huurlingen, terrorisme en drugshandel.
Dat wordt bevestigd door de naar Nederland gevluchte Syriër Muhanad Abul Husn, die online onderzoek doet naar de burgeroorlog in zijn land. Syriërs die vorig jaar als huurling wilden vechten in Libië, of eerder aan de kant van Azerbeidzjan in een conflict met Armenië, konden er ook terecht. Volgens Abul Husn betekent een registratie in dit geval niet veel meer dan een intentieverklaring. Zo worden er lijsten gemaakt met namen en telefoonnummers van mannen die bereid zijn de wapens op te nemen.
Rekrutering via sociale media
Via sociale media vindt de Volkskrant een aantal Syrische pagina’s waarop mensen worden opgeroepen zich bij de Russen aan te sluiten. Zo plaatst iemand die zich uitgeeft voor een medewerker van het Syrische leger op 11 maart instructies voor vrijwilligers. Zij kunnen zich aanmelden bij de ‘dienstafdelingen’ in hun regio.
Voor wie geen paspoort heeft wordt een document geregeld. De Russische overheid zou 1.500 euro per maand betalen als vrijwilligersuitkering en alle onkosten voor voedsel, kleding en medicijnen op zich nemen. Gewonden zullen, ‘ongeacht de kosten’, door Rusland worden behandeld. En aan het eind van de oorlog zal de Russische overheid 50 duizend euro geven aan iedere vrijwilliger ‘als blijk van dankbaarheid en liefde’.
Op de rekruteringspagina’s geven honderden mensen aan te willen afreizen. Maar in de weken daarna ontstaat ook twijfel. Syrische vrijwilligers die zich hebben aangemeld, vragen zich openlijk af wanneer ze meer informatie krijgen. Anderen concluderen dat ze voor de gek zijn gehouden, en dat de mensen die rekruteren leugenaars zijn. Op geen enkele pagina staat dat er daadwerkelijk iemand is afgereisd.
Mediaberichten
Niet alleen de Russen doen voorkomen alsof duizenden Syriërs op weg zijn naar het slagveld. Ook gereputeerde media uit westerse landen maken melding van de komst van de Syriërs, die het gehavende Russische leger moeten gaan ondersteunen.
Zo bericht The Wall Street Journal al op 6 maart, een week vóór de aankondiging van het Kremlin, dat ‘Moskou Syriërs rekruteert om te vechten in Oekraïne’. De krant verwijst daarbij naar vier Amerikaanse overheidsbronnen. Volgens een van die bronnen zouden er zelfs al Syriërs in Rusland zijn.
Op 15 maart meldt het Franse persbureau AFP op gezag van het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten dat meer dan 40 duizend Syriërs zich hebben ingeschreven als vrijwilliger voor het Russische leger. The New York Times meldt op 31 maart dat ‘honderden Syrische vechters’ op weg zijn om de Russische troepen in Oekraïne te versterken. Een eerste contingent soldaten, waaronder ‘minimaal driehonderd soldaten van een legerdivisie die nauw samenwerkte’ met Russische soldaten in Syrië, zou al in Rusland zijn.
Ondanks alle aankondigingen van zowel de Russen als de westerse media zijn er vooralsnog nergens beelden opgedoken van Syriërs in Rusland of Oekraïne. Ook in Russische en Oekraïense Telegram-groepen, waar dagelijks honderden foto’s van het slagveld circuleren en de Tsjetsjeense deelname aan de oorlog breed is uitgemeten, is geen spoor van de Syriërs te vinden.
Vluchten naar Rusland
De Oekraïense inlichtingendienst meldt op 13 maart via Facebook dat Rusland Syriërs na een korte training in Syrië met Toepolev-vliegtuigen van het type Tu-134 en Tu-154 naar Rusland brengt. De BBC is preciezer: de Britse omroep meldt het nummer van ‘een bekend Russisch huurlingenvliegtuig’ dat ‘enkele dagen na de invasie’ naar Moskou zou zijn vertrokken met een tussenlanding in Armenië: RA-85041.
Dat er gevlogen wordt tussen Syrië en Rusland is te verklaren: sinds 2015 heeft Rusland een luchtmachtbasis vlak bij de Syrische havenstad Latakia. Vanuit Rusland worden geregeld militairen ingevlogen. Vlucht RA-85041 vloog meerdere keren van en naar luchtmachtbasis Hmeimim nabij de stad.
Het lijkt niet waarschijnlijk dat een vlucht vol met Syrische huurlingen een tussenstop heeft gemaakt in Armenië. Al is het maar omdat president Nikol Pasjinian dat naar eigen zeggen nooit zou toestaan. Op 31 maart voelt hij zich genoodzaakt dat op Twitter duidelijk te maken. Sinds buurland Azerbeidzjan in 2020 Syrische huurlingen inzette in de oorlog met Armenië over de regio Nagorno-Karabach, worden Syriërs in het land niet meer met open armen ontvangen.
Wat zeggen de Syrische autoriteiten er eigenlijk over?
In een interview op BBC Arabic zegt regeringsadviseur Luna al-Shibl dat Syrië het ‘recht op zelfverdediging’ van Rusland steunt. Er zouden veel Syriërs zijn die uit eigen initiatief ‘aan de kant van Rusland willen strijden’. ‘Maar voor zover wij weten is het nu (voor Rusland, red.) niet nodig om vrijwilligers aan te trekken.’ Rusland zou ook niet officieel om steun hebben gevraagd. ‘Zolang er geen verzoek ligt van Rusland kan de Syrische staat hierover geen officieel besluit nemen’, aldus de regeringsadviseur.
Persbureau Reuters citeert op 20 maart commandant Nabil Abdallah. Hij leidt een militie van vooral christelijk-orthodoxe strijdkrachten vanuit de Syrische stad Al-Suqaylabiyah. Hij zegt dat zijn militie klaar is om te vechten in de ‘rechtvaardige’ oorlog in Oekraïne aan de kant van de Russen. De opgedane ervaring in Syrië met ‘straatoorlogen’ komt daar goed van pas, zegt hij tegen Reuters. Hij wacht nog op instructies van de Russische of Syrische autoriteiten.
De Volkskrant vindt het telefoonnummer van Abdallah en heeft contact opgenomen om te vragen of er in die situatie verandering is gekomen. Op een tekstbericht met vier gedetailleerde vragen reageert hij aanvankelijk alleen met ‘nee’. Als hij op de publicatie van Reuters gewezen wordt, ontkent hij aanvankelijk. Later stuurt hij een link naar zijn Facebookpagina, waar hij zelf schrijft op instructies te wachten om Rusland te helpen de ‘neonazi’s’ te bestrijden.
Wat zegt de expert?
‘Er zijn zeker Syriërs bereid om te vechten in Oekraïne’, zegt Gregory Waters, van het Middle East Institute, een denktank in Washington. ‘Een deel van de inwoners is Moskou dankbaar dat het president Assad in het zadel heeft gehouden, en bovendien zou een contract met Rusland een goede bron van inkomsten zijn; er zijn vrijwel geen banen in Syrië, behalve bij het leger of bij milities, en van dat salaris is het bijna onmogelijk om rond te komen. Bovendien melden Syrische media dat de inval in Oekraïne voorspoedig verloopt.’
Maar de contracten zoals die worden beschreven zijn volgens Waters niet meer dan een steunverklaring aan de Russen. ‘Mensen zeggen dat ze bereid zijn te gaan, maar het is geen contract waarin wordt gesteld dat ze vanaf een bepaalde datum in dienst treden.’
Het Russische huurlingenleger Wagner heeft volgens Waters daadwerkelijk Syriërs die loyaal zijn aan Assad ingezet om het Libische Nationale Leger van generaal Khalifa Haftar te steunen. En ook Turkije heeft Syrische huurlingen ingezet.
Bovendien hebben de Russen hun Syrische bondgenoten nodig voor de strijd in het noorden van Syrië, waar nog steeds wordt gevochten. ‘Het zou Russische belangen in Syrië schaden als deze strijders naar Oekraïne zouden worden gehaald.’
Als er al sprake is van Syriërs die aan Russische zijde in Oekraïne gaan vechten, zal het volgens Waters om kleine aantallen gaan. ‘Het kunnen enkele individuen zijn, maar zeker geen hele eenheden die enige invloed hebben op de strijd.’