Fluisterzachte klarinet en luidkeels roepend koor
Wel vijfduizend toehoorders waren er geweest bij de eerste uitvoering van het Quatuor pour la fin du Temps. Volgens componist Olivier Messiaen althans, die zelf de pianopartij voor zijn rekening had genomen; cellist Etienne Pasquier had er maar tweehonderd geteld....
De omstandigheden waren dan ook erbarmelijk, op die ijskoude januaridag in 1941 in het Duitse krijgsgevangenenkamp waar Messiaen vastzat: 'Door voedselgebrek kreeg ik dromen in allerlei kleuren. Ik zag de Engel met de regenboog, en vreemde kleurwervelingen.'
Afgelopen zaterdag was de telling gemakkelijker. Een kleine tweeduizend mensen kwamen op Messiaens beroemde, door de Openbaring van Johannes geïnspireerde kwartet af en verruilden de zonnige Amsterdamse herfstmiddag voor de schemerig verlichte Grote Zaal van het Concertgebouw. Uitvoerend ensemble was het roemruchte Rondom Kwartet, ruim vijfentwintig jaar geleden met het oog op het Quatuor opgericht en verantwoordelijk voor een van de mooiste plaatopnamen ervan.
Hun optreden van zaterdag was geen onverdeeld succes. Pianist Reinbert de Leeuw, die na de pauze als dirigent aan de slag zou gaan, nam ook hier al nadrukkelijk het voortouw. Zoals altijd musicerend met grote intensiteit kreeg hij met zijn dwingende, veelal gedragen tempi alleen van George Pieterson voldoende tegenspel.
De soloklarinettist van het Concertgebouworkest durfde risico's te nemen en straalde pure kracht uit, ook in de fluisterzachte tonen die hij liet opdoemen uit de ruis van de zaal.
Violiste Vera Beths en met name cellist Anner Bijlsma leken er daarentegen vooral naar te streven de schade beperkt te houden. Die bestond desondanks uit onzuivere tonen, ongelijke inzetten en haperende pianissimi. Onvolkomenheden kunnen zich voordoen in een zo veeleisend stuk, maar wat minder benepenheid zou Messiaens lofzang op Jezus' onsterfelijkheid wel gepast hebben.
Na de pauze ging die wens alsnog in vervulling met de Nederlandse première van het Alleluia van Sofia Goebaidoelina uit 1989. Werd Messiaens Quatuor vroeger in de door Reinbert de Leeuw geprogrammeerde Rondom-concerten ingebed in oudere muziek, tegenwoordig dient het zelf als historische context. Een stuk blijft niet eeuwig 'hedendaags'!
Het jubelende karakter van het alleluia-genre krijgt bij Goebaidoelina gestalte in een sopraansolo die aan het eind van het werk oprijst uit krakend lawaai van orgel en orkest en een luidkeels roepend koor. Dirigent De Leeuw had het uitstekende Radio Symfonie Orkest op scherp gezet, en ook het Groot Omroepkoor, met in zijn midden vier solisten, was hoorbaar geïnspireerd.
De schitterende bekroning kwam van de mannelijke sopraan Radu Marian, een jonge Roemeen in wiens stemgeluid de hier in het ondermaanse zo vanzelfsprekende sexeverschillen op onaardse wijze opgeheven worden.