Flinke kritiek van NAVO: Nederland investeert te weinig in defensie
De NAVO vindt dat Nederland te weinig geld uitgeeft aan de eigen defensie. Dit staat in een conceptversie van de zogeheten NATO Defence Planning Capability Review (DPCR), zo heeft minister Jeanine Hennis van Defensie donderdag laten weten aan de Tweede Kamer. Ook vindt het militaire samenwerkingsverbond dat de 'gereedheid en inzetbaarheid van de krijgsmacht' voor verbetering vatbaar zijn.
In het rapport dat iedere twee jaar verschijnt evalueert de organisatie de bijdrage en draagkracht van individuele leden. Officieel zal pas in juni het volledige rapport worden overhandigd aan Hennis, maar mede op aandringen van Nederland geeft de NAVO nu voor het eerst een conceptversie voortijdig vrij aan de ministers.
'De NAVO concludeert dat Nederland zich onvoldoende inzet om de krijgsmacht aan de veranderde veiligheidsomgeving aan te passen', schrijft Hennis. De organisatie zou 'bezorgd' zijn over de Nederlandse Defensiebegroting. Ondanks dat de uitgaven voor defensie niet langer dalende zijn, vindt de NAVO de begroting te laag. Bovendien zou ze meer voorspelbaar moeten zijn.
Gemiddeld besteden Europese NAVO-leden 1,43 procent van het BBP aan Defensie. Nederland zit daar flink onder, met 1,14 procent. Officieel hanteert de NAVO de norm van 2 procent. 'Het gevolg hiervan is dat andere bondgenoten een onevenredig groot aandeel van de benodigde capaciteiten moeten leveren.'
Nederland moet ook werken aan de gereedheid en inzetbaarheid van de krijgsmacht, aldus de DPCR. Extra investeringen in personeel, materieel, training en voorraden zijn daarvoor noodzakelijk. Tot slot ziet de NAVO graag dat Nederland meer geld steekt in de versterking van ondersteunende eenheden.
