Filmer in het licht
Cameraman Robby Müller filmde de mooiste films van Wenders, Jarmusch en Von Trier. EYE filminstituut toont een retrospectief van de Nederlander, die in april een prestigieuze oeuvreprijs won. Wat is zijn geheim?
Typerende anekdote van Jim Jarmusch, over zijn Nederlandse cameraman Robby Müller. De twee filmden een keer in Memphis, helemaal aan het einde van de dag, toen de zon op z'n laagst stond. Magic hour, noemen fotografen dat tijdstip. Mooier licht bestaat niet, en het is zo weer weg. 'We hadden alles doorgesproken, de verschillende lenzen lagen klaar. Robby rookte wat, hing rond, maakte een ontspannen praatje met wat mooie dames. Ondertussen werd ik nerveus: wanneer beginnen we? Hij rolde nóg een sigaret. Ik keek almaar op mijn horloge, waarop Robby in de lach schoot. Jim, zei hij, je kunt het licht niet beoordelen door op je horloge te kijken. Vervolgens negeerde hij me volledig. Drie minuten later, toen het licht hem beviel, kwam hij ineens in actie. Nog weer drie minuten later stond alles er perfect op. Zo is Robby.'
Voor Dead Man, Jarmusch' western met Johnny Depp uit 1995, bestelde Müller blikken zwart-wit film van een type dat al jarenlang niet meer in gebruik was en op doek een uniek zachte en zilverachtige glans opleverde. Enkel een oude laborant in Oost-Duitsland wist nog hoe je het materiaal moest ontwikkelen. Jarmusch: 'Voor Robby is zwart-wit niet zwart-wit, hij wilde kunnen kiezen tussen veertig tinten grijs.'
Over licht kun je nauwelijks praten, en niks is zo belangrijk voor film als licht. Zo verwoordde Robby Müller (73, Curaçao) het ooit, toen zijn neurologische aandoening hem nog niet belemmerde bij het spreken. Vorige maand ontving de in Amsterdam wonende cameraman de prestigieuze International Achievement Award van The American Society of Cinematoghraphers. Morgen opent in het EYE filminstituut het retrospectief Oog in oog met Robby Müller, waarin onder meer zijn werk met Wim Wenders, Lars Von Trier en Jarmusch is opgenomen.
Vraag Wenders naar zijn allermooiste ervaring met Müller en hij herinnert zich een dag uit het begin van hun carrière, begin jaren zeventig, toen ze kriskras rondreden om klassiek Hollands landschap vast te leggen. 's Avonds belandden de twee op een afgelegen plek in de provincie, bij een Holiday Inn hotel. 'Het doemde op als een fata morgana. Zowel Robby als ik waren nog nooit in Amerika geweest, maar het kolossale neonbord voor het hotel verbeeldde alles wat we ons voorstelden bij dat land. Zó moest Amerika eruitzien. Gigantisch, multikleurig neonlicht, gloeiend in de schemering tegen een donkerblauwe lucht.'
Urenlang cirkelden ze om het bord heen met hun camera. 'Alsof het iets bovennatuurlijks was. We vergaten onszelf en de tijd. We spraken niet, we spraken toch al nooit zoveel. De verhouding die ik met Robby had, was nooit verbaal.'
Met een vader die voor Shell werkte, bracht Müller zijn jeugd grotendeels in het buitenland door. Pas op zijn zevende zag hij voor het eerst Nederland, in de winter van 1947. Tijdens zijn studie aan de filmacademie deelde hij de klas met Jan de Bont, Pim de la Parra en Frans Bromet. Twee jaar duurde de opleiding, waarna Müller in Nederland nauwelijks aan de bak kwam. Duitsland bleek een uitkomst, waar hij een pact sloot met de jonge Wenders, die zou uitgroeien tot een van de bepalende regisseurs van de nieuwe Duitse cinema. Müller schoot onder meer Wenders' invloedrijke eerste roadmovie Alice in den Städten (1974) en de onconventionele misdaadfilm Der Amerikanische Freund (1977) met Dennis Hopper, die volkomen verdwaasd kwam invliegen vanaf de set van Apocalypse Now.
Paris, Texas, waarmee Wenders en Müller in 1984 de Gouden Palm wonnen op het Cannes Filmfestival, wordt ter gelegenheid van het retrospectief door EYE in een nieuwe kopie uitgebracht. Die zeldzaam gloedvol en naturalistisch gefilmde roadmovie over een door de Amerikaanse woestijn dolende man (Harry Dean Stanton) beschouwt Wenders als een kroon op hun werk. 'Robby had zich op dat moment al bewezen als de beste cameraman van zijn generatie, iemand die nieuwe vormen van belichten bedacht en de standaard van de kleurenfilm opschroefde. We hadden voor Paris, Texas jarenlang niet meer samengewerkt, omdat ik naar Amerika was vertrokken, maar onze reünie voelde zo vertrouwd dat we besloten om helemaal niks meer door te spreken. We kwamen 's ochtends op de set, lieten ons inspireren door de plek en het landschap, repeteerden de scène met de acteurs, en kozen dán pas waar de camera moest staan.'
Begin dit jaar verscheen het boek Shooting Time - Cinematographers on Cinematography. In het boek staat een interview met Müller, waarin die spreekt over zijn tijd met Lars Von Trier, die hem vroeg voor zijn Dogmafilms Breaking the Waves (1996) en Dancer in the Dark (Gouden Palm, 2000). Hij trof een geloofsgenoot in de Deen, die hem een kleine digitale camera gaf om mee te werken en al het overbodige van de set verwijderde. 'Von Trier had net zo'n hekel aan alle regels als ik. Op de set was het weer net als toen ik begon: een complete film maken met één lamp, of zelfs zonder lamp.'
De enige Nederlandse regisseur die verschillende van zijn speelfilms met Müller als director of photography maakte is Frans Weisz (Een zwoele zomeravond, Hoogste tijd). Geen gemakkelijke samenwerking, herinnert hij zich. 'Ik kom uit een andere school, die van het theater, met volgspots en voetlicht. Als Robby op de set komt doet hij het liefst eerst alle lampen uit. Ik herinner me veel discussies, maar hij is natuurlijk een absolute meester. Hij leerde me dat ik nog veel moest leren van licht.'
Müllers oeuvreprijs werd vorige maand uitgereikt door Steve McQueen (Hunger, Shame), die samen met de cameraman twee korte films opnam. In een interview met de Volkskrant noemde de Britse regisseur Müller al eens een van de meest invloedrijke cinematografen van zijn tijd. 'Kijk naar alle regisseurs met wie hij heeft gewerkt. Jarmusch, Wenders, Von Trier - ze maakten allemaal hun beste werk met Robby. Kijk naar hun films na Robby en je ziet het verschil: alsof ze een extra gewicht meetorsen.'
(Voor dit artikel is gebruik gemaakt van ongepubliceerd materiaal uit eerder door de Volkskrant gevoerde gesprekken met Jarmusch en Wenders)
OOG IN OOG MET ROBBY MüLLER, T/M 16 JUNI IN EYE
Beknopte filmografie Robby Müller
24 Hour Party People (2002, Michael Winterbottom)
Dancer in the Dark (2000, Lars Von Trier - Gouden Palm)
Ghost Dog: the Way of the Samurai (2000, Jim Jarmusch)
Breaking the Waves (1996, Lars Von Trier
Hoogste Tijd (1995, Frans Weisz)
Dead Man (1995, Jim Jarmusch)
Mad Dog and Glory (1993, John McNaughton)
Mystery Train (1989, Jim Jarmusch)
Barfly (1987, Barbet Schroeder)
Down by Law (1986, Jim Jarmusch)
To Live and Die in L.A. (1985, William Friedkin)
Paris, Texas (1984, Wim Wenders - Gouden Palm)
Saint Jack (1977, Peter Bogdanovich)
Der Amerikanische Freund (1977, Wim Wenders)
Alice in den Städten (1974, Wim Wenders)
undefined