Europese leiders akkoord over uitbreiding EU
De uitbreiding van de Europese Unie met tien nieuwe landen is rond. Een akkoord was vrijdag mogelijk nadat Polen instemde met het bod van de EU-leiders.
Uiteindelijk krijgen de aspiranten 40,8 miljard euro voor de eerste drie jaar van hun lidmaatschap. Dat is 400 miljoen euro meer dan wat de EU-landen vrijdagmorgen bereid waren te geven. „Het is geen klein bedrag. Maar de betekenis van deze uitbreiding is niet financieel, maar historisch”, zei de premier van België die het nieuw als eerste meldde. Hij hoopt dat deze uitbreiding net zo succesvol wordt als de toetreding van Griekenland, Spanje en Portugal, die destijds ook arm waren. Duitsland, de grootste betaler aan de Europese kas, was na afloop ook tevreden. Op de vraag of hij het akkoord niet te duur vindt, zei minister Fischer van Buitenlandse Zaken: „Het is niet in geld uit te drukken wat de Unie vandaag bereikt heeft.” Berlijn, dat al jaren kampt met tegenvallers, hamerde lange tijd op zuinigheid. De Poolse premier Miller bedankte 'de Unie en de paus' voor het lidmaatschap. „Polen verdient deze kans voor de komende generaties”, zei hij. Voor zijn land is 13 december een historisch beladen dag, omdat op 13 december 1981 de noodtoestand werd afgekondigd. Polen heeft hard gevochten om meer geld, omdat de boerenbevolking zich achtergesteld voelde. Alle boeren in de EU krijgen inkomenssteun, maar de boeren in de nieuwe lidstaten kregen in de oorspronkelijke voorstellen slechts 25 procent van wat hun collega's in het westen ontvangen. Polen heeft nu bedongen dat het andere EU-potjes naar de boeren mag sluizen, zodat de steun in 2004 uitkomt op 55 procent. In de latere jaren komt daar telkens 5 procentpunt bij.
