Europa League kan PSV niet inspireren
Zonder enige terughoudendheid kan na vier wedstrijden in de Europa League toch wel worden geconcludeerd dat ze bij PSV vooralsnog bepaald niet warmlopen voor dit toernooi.
Nadat een ronde eerder al was afgerekend met een nauwelijks aansprekende Bulgaarse opponent, Tsjerno More, schoof PSV donderdag ook Bnei Yehuda uit Israël achteloos opzij.
Vier wedstrijden leverden alle een summiere overwinning van 1-0 op. De ploeg mag dan ook hopen dat de UEFA vandaag wat meer aansprekende tegenstanders voor de poulefase uit de ballenbak weet te toveren. Wellicht gaat het niveau dan iets omhoog en kan de aanhang weer eens genieten van een gretig spelend PSV.
Donderdagavond bleek namelijk opnieuw dat PSV moeite heeft inspiratie te halen uit confrontaties tegen de kleinste bespelers van het Europese toneel. En, tjonge, wat weet het Eindhovense publiek dat goed. In de vorige ronde, tegen Tsjerno More, waren de tribunes in het Philips stadion al zeer matig bezet en tegen Bnei Yehuda was dat niet anders.
De aanhang heeft vooral moeite met de hoge toegangsprijzen voor dit soort confrontaties en liet dat op gepaste wijze weten. Een spandoek met de tekst ‘Ons fans niet uitpersen’ maakte dat duidelijk. De teleurstellende vierde plaats van het afgelopen seizoen dwong de club echter tot het spelen van twee voorronden. En dan kom je dus al snel terecht bij tegenstanders uit de categorie Tsjerno More Varna en Bnei Yehuda.
Tegen de Bulgaren leverde dat twee droevig stemmende partijen op, waarin PSV meer te verliezen had dan het zelf ooit gewild zal hebben. Een doelpunt in blessuretijd van verdediger Marcellis in de thuiswedstrijd kon de nare smaak van de voorgaande negentig bedroevende minuten voetbal nauwelijks wegspoelen.
Op bezoek in de kustplaats Boergas volgde een eveneens weinig verheffende wedstrijd die werd gewonnen dankzij een eigen doelpunt van een van de Bulgaarse verdedigers. Weer een klus geklaard, moet coach Rutten hebben gedacht, overigens zonder er enige tevredenheid aan te ontlenen.
Daarna dus nog maar een keer met die hoog aangeslagen clubnaam in de ballenbak van de UEFA, om tot de conclusie te komen dat er weer een club was gevonden die niet op de gebruikelijke routekaart door Europa stond: Bnei Yehuda uit Tel Aviv.
Op de website van de club verschenen bevlogen stukjes over het bezoek aan Jaffa, maar over de wedstrijd in het Bloomfield Stadium waren de betrokkenen opnieuw bijzonder snel uitgepraat. Er was weer een klus geklaard, deze keer dankzij een vroeg doelpunt van Ibrahim Afellay, zijn eerste internationale treffer.
In het seizoen dat hem een transfer moet opleveren naar een grote Europese club, moet dat een bemoedigend persoonlijk succesje zijn geweest voor de meest getalenteerde speler uit de PSV-selectie.
Voor Afellay is het toernooi om de Europa League dan ook een goed podium om zijn enigszins onbevredigende optredens van de voorgaande jaren in de Champions League wat naar de achtergrond te verdringen. Blessureleed en veelal anonieme wedstrijden tegen de Europese grootmachten voedden daarin de gedachte dat hij nog een flinke stap in zijn ontwikkeling moest maken om die beoogde transfer te verdienen.
Donderdag was hij opnieuw de speler die de zo gewenste opening forceerde in een wedstrijd die geen moment tot leven kwam. Met een hem typerende dribbel drong Afellay na 24 minuten door tot het strafschopgebied, waarin hij tamelijk onnozel ten val werd gebracht door Abu Zaid. De toegekende strafschop werd vervolgens benut door Simons.
Zo had de aanhang toch íets om zich vrolijk over te maken. Ronduit ontevreden zal Rutten zijn geweest over de twee enorme kansen die werden geboden aan aanvaller Atar, die zijn eerste schot op de handen van Isaksson uiteen zag spatten en zijn tweede mogelijkheid hard voorlangs schoot.
De tweede helft was een zo mogelijk nóg langere zit dan de eerste, waardoor ook dit tussendoortje geen plaats zal krijgen in het collectieve geheugen van de fans. Al was de kans daarop op voorhand al niet groot.