Erbarmelijke omstandigheden in opvangkamp Djibouti
Duizenden Jemenitische vluchtelingen in het opvangkamp Markazi in Djibouti krijgen onvoldoende hulp. De meeste van de drieduizend bewoners van het kamp, dat wordt gerund door de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR en de Djiboutiaanse vluchtelingenorganisatie Onars, slapen op flinterdunne matjes op de harde rotsvloer.
Stevige behuizing in het kamp staat grotendeels leeg en op slot, omdat de UNHCR nog niet heeft uitgezocht wie erin mag. Extreme hitte en stofstormen kostten afgelopen zomer vermoedelijk twee levens.
Sommigen zitten hier al meer dan een half jaar, sinds de oorlog in hun land escaleerde, maar zo'n tweeduizend van hen kwamen na een nieuwe gevechtsgolf eind september en begin oktober. Voor velen uit die laatste groep zijn er nog altijd geen matrassen. Ze slapen op rieten matjes van een halve centimeter dik, uitgerold over de puntige rotsvloer - velen oud, ziek, ondervoed, gehandicapt.
Het hoofd van de UNHCR-afdeling voor Jemenitische vluchtelingen, Claire Bourgeois, zegt dat hulporganisaties moeite hebben fondsen te werven. 'Het conflict in Jemen wordt volledig overschaduwd door vluchtelingen uit Syrië en in Europa,' zegt Bourgeois. 'Het publiek kijkt graag naar grote, indrukwekkende aantallen. We hebben over 2015 nog geen 50 procent gekregen van waarom we gevraagd hadden. Steun in het kamp moet worden verbeterd; onderdak, onderwijs, het moet worden verbeterd.'
Maar gebrek aan fondsen verklaart niet alles. De hulpverlening in Obock zelf is traag en inefficiënt. Er staan 297 Refugee Housing Units (RHU) in het kamp, een soort plastic bouwketen die beter onderdak bieden dan de tenten. UNHCR probeert een eerlijke verdeling te organiseren: onder meer uitzoeken wie het eerste aankwam. Maar ondertussen staan de RHU's voor het overgrote deel al maanden leeg.
Gevlucht uit een vergeten oorlog naar een vergeten oord
De chaotische oorlog in Jemen wordt helemaal overschaduwd door die in Syrië. Duizenden Jemenieten zijn de zee overgevlucht naar een dor gebied in het kleine land Djibouti. Hulp is er nauwelijks voor hen. Lees het verhaal van onze correspondent Remco Andersen. (+)