Een voorbeeld voor Venezuela
De stoffelijke resten van de voormalige Venezolaanse president Carlos Andrés Pérez (1922-2010), tegen wie het huidige staatshoofd Hugo Chávez een mislukte staatsgreep aanvoerde in 1992, zijn van Miami overgevlogen naar Caracas. Vandaag wordt CAP, zoals hij door iedereen werd genoemd, eindelijk begraven, ruim negen maanden na zijn dood en na een bittere familievete.
In een van de meest geslaagde Argentijnse romans van de laatste twee decennia, Santa Evita, fantaseert Tomás Eloy Martínez op magistrale wijze over een lange reis van het lijk van de legendarische Eva Perón. Maar in het altijd tot de verbeelding sprekende Latijns-Amerika kan het zomaar gebeuren dat fictie wordt overtroffen door realiteit. Kijk maar naar de groteske omzwervingen van het stoffelijke overschot van CAP, die op 25 december vorig jaar in zijn ballingsoord Miami overleed aan een hartaanval. De dode liet een onopgeloste sentimentele situatie achter in de vorm van twee woedende weduwen.
Terwijl het lijk nog warm was, vlogen Blanca Rodríguez, CAP's wettige echtgenote in Caracas, en Cecilia Matos, zijn privé-secretaresse en maîtresse van de laatste 30 jaar, elkaar in de haren over de vraag waar hij moest worden begraven. Rodríguez stond erop dat hij zou rusten in zijn geboortegrond. Matos daarentegen zei 'Miami', omdat CAP haar had toevertrouwd nooit te willen terugkeren, levend noch dood, zolang aartsvijand Chávez aan de macht bleef.
Een rechter in Miami liet het lijk balsemen om het vervolgens ruim zes maanden lang te parkeren in een koelbox van een begrafenisonderneming in Zuid-Florida, in de hoop dat de dames een akkoord konden vinden. Dezelfde rechter besloot op 30 juni dit jaar CAP tijdelijk te deponeren in een crypte op de oudste begraafplaats van Miami-Dade, Flagler Memorial Park. Wonderwel sloten Rodríguez en Matos op 17 augustus een deal, die de weg vrij maakte voor de definitieve repatriëring van de voormalige sociaal-democratische leider.
Maandag begon de laatste terugreis van CAP. Hij werd uit de tijdelijke crypte getakeld en belandde opnieuw, voor een dag, in de koelbox. De advocaat van Blanca Rodríguez verklaarde dat de familie voor Delta Airlines had gekozen, de enige maatschappij die lijken naar Caracas wil vliegen. Aangezien Delta geen directe vluchten vanuit Miami aanbiedt, moest CAP een tussenstop maken in Atlanta. De resten werden op de lange reis begeleid door kleinzoon Carlos Orlando Piñango Pérez. Dinsdagavond lokale tijd landde CAP op vliegveld Maiquetía van de Venezolaanse hoofdstad.
De man die twee keer president was (1974-'79 en 1989-'93), is bepaald niet onomstreden in eigen land. Op 2 februari 1992, een jaar voordat CAP moest aftreden wegens corruptie, leidde de jonge luitenant-kolonel Hugo Chávez een staatsgreep tegen zijn regering. De coup mislukte, maar betekende de eerste stap voor Chávez op weg naar de macht. Toen de linkse populist in 1999 werd ingezworen als rechtmatig verkozen president, vluchtte CAP met zijn secretaresse naar Miami.
Naar aanleiding van de begrafenis vandaag in Caracas zei Chávez: 'Als christen vind ik het juist dat hij een christelijke begrafenis krijgt. En dat zeg ik zonder een glimp van ironie.' Vriend en vijand werden verrast door de milde toon. Maar direct daarop verklaarde de president: 'Ik hoop alleen niet dat het schorem van de oppositie, dat stelletje onbegraven kadavers, de ceremonie gaat omtoveren tot een betoging tegen mij.'
Venezuela zou het voorbeeld moeten volgen van de twee weduwen, die na een lange ruzie vrede hebben gesloten. Het land is na twaalf jaar polarisering onder Chávez hard toe aan verzoening.
undefined