Een muur van spelers
VAN EEN intellectueel had ik meer verwacht, zegt Willem van Hanegem door de telefoon. Ik ben geen intellectueel, zeg ik....
In een column voor het radioprogramma Langs de Lijn had ik, in navolging van het Algemeen Dagblad, Ruud Gullit gekandideerd als bondscoach.
Gullit, dacht ik, ach, waarom ook niet. Flair, goede band met de spelers, mediageniek en bereid bovendien, aan de slag heer Henk Kesler. (Gullit spreekt ook niet zo luid als Van Gaal.)
Tevens stelde ik voor dat de spelers, om rigoureus te breken met het tijdperk van control freak Van Gaal, voortaan pornofilms in de bus te zien zouden krijgen. Een dagje de Wallen in Amsterdam op, prima.
Als de spelers een bezigheidstherapeut willen, kunnen ze 'm krijgen, wat mij betreft. Alles beter dan Van Gaal, niet vanwege hem persoonlijk of omdat hij geen goede coach zou zijn, maar eenvoudigweg omdat zijn methodiek bij het Nederlands elftal onsuccesvol is gebleken.
Een dag nadat ik het Nederlandse volk daarvan op de hoogte had gebracht, kreeg ik Van Hanegem aan de lijn.
(Dat staat reuze interessant, maar ik belde een vriend die op dat moment toevallig bij Van Hanegem op bezoek was. Ik hoorde een man op de achtergrond mopperen en kwam later met hem in gesprek.)
Van Hanegem vond het dom geleuter.
Lafhartig wierp ik tegen dat ik vast toch ook wel zinnige dingen had gezegd, over de cultuur bij Oranje bijvoorbeeld.
Ik had ook voorgesteld onmiddellijk de banden met het kamp in Hoenderloo te verbreken, met dat bespottelijke, honderden meters lange NAVO-prikkeldraad en altijd diezelfde chagrijnige man bij het hek die je aankijkt alsof je een potentiële terrorist bent - om over die dommekrachten die als bewakers dienst doen maar te zwijgen.
Oranje is van het volk en moet onmiddellijk worden teruggegeven. Oranje is geen laboratorium waar coaches met een vervaarlijke blik in de ogen in het grootste geheim spelers trachten te manipuleren. Oranje is niets meer en niets minder dan een voetbalploeg en moet als zodanig worden behandeld.
Oranje moet na een training weer worden omringd door kinderen die vurig hopen op een handtekening. Toen René Eijkelkamp daar Van Gaal na een interland op televisie een vraag over stelde, volgde een zeer typerende reactie.
Als we kinderen willen zien, zei Van Gaal, nodigen we ze wel uit. Controleren, niets aan het toeval willen overlaten als ware hij de Almachtige zelve, de reactie van Van Gaal verbaasde me niet.
Inspanningsfysioloog Verheyen die tijdens een warming-up gelouterde internationals vertelt wat ze moeten doen, weg ermee. Trainingen achter gesloten deuren, afschaffen. Coaches die met notitieblokken in de hand invallers instrueren, het is om je gek te lachen.
Daar zit wel wat in, gaf Van Hanegem toe.
In het maandblad Johan zei hij er iets moois over: 'Probleem is niet dat we geen bekwame trainers hebben, wel dat er een aantal is dat denkt belangrijker te zijn dan het voetbal zelf. En dat is toevallig niet zo.'
Spelers die door trainers met een bloknoot worden geïnstrueerd deugen niet: 'Je praat over internationals, dat is toch een belediging?'
Heerlijke opmerkingen. Ook zijn toezegging dat hij als bondscoach Van Basten een rol zou geven, klinkt me als muziek in de oren.
Maar betekent het ook dat Van Hanegem dan maar bondscoach moet worden? Biedt een tegenpool van Van Gaal, dus een coach die bijna alles intuïtief doet, meer kans op succes dan Van Gaal zelf?
Ik vrees van niet.
Er is iets dat veel meer aandacht verdient dan de vermakelijke dans van de kandidaten. Gullit of Van Hanegem, Advocaat of Jansen, Stevens of Jol, allemaal zullen ze vroeg of laat, maar waarschijnlijk vroeg, tegen dezelfde muur oplopen.
Die muur wordt gevormd door spelers die zichzelf een grotesk ego hebben aangemeten. Ze zijn in dienst van topclubs, verdienen enorme salarissen en worden zo bewonderd dat zelfrelativering niet eens meer wordt overwogen, laat staan dat de middelmatige spelers zich voor de besten willen opofferen. Ben je gek? Doe het zelf!
Ze trekken gezag in twijfel. Ze willen gezelligheid, een coach die ze vertroetelt en het ze een beetje naar de zin maakt, geen Big Brother zoals Van Gaal.
Ze kunnen, zoals Van Gaal zei, niet de extra tien, twintig procent meer opbrengen die nodig is om de top niet bijna te halen, maar helemaal. Dát was de voornaamste boodschap van Van Gaal in zijn afscheidsrede. Het merendeel van de internationals is te veel verwend. Ze zijn veranderd en het is ze niet eens kwalijk te nemen.
Als het Nederlands elftal in de volgende kwalificatiereeks opnieuw moeizaam voor de dag zal komen, met een ander type bondscoach, een toffe peer die er in het trainingskamp een gezellige boel van zal maken, zal opnieuw blijken dat de spelers niet zo goed zijn als ze zelf denken.
En dan zullen we zeggen dat Van Gaal gelijk had, op 30 november 2001. Oranje is reddeloos verloren.
Meneer Van Hanegem, wat ik door de telefoon nog had willen zeggen: bezin u alstublieft eer u begint.