Weblog
Dwars door China 20 - Vooruitgang
Zoals zo vaak in China gaat ook hoog in de Hemelbergen de snelle ontwikkeling ten koste van de natuur - en van de charme, de ziel van het land, constateert Hans Moleman tijdens zijn afscheidsreis dwars door China.
Als ik uit het raam kijk, zie ik een hoop lelijkheid. Dat is gek, want we zitten hoog in de Tianshan, de Hemelbergen, een van de mooiste, meest ongerepte natuurgebieden van China.
Wilde westen
Het is ver weg van de betonnen stedenbelt aan de oostkust, van China's overbevolkte hartland. Dit is de andere, vooral lege helft van het land, het wilde westen. De grens met Kazachstan en Kirgizie is nog maar een dag rijden.
We hadden er vijfhonderd kilometer opzitten over kale hoogvlakte -hier en daar een nomadenfamilie met schapen en koeien, besneeuwde bergkammen in de verte- toen de G218, een beroerd onderhouden weg met veel bruggetjes die zijn afgesloten wegens instortingsgevaar, over een pas voerde.
In de diepte ontrolde zich een mooie vallei. Rijzige groene sparren, een klaterende rivier, machtige rotsblokken, herders met stoere zonnebrillen op pittige paardjes, de zomertentenkampjes van herderfamilies -idyllisch.
Tot we in het dorpje aankwamen.
Kraanwagen
Zo ziet de lelijkheid vanuit m'n raam eruit: als je rechtdoor schuin omhoog kijkt zie je nog een heuvel met sparren, maar elke andere ooghoek levert zicht op bouwwerkzaamheden. Rechts staat een grote kraanwagen zakken stenen te verplaatsen, pal voor het raam staan de roestige schoorstenen van de keuken van ons nieuwe staatshotel, links staat de ruwbouw -beton, beton, beton- van een ander hotel te wachten op afwerking.
De vallei is aangemerkt als toeristische ontwikkelingszone, zoveel is duidelijk. Dit groene oord ligt op een dag rijden van Urumqi, de hoofdstad van Xinjiang, en de twee miljoen inwoners daar willen graag hun betonflat zo nu en dan verruilen voor een weekend in de bergen.
Het toerisme heeft de inkomens in deze uithoek van China al aardig omhoog gestuwd, meldt het provinciale tv-station. Schraapten eenvoudige boerenfamilies een paar jaar geleden nog amper 700 yuan -85 euro- per maand bij elkaar, nu verdienen ze het dubbele.
Maar zoals zo vaak in China gaat de snelle ontwikkeling ten koste van de natuur -en van de charme, de ziel van het land.
Vriendjespolitiek
Dat komt door een combinatie van op groeicijfers beluste bureaucraten, vriendjespolitiek en een volk dat gewend is veel te slikken. Dan zegt de grote lokale bouwondernemer, een proleet van het zuiverste water die niet toevallig ook neef is van de partijsecretaris, 'laat mij dat berghotel maar doen'.
Het Chinese systeem is zo ingericht dat niemand zo'n combine tegenhoudt.
Het resultaat is een grof, foeilelijk gebouw met sjaggerijnig personeel, op een van de mooiste locaties van het land.
Het is kennelijk de prijs van vooruitgang op z'n Chinees. Terwijl er ook iets moois tot stand had kunnen worden gebracht, hoog in de Hemelbergen.
Volgende keer: nog meer vooruitgang
Hans Moleman is (nog even) correspondent voor de Volkskrant in China. Hij maakt een afscheidsreis door het land en doet daarvan verslag op Volkskrant.nl