REPORTAGE
'Duitsland, we zijn jullie zo dankbaar'
Het station van München is een uit de grond gestampt aanmeldcentrum voor vluchtelingen die uit Boedapest aankomen. Na de generale repetitie van deze week (2400 vluchtelingen binnen 24 uur) zijn ze er klaar voor een volgende trein. In Boedapest staan ze ervoor te dringen.
'Kan ik nog iets komen doen', vraagt een studente hoopvol aan de hulpverleners die karren vol eten, luiers en flesjes water over het stationsplein van München duwen. Een oudere dame overhandigt een tas met bananen en appels aan een van de vrijwilligers, een ander een tasje met chocola. Maar de hulp van de inwoners van München komt te laat: het stationsplein is woensdag om half een 's middags verlaten. De laatste bus met overwegend Syrische vluchtelingen rijdt weg richting een asielopvangkamp.
Het noodkamp dat dinsdag razendsnel op het Centraal Station in München was opgetrokken, nadat daar vanaf maandagavond ineens treinen met in totaal 2.400 vluchtelingen arriveerden uit Hongarije, wordt woensdagochtend weer even snel afgebouwd. 'Maar we zijn nu wel warmgedraaid', zegt politiewoordvoerder Kasten Neubert. 'Zodra we horen dat nieuwe vluchtelingen uit Boedapest onderweg zijn, hebben we zes uur de tijd om alles weer op te bouwen. Dan kunnen we er ook achtduizend opvangen als het nodig is.'
De Hongaarse politie hield woensdag het Keleti-station in de Hongaarse hoofdstad Boedapest hermetisch afgesloten. Vooruitlopend op een bijeenkomst over de vluchtelingenstroom, donderdag, tussen de Hongaarse premier Viktor Orban en de EU-Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker zegt Hongarije zich nu aan de EU-regels te willen houden en migranten te registreren waar ze Europa binnenkomen. Het stadsbestuur van Boedapest maakte woensdag ook bekend naast het station een tijdelijk opvangkamp te bouwen voor maximaal 1.000 migranten.
Maar de migranten bivakkeren voorlopig nog met enkele duizenden in de open lucht rond het station. De spanning met de oproerpolitie loopt er op. De vluchtelingen die vooral afkomstig zijn uit Syrië, Eritrea en Afghanistan, zijn woedend dat ze niet mogen doorreizen naar Duitsland, waar ze - in tegenstelling tot in Hongarije - vrijwel zeker asiel zullen krijgen. 'Wij willen naar Duitsland' en 'Wij willen vrijheid', scanderen ze zwaaiend met hun treintickets waarvoor ze honderden euro's zouden hebben betaald.
Gastvrije ontvangst
De grimmige sfeer staat in schril contrast met de vriendelijke en gastvrije ontvangst die de vluchtelingen in München krijgen. Er werden zoveel spullen aangevoerd dat de politie van München dinsdag twitterde dat er echt geen knuffelbeesten voor de vluchtelingenkinderen meer nodig zijn.
De Duitse politie is er zelf een beetje beduusd van hoe snel ze de vluchtelingen hebben doorverwezen naar asielcentra in de rest van het land - de centra die de laatste maanden bij herhaling het doelwit waren van demonstraties van boze burgers en brandbommen van neonazi's.
'Je had hier dinsdagochtend moeten zijn. Toen was het nog een chaos', zegt Simon Hegeweld, woordvoerder van de federale politie die verantwoordelijk is voor de grensbewaking en de patrouille op de Duitse treinstations. Nu, een dag later, staat er een geoliede opvangmachine, waar vluchtelingen na hun registratie medisch worden gekeurd, een briefje krijgen met de naam van de stad waar vandaan ze asiel kunnen gaan aanvragen.
Vannacht kwamen 150 vluchtelingen aan in München. Er is zoveel ingezameld dat politie zegt: stop, meer past niet pic.twitter.com/Q5cHRumPiT
— Jeroen Wollaars (@wol) 2 september 2015
Zielsgelukkig
Een van de zelfbenoemde 'geluksvogels' is de Syriër Mohamed Ibrahimalhamada. Twee maanden was hij onderweg vanaf zijn geboortestad Aleppo, die volledig aan puin is geschoten. Vijf landen moest hij door om in Duitsland te arriveren. Hij doorstond vernederingen, politiegeweld en slapen in de open lucht. Nu is hij doodop, maar zielsgelukkig. 'Ik hoop dat ik over een jaar mijn vrouw en kinderen kan laten overkomen, maar dan via de legale route. Gewoon met het vliegtuig.'
In de rij voor het treinloket staan ook student Emad Alahdab en zijn vrienden, die 28 dagen onderweg zijn geweest vanuit Homs. 'Aan de grens bij Macedonië zaten we drie dagen in de stromende regen zonder eten en drinken en we konden geen kant op. Die dagen zal ik nooit meer vergeten.'
Nu lopen de Syrische jongens opgewekt naar het perron om verder te reizen. Bestemming? 'Schweinfurt', leest Alahdab moeizaam op vanaf het briefje dat hij gekregen heeft bij zijn registratie. 'Perron 19', zegt hij terwijl hij zoekend om zich heenkijkt. Op de perrons speuren overal groepjes vluchtelingen naar borden met onuitspreekbare plaatsnamen die overeenkomen met die op hun papiertje. Een verdwaasde alleen reizende man uit Eritrea komt er niet uit en stapt op het laatste moment in een trein. Alweer op goed geluk.
Op perron 19 huppelt een Duits meisje naar een Syrische vrouw die met haar dochtertje zit te wachten op de trein die haar naar het asielzoekerscentrum in Schweinfurt gaat brengen. Als ze weer naar haar moeder is teruggerend, staart de vrouw verbluft naar een biljet van 100 euro dat haar in de hand is gedrukt. 'Duitsland, we zijn jullie zo dankbaar', zeggen de Syriërs als ze even later samen op de trein stappen.