Dresscode: Ik wil opgaan in de menigte
Wat dragen studenten en waarom? Hoeveel geven ze per maand uit aan kleding en waar doen ze dat van? Kiezen na School bezocht verschillende opleidingen in allerlei steden en vroeg studenten het hemd van het lijf over merken, uitgaan, piercings en tweedehands kleding....
JORIS BROEREN (20), studeert rechten aan de Universiteit Leiden, woont in een studentenhuis: 'Meisjes horen er bij als ze hun kraagje omhoog dragen. Dubbele kraagjes is echt kak. Dan draag je een blouse met een polo erover heen. Of desnoods twee polo's. Maar met dat laatste kun je gepest worden, dan vragen ze of je het koud hebt.
Tijdens de studie zwakt het verenigingsvoorschrift af. Als iedereen één kraagje draagt, pas je je aan, dat is niet verboden. De bootschoen begint nu bijvoorbeeld uit te raken. Maak je geen zorgen, die schoenen zijn zo tijdloos, die komen wel weer terug. Maar nu mag je Puma's met flappen dragen, die zijn nu in de mode. Meisjes kopen ze vaak in het roze, jongens in grijs of blauw.
Sinds mijn veertiende kies ik mijn kleding zelf. Maar er is eigenlijk heel weinig aan mijn kleding veranderd. Ik draag nog altijd dezelfde soort kleding. Alleen de jaartrui van mijn studentenvereniging Minerva, die had ik nog niet op de middelbare school. Verder heb ik tegenwoordig twee pakken voor festiviteiten. Eentje voor de sociëteit, dat mag vuil worden. En nog een kostuum voor belangrijke feesten. Mijn moeder is nog steeds erg tevreden over mijn verschijning.
Ik hecht niet veel waarde aan kleding. Zolang het er maar netjes uitziet, want dan hoef ik me niet druk te maken over wat ik aan heb als ik bij oma, vrienden, vriendin of bij mijn ouders langs wil gaan. Op studeerdagen, wanneer de tentamens eraan komen, draagt iedereen de jaartrui. In zulke perioden doet het er niet toe wat je draagt.
Mijn bootschoenen komen van Houtbrox en ze waren ongeveer 140 euro. Deze bandplooibroek van Dockers kost iets meer dan 70 euro. De blauwwit gestreepte polo kost ongeveer hetzelfde als de broek. En onder deze polo draag ik een simpel wit T-shirt. Mijn kleding koop ik vaak bij Houtbrox. Die zaak heb je in meerdere steden, maar ik ga vaak bij mijn ouders in de buurt.
Sinds ik studeer moet ik mijn kleding zelf betalen. Daarom geef ik nu minder geld uit aan kleding. Ik denk ongeveer 500 euro per kwartaal. In de zomer misschien wat minder, want dan hoef je geen wintertruien te kopen. Ik betaal het van mijn werk bij de thuiszorg en de studiefinanciering. En gelukkig stopt mijn moeder me regelmatig iets toe.
Onder mijn medestudenten bij rechten vind je zowel popiejopiekak als alternativo's. Maar de kakkers overheersen. Dat alternatieve hoeft van mij niet zo. Soms vraag ik me af of die alternativo's zich zo kleden om te provoceren. Of vinden ze het werkelijk zo mooi? Ik word een kakker genoemd, en ik heb absoluut geen moeite met dat hokje. Ik wil opgaan in de menigte, maar als ze me zien moeten ze wel kunnen weten in welk hok ze me mogen plaatsen.
Die twee totaal verschillende groepen, alternativo's en kakkers, wisselen ook kleding uit. De ribbroek was twintig jaar geleden van de kakkers, nu wordt deze stof vooral door alternativo's gedragen.'