Draaiboek ontbrak bij voorziene ramp
Overheden op elk niveau, van burgemeester tot president, schoten tekort na de orkaan Katrina. Toch wijzen de meeste vingers naar de federale rampenbestrijdingsdienst FEMA....
De New Orleans Times-Picayune, de grootste krant van Louisiana, bevatte zondag een hoofdredactionele ‘open brief’ aan president Bush. De krachtigste zin: ‘Alle ambtenaren van het Federal Emergency Management Agency moeten worden ontslagen, vooral directeur Michael Brown.’ Geen instantie in de Verenigde Staten – even afgezien van de bewoner van het Witte Huis zelf – die zoveel kritiek over zich heen krijgt als de federale rampenbestrijdingsdienst FEMA. Haar directeur, de 50-jarige Brown, lijkt de hoofdschuldige in het debacle van het uitblijven van hulp na Katrina. Vrijdagmorgen, terwijl de hel in het Superdome en het congrescentrum van New Orleans op zijn heetst was, zei de FEMA-directeur in een tv-interview: ‘We hebben de mensen in het congrescentrum voedsel gegeven, zodat ze zeker één maaltijd, zo niet twee, per dag hebben.’ ‘Leugens’, aldus de open brief, ‘kunnen niet onbeschaamder zijn dan dat, Mr. President. Toch zei u tegen meneer Brown dat hij a heck of a job verricht. Dat is toch niet te geloven.’ Op donderdagavond zei Brown tegen CNN dat zijn FEMA nog maar net had vernomen van het lot van de duizenden in het congrescentrum. Ook dat was niet te geloven, althans, verslaggeefster Paula Zahn geloofde haar oren niet. TV-kijkers wereldwijd hadden al lang de toestand in de opvangcentra aanschouwd. Zahn: ‘U wilt me toch niet vertellen dat u dat nú pas hoort?’ Maar dat wilde Brown wel, sterker, hij repliceerde dat ook Washington nog maar net op de hoogte was. Of die laatste bewering klopt is niet bekend, maar ze is illustratief voor het beeld van de Amerikaanse overheid (of overheden) sinds de komst van Katrina: traagheid, gebrek aan communicatie, en daarna de schuld doorschuiven naar een aanpalend loket. Afgezien van loket no. 1 – de aarzelende president George Bush – is het onjuist één instantie aan te wijzen als schuldige voor het falen van de overheid. Autoriteiten op alle niveaus (gemeente, staat, nationaal) lijken te zijn tekortgeschoten. Ze werkten langs elkaar heen, werkten elkaar tegen, discussieerden oeverloos over ambtelijke competenties. Burgemeester Ray Nagin van New Orleans kondigde een verplichte evacuatie van zijn stad af, maar dat ging niet gepaard met maatregelen om het vertrek ordelijk te laten verlopen. Hetzelfde geldt voor de opvang in de Superdome. Draaiboeken zoals andere plaatsen die kennen ontbraken. Gouverneur Kathleen Blanco van Louisiana schoof een voorstel van het Witte Huis terzijde om het bevel over de Nationale Garde, dat bij de gouverneurs ligt, te delen met de federale autoriteiten in Washington. Dat zou de regering een instrument hebben gegeven om op te treden. Niettemin wijzen de meeste vingers naar de FEMA. Vooral die zou de eerste dagen over competenties hebben gekibbeld. ‘Wij wilden soldaten, helikopters, voedsel, water’, zei Blanco’s woordvoerster. ‘Zíj wilden onderhandelen over een organisatiemodel.’ FEMA-directeur Brown wordt in de pers afgeschilderd als een politiek vriendje van de president, zonder ervaring in het rampenvak. Hij werkte tien jaar bij de Internationale Arabische Paarden Associatie; daar vertrok hij in 2001 met ruzie. Belangrijker is het organisatorische wel en wee van de rampenbestrijders. De FEMA was altijd een zelfstandige organisatie, vertegenwoordigd in het kabinet. Na 11/9 richtte Bush alle aandacht op catastrofes van een ander soort: terrorisme. De FEMA werd onderdeel van het ministerie van Binnenlandse Veiligheid en raakte geld, mensen en bevoegdheden kwijt. Hoewel de FEMA in 2001 (vóór 11 september) een orkaan in New Orleans aanwees als een van de drie grootste rampen die de VS zouden kunnen treffen (naast een terreuraanslag op New York en een aardbeving in San Francisco), beknibbelde de regering-Bush op rampenbestrijding, en ook op dijkenaanleg. Het bedrag dat volgens het Army Corps of Engineers nodig was voor de ophoging van dijken in het kustgebied werd maar voor de helft gehonoreerd. Of een hoger dijkenbudget de Katrina-ramp zou hebben voorkomen is overigens de vraag. En een verklaring voor het overheidsfalen geeft het al helemaal niet. Helderheid daarover moet komen van de hoorzittingen die het Congres wil houden. Mogelijk bepalen die ook het lot van de FEMA. Senator Hillary Clinton heeft opgeroepen de dienst weer zelfstandig te maken. En Democraten in het Huis van Afgevaardigden eisen het ontslag van zowel Michael Brown als diens baas, minister Michael Chertoff van Binnenlandse Veiligheid.