Doodmoe, maar volgens de baas gewoon lui
De vrachtwagenchauffeur kon de weg wel dromen. Hij ontwaakte echter te laat om nog te kunnen remmen voor de file, en doodde met zijn truck een jonge automobiliste....
Kees van Zanten was vrachtwagenchauffeur.
Het rijden op de truck zat hem in het bloed. Zijn moeder deed het ook. Op donderdag 5 september 2002 vertrok Kees om vier uur ' s ochtends met z'n asfaltkieper vanaf zijn huis in Maarssen en reed naar het West-Friese Middenmeer. De hele dag maakte hij ritten met vloeibaar beton. Pas om half vijf ' s middags was hij klaar. Hij was gevloerd. Hij had maanden achtereen gewerkt. Dagen van dertien uur of meer waren geen uitzondering. Hij voelde zich een oude man terwijl hij pas 29 was.
Al een jaar lang was Kees doodmoe. Hij had er met z'n baas over gesproken. Maar die nam de klachten niet serieus. Het werk moest worden gedaan, hij kon Kees niet missen. De Arbo-arts vroeg zich af of Kees eigenlijk wel wílde werken. Was hij niet gewoon lui?
Dat kwam hard aan. Kees zou zijn werkgever nooit duperen. Zijn moeder wist dat. Daarom had zij de baas van Kees gebeld en gezegd dat die het rijbewijs van haar zoon moest afnemen. Want zolang Kees een rijbewijs had, zou hij de weg op gaan. En het was al eens fout gegaan. In 1997 was Kees zomaar tegen een pijler van een brug gereden en in november 2001 was hij achter het stuur in slaap gevallen. Dat was begin 2002 nog een keer gebeurd. Gelukkig hadden zich daarbij geen persoonlijke ongelukken voorgedaan.
Maar wat was er met hem, waarom viel hij van het ene moment op het andere in slaap?
Met die vraag kwam hij in januari 2002 bij zijn huisarts. Die stuurde hem door naar het ziekenhuis. Daar vonden ze een vergrote lever. Maar verder niet iets dat zijn vermoeidheidsklachten kon verklaren.
Ondanks bezwaren van zijn werkgever meldde Kees van Zanten zich ziek. Hij rustte een paar weken uit. Maar echt beter werd het niet. Om zijn baas niet kwader te maken, ging hij weer aan de slag.
Nu was hij dus op de weg terug vanuit Middenmeer naar Maarssen. Hij kon de route dromen. Bij de afslag Amstelveen zou hij de A2 op draaien naar Utrecht. Hij reed 80 kilometer per uur, hoewel de matrixborden boven de weg 70 aangaven. Die borden brandden echter altijd, wist hij. Toen kwam opeens die black-out. Het volgende moment zag Kees de file. Hij was te dichtbij om nog te kunnen remmen. Hij gooide het stuur van zijn vrachtwagen om, om uit te wijken. Het was te laat. Met een knal raakte hij de eerste auto. Twee, drie andere auto's gingen mee. Pas vijftig meter verder kwam Kees tot stilstand. Hij sprong de vrachtwagen uit en rende richting de eerste auto.
Maar mensen wezen naar de voorkant van zijn vrachtwagen. Toen hij daar aankwam, zag hij de Renault Twingo. De hele achterkant zat onder z'n vrachtwagen geklemd. Kees rende naar de bestuurder. Hij riep, maar de jonge vrouw antwoordde niet. Kees rukte aan de deuren, maar niks ging open. Rook en vlammen kwamen vanachter de auto vandaan. Vijf brandblussers spoot Kees leeg. Het mocht niet baten. De benzineleiding was gescheurd, de auto brandde uit. De jonge vrouw kwam om het leven.
Een neuroloog constateerde onlangs dat Kees lijdt aan het slaapapneu-syndroom. Tijdens zijn slaap heeft Kees perioden waarin zijn ademhaling minimaal tien seconden tot stilstand komt. Dit leidt tot zuurstoftekort in hart, hersenen en andere organen. Symptomen van slaapapneu zijn dat de patiënt zich overdag abnormaal slaperig voelt en spontaan weg kan raken.
(Het vonnis, twee weken later: een werkstraf van 175 uur en twee jaar ontzegging van de rijbevoegdheid.)