Diversiteit en polderhorror op Nederlands Film Festival
Het Nederlands Film Festival wil de potentie van de Nederlandse film over de hele breedte laten zien.
Met een duik stort de man zich van de dakgoot richting het tien meter lager gelegen trottoir van de Neude, hartje Utrecht. Omstanders juichen: mooie sprong! Er ligt een luchtkussen klaar om de val te breken: stuntteam Hammy de Beukelaer heeft de zondagse demonstratie in het stadscentrum zorgvuldig voorbereid. Vijftiger Willem de Beukelaer, na vele jaren dienst als uitvoerend stuntman nu actief in de coördinerende rol, voorziet het geheel van commentaar: 'Potverdriedubbeltjes mensen, het is niet niks.'
Het Nederlands Film Festival propagandeert - almaar nadrukkelijker - het héle filmvak, inclusief de mensen achter de schermen. Werden vorig jaar internationaal gevierde vaklui van Hollandse origine, zoals cameraman Hoyte van Hoytema, ingevlogen en geëerd, deze 39ste festivaleditie viert men de stunttraditie. Met als eregast Willem de Beukelaer, die de zaak in 1994 overnam van vader en stuntlegende Hammy (van onder meer Floris). Zoon Willem en zijn team werkten afgelopen zomer onder meer aan Christopher Nolans oorlogsspektakelfilm Dunkirk, bij de opnamen op het IJsselmeer.
Wit
Ook de tweede eregast Issaka Sawadogo past bij de intentie van het festival om het idee van wat Nederlandse film kan zijn verder te verbreden. De uit Burkina Faso afkomstige en in Noorwegen woonachtige acteur is als enige niet-Nederlander genomineerd voor het Gouden Kalf voor beste hoofdrolspeler, vanwege zijn rol als nobele asielzoeker in The Paradise Suite. Een charismatische en imposante acteur, met name in Nederland en België vaak gecast als verse migrant (onder meer De nieuwe wereld, The Invader). Maar daar maalt hij niet om, zegt Sawadogo (50) tijdens een publiek interview in Utrecht: 'Zolang de rollen maar echte mensen betreffen'.
Op Sawadogo na zijn alle twintig dit jaar voor een Kalf genomineerde hoofd- en bijrolspelers wit. Wat dat nu precies zegt, wordt dinsdag besproken tijdens een omvangrijk seminar over diversiteit in de Nederlandse speelfilm en televisieserie, georganiseerd op initiatief van de regisseursvakgroep. Een blik op de regienominaties voor 2016 leert: elk van de acht voor beste speelfilm en/of regie genomineerde regisseurs is man en wit. En meestal boven de vijftig.
Horror
In filmgenres is het festival al wel divers, in elk geval zaterdagavond. De Stadsschouwburg is gevuld met de gevestigde orde voor de première van Rudolf van den Bergs plechtstatige biopic Een echte Vermeer, met een vrijwel onherkenbare Jeroen Spitzenberger als de meester-vervalser Han van Meegeren. En de aftandse Rembrandt-bioscoop puilt uit voor The Windmill Massacre, waarin een molenaar met zeis en spijkerklompen een buslading buitenlandse toeristen aan gort hakt.
De Nederlands-Amerikaanse productie reist momenteel langs internationale horrorfestivals en wordt eind oktober uitgebracht in de Verenigde Staten. Helemaal geaccepteerd in eigen land is het genre nog niet, ervaart regisseur Nick Jongerius. 'Hier vraagt iedereen: waarom maak je nou een horrorfilm?'