Dit lucht opAcceptatie van homo's verschilt per regio
'Ik heb een probleem', luidt de boodschap die verschijnt in het MSN-venster van Thomas Wustman, vrijwilliger bij het COC Zwolle. De boodschap komt van een 15-jarige meisje dat anoniem wil blijven. 'O jee, vertel', reageert Wustman. Het meisje antwoordt niet en gaat offline. Na een kwartier logt ze weer in: 'Ik ben verliefd op de beste vriendin van m'n vriend.'
Ze is niet de eerste die uit de kast komt via de hulpchat van COC Zwolle, de vereniging voor homo's en lesbiennes in Overijssel, Gelderland, Flevoland en Drenthe. Per jaar behandelt een groep vrijwilligers ongeveer honderd hulpvragen (chat of telefonisch) van vooral jongeren die worstelen met hun seksuele geaardheid. Voor sommigen vormt MSN een belangrijk middel in hun coming out.
Iedere donderdagavond tussen half acht en half tien loggen jongeren in op MSN om hulp te vragen, te vertellen over discriminatie of om simpelweg hun hart te luchten. 'Eerst konden mensen ons alleen bellen', zegt Wustman, die donderdagavond een dienst draait vanachter zijn huiscomputer in Arnhem. 'Maar sinds we de chatfunctie aanbieden, benaderen jongeren ons veel vaker. Chatten is anoniem en werkt drempelverlagend.'
Dat zegt ook Cynthia Hoogwout (18) uit Biddinghuizen. Na een half jaar chatten met COC-vrijwilligers - allemaal ervaringsdeskundigen - nam ze de stap om haar omgeving te vertellen dat ze op meisjes valt. Cynthia: 'Zonder de chat zou het een stuk langer hebben geduurd.'
De eerste keer dat ze op een meisje verliefd werd, deed ze er niets mee. 'Zo ben ik helemaal niet', zei ze tegen zichzelf. Toen het haar kort daarna nog een keer overkwam, raakte ze behoorlijk in de war. 'Heb ik het nu alweer?', dacht ze. 'Ik was net zeventien en ik begon me te realiseren dat ik misschien wel zo was.' Dat ze hoe was? 'Lesbisch dus.'
Aanvankelijk was ze vooral bang om mensen kwijt te raken. Haar vader zou het waarschijnlijk wel accepteren, maar haar stiefmoeder deed nogal negatief als ze een lesbisch stel op straat zag lopen. 'Zo van: dat hoef ik echt niet te zien', zegt Cynthia. 'En dan liepen ze alleen nog maar hand in hand. Moest je je voorstellen als ik met een vriendin thuis zou komen.'
Omdat ze niet wist wat ze ermee moest, zocht ze op internet naar verhalen van mensen die hetzelfde hadden meegemaakt. Via Google kwam ze bij de hulpchat van het COC. Ze voegde het adres toe aan haar lijst en begon te praten. Voor het eerst.
De COC-vrijwilligers kwamen niet direct met een driestappenplan, maar boden haar vooral steun met verhalen over hun eigen ervaringen. Veel elementen herkende ze: 'Hoe de ontmoeting met een meisje is en het gevoel dat je erbij hebt.' Al snel wist ze zeker dat ze op vrouwen viel. Maar toen moest ze het de offline wereld nog vertellen.
'De meeste mensen die mij om hulp vragen, zijn erg bang voor de reactie van hun omgeving', zegt Wustman. 'Ze hebben hun hoofd vol met tunnelvisie en ze gaan er bij voorbaat al vanuit dat hun familie niet zal accepteren dat ze homo of lesbisch zijn.'
Wustman raadt ze aan om eerst een beetje te vissen. 'Als er bijvoorbeeld twee mannen of vrouwen zoenen op televisie kun je je ouders vragen wat zij daarvan vinden. En wat ze ervan zouden vinden als jij dat zou doen. Soms blijkt dan dat het heel erg meevalt.'
Een andere 'regel' van Wustman is om na te gaan of je iemand in je omgeving hebt die je goed kunt vertrouwen. Bij wie je alles wel kwijt kunt. 'Zodat je in het echte leven ook wat steun hebt', zegt Wustman.
Voor Cynthia was die persoon twee maanden geleden haar vader. Ze vertelde het hem in de auto, op een moment dat haar stiefmoeder er niet bij was. 'Ik had me van alles in m'n hoofd gehaald. Maar hij zei dat hij het niet had verwacht, maar dat ik niet veranderde. Dat luchtte me heel erg op.'
Haar stiefmoeder kwam er op een andere manier achter. 'Tijdens het WK voetbal ging ik met een paar vriendinnen naar de kroeg. Ik werd heel erg dronken en heb toen met een van die vriendinnen gezoend. Daarna wist het hele dorp het.'
Lachend: 'Tegen mijn stiefmoeder gooide ik het eruit toen ik 's avonds dronken op de stoep stond. Zij accepteert het ook.'
Of het achteraf onnodig was om bang te zijn? Cynthia: 'Nu maakt het me niets meer uit. Ik heb nu ook sinds twee maanden een vriendinnetje. Maar als ik terugkijk, vind ik het nog steeds wel logisch dat ik het niet durfde te vertellen. Ik was gewoon bang om mensen kwijt te raken.'
En dat is ook zeker wel gebeurd. Hoewel haar vrienden het meestal wel een leuk idee vinden, twee vrouwen bij elkaar, gaan haar vriendinnen haar uit de weg. 'Vroeger keek ik vaak naar GTST met een groep vriendinnen. Maar sinds ik het heb verteld, heb ik ze niet meer gezien.'
Volgens Cynthia komt dat vooral door vooroordelen. 'Meisjes denken dan iets van: bleh, je gaat toch niet aan me zitten? Dan zeg ik: jij zit toch ook niet aan iedere jongen?'
Op school wordt ze nog wel eens uitgescholden voor stomme pot. 'Ja, niet zo leuk om te zeggen, maar het zijn toch meestal Turkse of Marokkaanse jongens die dat doen.'
Maar ook in Biddinghuizen gaat het niet altijd vanzelf. 'Nadat ik gezoend had in de kroeg, keek iedereen in de C1000 me na. Toen ik later een keer op stap was, schreeuwde iemand door de zaal wat ik had gedaan. Een meisje dreigde toen dat ze me zou gaan slaan. Maar ik ging lachend de kroeg uit. Ik was namelijk met een paar vriendinnen die ook op vrouwen vallen, dus ik voelde me veel sterker dan haar.'
Internet heeft er wel toe bijgedragen dat jongeren sneller uit de kast komen. Wustman: 'Er is zoveel informatie te vinden. Ik zie dat mensen er voor zichzelf steeds sneller achter zijn. Maar dat betekent vaak niet dat ze het ook al op school vertellen.'
Ook Cynthia bedenkt iedere keer opnieuw hoe ze gaat vertellen dat ze een vriendinnetje heeft. Meestal probeert ze het met een omweggetje: eerst even te achterhalen wat iemand van homoseksualiteit denkt. Maar verzwijgen is geen optie: 'Dan heb ik het gevoel dat ik lieg. Want door de reacties op de chat weet ik dat ik me niet hoef te schamen. Dat ik niet anders ben dan andere mensen.'
Het COC in Overijssel kondigde vorige week aan een onderzoek te starten naar homoseksualiteit in de provincie. Volgens voorzitter Joeri Both van het COC in Zwolle is er nog heel weinig bekend over de acceptatie buiten de Randstad. Gert Hekma, universitair docent homo/lesbische studies aan de Universiteit van Amsterdam, doet onderzoek naar acceptatie van homoseksualiteit.
'Het is wel anders en ik denk dat het overal moeilijk is om als homo geaccepteerd te worden. In de Randstad zijn veel allochtone groepen die moeite hebben met homoseksualiteit. In de stad zitten die met elkaar op een hoopje, maar op het platteland zijn homo's vaak de enige. Daar zijn het vooral religieuze gemeenschappen die homoseksualiteit niet accepteren.'
'Een homoseksuele vriend van mij wilde een huisje kopen op de Veluwe. Zijn makelaar wist hem precies te vertellen in welke dorpen hij wel kon gaan kijken en welke hij beter links kon laten liggen. Het verschilt per regio. Je hebt liberaal seculiere streken waar homoseksualiteit redelijk wordt geaccepteerd, maar er zijn ook orthodox religieuze streken waar dat totaal niet het geval is.'
'Ik heb het idee dat homoseksualiteit weer minder wordt geaccepteerd dan een tijd geleden. In mijn tijd, toen ik dertig à veertig jaar geleden jong was, werd er niet over gepraat. Nu gebeurt dat nog steeds te weinig. Maar er wordt wel veel gescholden. Sommigen roepen de meest verschrikkelijke dingen naar homo's.'
'In 2008 heb ik meegewerkt aan een onderzoek naar geweld tegen homo's in Amsterdam. Daaruit kwam onder andere naar voren dat 50 procent van alle jongens weleens werd uitgescholden voor flikker. 20 procent van de jongens overkwam dat regelmatig. Slechts 10 procent van die mannen was homo. Ik maak daaruit op dat er veel wordt gescholden op mannen die niet een bepaald stereotype mannelijk gedrag vertonen. En dat de jongens die negatieve dingen zeggen blijkbaar het klimaat bepalen.'
'In Nederland hebben wij altijd het idee dat we tolerant en aardig zijn ten opzichte van homoseksualiteit. Maar dat is volgens mij een heel verkeerd zelfbeeld. En dan is homoseksualiteit ook nog eens de meest geaccepteerde seksuele variatie. Homoseksualiteit heeft nog nooit zo hoog op de politieke agenda gestaan als nu, maar op het schoolplein merk je dat nauwelijks.
'Het internet is wel een zegen. Zeker op het platteland waar jongeren niet naar het COC kunnen gaan.'