Reportagevoetballen zonder gif
Deze club voetbalt weer zonder gif: ‘Het is natuurlijk wel duurder, maar het is altijd mogelijk’
Terwijl sportkoepels aandringen op uitstel van het verbod op chemische bestrijdingsmiddelen, is het ASV’33 gelukt de velden zonder gif te beheren. Al moet de vicevoorzitter soms knielend met een mesje door het gras.
‘Op paardebloemen kun je niet voetballen’, verzucht Marthie van Alem als hij langs het voetbalveld van ASV’33 in het Brabantse Aarle-Rixtel staat. Sinds de club de sportvelden zonder gif beheert, is de vicevoorzitter en beheerder de velden al vaak met een mesje te lijf gegaan. Knielend haalde hij het onkruid tussen het gras weg. ‘Best een gedoe’, zegt Van Alem opnieuw met een zucht.
Wilt u dit artikel liever beluisteren? Hieronder staat de door Blendle voorgelezen versie.
De voetbalclub doet mee aan een gemeentelijk project om speel- en trainingsvelden chemievrij te beheren. Geen pesticiden meer, geen kunstmest op het land: alles moet met de hand of biologische middelen. In 2015 spraken onder meer de sportkoepels en het ministerie van Infrastructuur en Water af om in 2020 sportvelden chemievrij te krijgen. Hoewel de clubs ruim de tijd kregen, gaan ze de doelstelling niet halen. Sportkoepels willen nu het ministerie vragen niet voor 2025 met een totaalverbod op chemische middelen te komen.
Van Alems harde werk is beloond. Trots kijkt hij naar de publiekstribune van ASV’33 die zijn naam draagt. ‘En ik ben nog niet eens dood hè?’, zegt de nuchtere vicevoorzitter en beheerder van de enige voetbalclub in het Brabantse dorp.
Buiten de gemeente Laarbeek, waar Aarle-Rixtel onder valt, lopen onder begeleiding van adviesbureau CLM via het programma Schoon Water soortgelijke projecten. Projectleider Peter Leendertse: ‘In Brabant worden meer dan 150 sportvelden chemievrij beheerd. Door de bodem onder de grasmat beter te beheren en nieuwe technieken zoals verticuteren – met maaimachinemessen het onkruid stukslaan – is dat prima mogelijk.’
Gemiste kans
Langer uitstel is volgens Lucas Reijnders, emeritus hoogleraar milieuwetenschappen, dan ook een gemiste kans om het vervuilende effect van de middelen te beperken. ‘Het grootste probleem is dat chemische bestrijdingsmiddelen kunnen uitspoelen naar het grondwater’, zegt Reijnders. ‘De stoffen zijn schadelijk voor het drinkwater dat we winnen. De normen zijn streng en worden vrij snel overschreden. Het kost veel geld die stoffen eruit te halen.’
Ook kunnen de stoffen in sommige gevallen een gevaar vormen voor de bespelers van de velden, denkt de hoogleraar. ‘Soms wordt glyfosaat – ook bekend als Roundup – gebruikt. Daarover is nog veel onduidelijk. Maar of het nou kankerverwekkend is of niet: gezond is het niet.’
In Aarle-Rixtel zit een drie man sterke delegatie van de gemeente Laarbeek, onder wie de wethouder, in het clubhuis van ASV’33. Ze spreken trots over hun gifvrije velden. Want in Laarbeek is de omschakeling al gemaakt.
Sportvelden ondanks afspraken nog lang niet vrij van landbouwgif
Nederlandse kinderen en andere sporters lopen nog ruim vijf jaar het risico dat ze op sportvelden worden blootgesteld aan chemische bestrijdingsmiddelen. Het lukt sportverenigingen niet vanaf volgend jaar het gebruik van landbouwgif drastisch te verminderen, blijkt uit onderzoek van de Volkskrant. Een eerdere afspraak met de overheid wordt daarmee niet nageleefd.
‘Kost best wat tijd’, zegt Van Alem. Maar hij doet het extra werk graag. ‘Als er wordt bepaald dat het anders moet, dan ga je andere dingen bedenken. Dat is logisch’, merkt hij nuchter op.
‘Zeer kort dag’
Van Alem kreeg wel hulp van de gemeente. Ze voorzagen hem van advies: de grond niet te hard aanstampen, voldoende lucht in de ondergrond en goed draineren. Zo simpel kan het zijn, vindt Van Alem.
Toch kunnen sportclubs elders in het land maar moeilijk afkomen van de bestrijdingsmiddelen. ‘2020 is zeer kort dag. Uitstel van het verbod voor de clubs zou dus wenselijk zijn’, zegt een woordvoerder van de KNVB. Ook het NOCNSF denkt dat de doelstelling voor veel sportclubs niet haalbaar is. ‘Dan komt de politieke vraag: wil je kwalitatieve sportvelden of kies je voor het milieu?’, zegt Erik Lenselink, manager bij de sportkoepelorganisatie.
Lenselink ziet dat veel sportclubs nog moeite hebben velden zonder chemie bespeelbaar te houden. ‘Ik geef vaak dit voorbeeld: je wilt geen brandnetels in het strafschopgebied’, zegt de manager. ‘Op sommige plekken is het gewoon lastig het veld te onderhouden. Ligt een veld op zandgrond en heb je een droge zomer? Dan is bijvoorbeeld de weegbree moeilijk te bestrijden. Je moet het per geval bekijken.’
Toch is overal chemievrij beheer mogelijk, denkt hoogleraar Reijnders. ‘Het is natuurlijk wat duurder om een veld zonder de gebruikelijke middelen te beheren, maar het is eigenlijk altijd wel mogelijk het zonder de bestrijdingsmiddelen te doen.’ Reijnders denkt dat een paar simpele maatregelen al helpen. ‘Alleen al het gras goed maaien kan een verschil maken. Daarmee voorkom je dat onkruid kan groeien.’
Leendertse van CLM vindt het de hoogste tijd dat er een omwenteling plaatsvindt. ‘Al in 2009 is in de richtlijn van de EU vastgesteld dat de lidstaten moeten stoppen met bestrijdingsmiddelengebruik op plekken waar kinderen spelen. We zijn dus tien jaar verder. Nog meer uitstel is echt niet wenselijk.’
Vicevoorzitter Van Alem heeft in het clubhuis voor iedereen nog eens een kop koffie ingeschonken als hij het technische gesprek over de bestrijdingsmiddelen samenvat. ‘Jaren geleden mocht je hier nog in het clubhuis en langs het veld roken. Dat doen we nu toch ook niet meer? Alle clubs moeten gewoon even wennen. Meer niet.’
Kunstgras
Terwijl het onkruid op de grasvelden van Aarle-Rixtel te lijf kan worden gegaan met een mesje, blijken de problemen op kunstgrasvelden een stuk hardnekkiger. ‘Heel vaak wordt er naar grasvelden gekeken, maar dit gaat net zo goed over kunstgras en gravel’, zegt André de Jeu van de Vereniging Sport en Gemeenten. ‘Die hebben te maken met algen en veel onkruid. Die velden kunnen daardoor onbespeelbaar worden.’
Op kunstgrasvelden wordt bijvoorbeeld gebruikgemaakt van waterstofperoxide om algen te bestrijden. Die stof kan in het grondwater komen. ‘En een paar jaar geleden waren er nog geen goede alternatieven voor die middelen’, zegt De Jeu. De omslag moet daarom op veel velden nog gemaakt worden.
In Aarle-Rixtel pakt vicevoorzitter Van Alem het mesje binnenkort wel weer op. Al twijfelt hij soms hoeveel zin zijn harde werk heeft. ‘Ons eerste elftal speelt in de vierde klasse. We zijn maar net veilig voor degradatie’, lacht hij. ‘Het veld zou hier net zo goed vol paardebloemen kunnen staan. Beter spel zul je toch niet zien.’