Demonisering van de CPN in 1956

'Journalisten zijn vaak de eersten die op hol slaan. Zij gaan voor in emotionele uitbarstingen op ogenblikken dat hun voorlichtende taak reële betekenis zou kunnen krijgen en openbare meningsvorming broodnodig is....

Huub Wijfjes

Het zou nu geschreven kunnen zijn, maar het is een analyse van massapsycholoog en journalist Hans Daudt uit 1956. Hij schreef een ooggetuigenverslag van de rellen rond de Amsterdamse panden van de Communistische Partij op 4 en 5 november. De journalist Hans Olink citeert dat verslag in een minutieuze reconstructie van de emotionele taferelen, veroorzaakt door het neerslaan van de Hongaarse opstand door Russische tanks. Hij laat uiteenlopende hoofdrolspelers dat verhaal vertellen. Olink neemt de lezer mee naar Boedapest waar de journalisten Cees Nooteboom en Henk Hofland journalistiek doormodderden. Hij laat hem over de schouder van Simon Carmiggelt meekijken en toont aan hoe bij deze gevierde schrijver de stoppen volledig doorsloegen. Dat mondde uit in het indrukken van een ruitje bij Felix Meritis, het tijdelijk stilzetten van zijn Kronkels in Het Parool en een ruzie in de Nederlandse schrijverswereld. Maar Olink loopt ook mee met jongeren die op de relletjes afkwamen 'op zoek naar rock and roll' of die er bij toeval in verzeild raakten. Vanuit het perspectief van verschillende communisten beleven we de andere kant van het front.

De gebeurtenissen in Amsterdam werden ingeluid door de dramatische radioverslagen uit Boedapest. Ze werden omlijst door scherpe commentaren en klassieke treurmuziek. Premier Drees sprak van 'een verlangen dat ons volk doortrilt om tegenover dit alles iets te doen'. De in deze Koude Oorlogsjaren toch al niet vriendelijk bejegende CPN kreeg het vervolgens als de meest zichtbare handlanger van de Russen zwaar te verduren.

Tegenwoordig zouden sommigen zeggen: demonisering schiep een klimaat waarin de stenengooiers bij het CPN-gebouw Felix Meritis naar voren konden komen.

Die stelling is in het huidige tijdsgewricht potsierlijk. Die enkele schimpscheut over rechts-extremisme aan het adres van Fortuyn dobberde immers in een oceaan van hele of halve ophemelingen van de beste man. Maar de CPN had in de jaren vijftig iedereen tegen en daar werden woorden bij gebruikt die niets aan duidelijkheid te wensen overlieten. De leden van de CPN verdedigden de Russen en ze werden daarom als niets minder beschouwd dan landverraders, collaborateurs, vuile fascisten en moordenaars.

De demonisering leidde ertoe dat de communisten zich gewapenderhand moesten verdedigen tegen het opdringende volk dat geen taarten, maar stokken, staven en stenen meetorste. Olink geeft van het tumult een verbijsterend beeld. Zijn lekker leesbaar boek zou nog aan kracht hebben gewonnen als hij er een behoorlijk notenapparaat aan toe had gevoegd. De rellen waren deel van een massapsychose en mediahype in een tijd die toch vooral bekend staat om zijn duffe braafheid en volgzame journalistiek. Waaruit maar weer eens de noodzaak blijkt om dat karikaturale beeld zo langzamerhand eens grondig te reviseren.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden