Frans Osinga van Instituut Clingendael, oud-luchtmachtofficier: 'Het zijn zulke makkelijke meningen en oplossingen. Wij zouden het enige land in de wereld worden dat zo ver gaat. Alle krijgsmachtdelen hebben hun waarde na de val van de Berlijnse Muur bewezen. Kijk naar de inzet in Eritrea, Bosnië, Kosovo en nu in Afghanistan. Niet alleen de schepen van de marine hebben een belangrijke rol gespeeld. Veranderingen in ons defensiebeleid moeten worden gezien in een internationaal kader.

'Zo wil Europa nu zijn invloed laten gelden buiten het eigen gebied. Dan heb je toch ook gevechtsvliegtuigen nodig? Ik begrijp Fortuyns redenatie niet. Hij noemt het Duitse leger een uitstekende krijgsmacht, maar als er één leger in Europa is dat in problemen zit, is het wel het Duitse.'

Matt Herben, hoofdredacteur van de Defensie Bladen en woordvoerder van Fortuyn: 'We gaan geen operationele eenheden opheffen. Ook zal de krijgsmacht niet aan gevechtskracht inboeten. We willen de land- en luchtmacht als structuren opheffen, maar de tanks en vliegtuigen worden behouden. We willen tot één krijgsmacht komen, zonder stammenstrijd. Het is nu zo'n enorme bureaucratie.'

Antonie Dake, auteur van Si Vis Pacem over het lange-termijndefensiebeleid van Nederland: 'Het recept dat Fortuyn aanreikt is erger dan welke kwaal men defensie zou willen toeschrijven. Zo ongeveer alles opheffen wat er in militair uniform rondloopt, leidt tot niets. Het is te gek voor woorden om nog serieus commentaar te geven op dergelijke amateuristische onzin.'