De zee is zeer moe
Eind jaren zestig kreeg Paul van Vliet een 5 op zijn Kerst-rapport van Volkskrant-journalist Peter van Bueren. Optreden voor het Koninklijk Huis kon echt niet, en de teksten vond Van Bueren ook maar slappe thee.
Paul van Vliet (dit jaar 75 jaar geworden) blinkt inderdaad niet uit in vlijmscherpe, cynische teksten waarin machthebbers genadeloos worden gehekeld. Een tekst over de 'sterke man' (over de populist Hans Janmaat) vormt een uitzondering in zijn repertoire.
Maar het tekstboek Ik drink op de mensen, die de lange carrière van Van Vliet recht doet, laat wel zien dat de Haagse cabaretier een scherp oog had voor maatschappelijke trends, die hij van literair hoogstaand, mild ironisch commentaar voorzag.
Liedjes als Pappa is blijven hangen aan de sixties, en Meisjes van dertig (een vervolg op het lieflijke Meisjes van dertien) zijn perfecte illustraties bij een sociologisch-historisch overzicht van het naoorlogse Nederland.
De veranderingen in Nederland zijn ook te meten aan de reacties van het publiek. Terwijl het land in 1964 nog te klein was toen in het televisieprogramma Zo is het toevallig ook nog eens een keer de televisie de nieuwe religie werd genoemd, zorgde zeven jaar later Van Vliets minstens zo felle De Heilige Kuip, waarin voetbal en godsdienst op één lijn werden gezet voor geen enkele rimpeling.
De jaren zeventig vormen het gouden tijdperk voor Van Vliet. Met zijn typetjes als Bram van de Commune en Majoor Kees kreeg hij het publiek aan het schaterlachen, en met verfijnde nummers als De Zee kreeg hij de zaal weer muisstil: 'De zee heeft me verteld dat zij zo moe is. Zij zei dat zij er zeer beroerd aan toe is.' Het behoort nog steeds in de top 5 van de mooiste Nederlandse kleinkunstliedjes.Patrick van den Hanenberg