interview

De meeste Nederlandse bands houden het maar kort vol. Wat maakt dat je het redt?

Af en toe rijst er een ster, maar over het algemeen is de Nederlandse muziekindustrie een slagveld. Hoe blijf je overeind in het tijdperk van Spotify? Kunstsocioloog Rick Everts, die vrijdag promoveert aan de Erasmus Universiteit, zocht het uit.

Niels Waarlo
In 2009 stonden ze op Eurosonic Noorderslag, in 2015 stopte Destine ermee.
 Beeld Marcel van den Bergh/VK
In 2009 stonden ze op Eurosonic Noorderslag, in 2015 stopte Destine ermee.Beeld Marcel van den Bergh/VK

U onderzocht meer dan tweehonderd Nederlandse acts die op Eurosonic Noorderslag stonden. Dat promoot nieuw talent. Na vijf jaar trad de helft niet meer op, na acht jaar zelfs driekwart. Wat bepaalt of je het redt?

‘Het begint er uiteraard mee dat je muziek aanslaat, maar ik trof meer factoren aan die samenhangen met wel of geen succes. Wie een boeker had om optredens te regelen, bleek doorgaans meer optredens te krijgen. Dat duidt erop dat een goed netwerk in de muziekindustrie nog steeds belangrijk is.

‘Ook media-aandacht speelt een rol. In de jaren die ik onderzocht bestond De Wereld Draait Door nog. Artiesten die daar een minuutje hadden gespeeld, kregen gemiddeld genomen meer boekingen. Hetzelfde geldt voor positieve recensies of interviews in de Volkskrant, of een hoge plek in de jaarlijst van muziekblad Oor.’

Kan het niet andersom werken: dat vooral artiesten in de media komen die het toch al gaan maken?

‘Het is inderdaad lastig oorzaak en gevolg uit elkaar te trekken. Voor de muzikanten die ik heb geïnterviewd, was het binnenhalen van dat soort wapenfeiten wel een duidelijk onderdeel van hun carrièrestrategie. Zo van: met een positieve recensie kan ik een goede boeker vinden, met een goede boeker kan ik een tourneetje regelen, en met een buitenlandse tournee op zak wordt het weer makkelijker om Nederlandse podia ervan te overtuigen hoe veelbelovend ik ben.’

Labels, boekers, media – dat zijn de traditionele spelers in het veld. Heeft de opkomst van Spotify en sociale media de relatie tussen artiesten en de bestaande industrie niet op zijn kop gezet?

‘Streaming is een erg onvoorspelbare bron van inkomen. Uit Brits onderzoek blijkt dat je structureel een miljoen streams per maand moet hebben voor een duurzaam inkomen, zulke cijfers zijn alleen weggelegd voor grote Nederlandse artiesten. Dat levert iets van 4.000 euro op. Maar als je dat hebt gedeeld met de rest van de band, het label en de manager houd je er maar een stukje van over. Ik sprak een band die een half jaar kon leven van het feit dat ze in een koffiehuisplaylist van Spotify stonden. Dan klinkt je muziek wereldwijd in cafés, maar zodra je uit de playlist wordt gegooid, zijn meteen je inkomsten opgedroogd.

‘Muzikanten moeten het daarom grotendeels van livemuziek hebben. En hoe word je geprogrammeerd? Toch weer doordat je een grote boeker en een label hebt voor wie traditionele media en de radio nog steeds belangrijk zijn. Het is grappig, zeiden muzikanten me: zowat niemand luistert meer naar 3FM, maar scoor je daar de Megahit van de week, dan levert dat nog steeds boekingen op. Al is het binnenhalen van veel streams op Spotify tegenwoordig natuurlijk een vergelijkbaar wapenfeit.

‘Aan sociale media besteden artiesten trouwens opvallend weinig tijd, ontdekte ik toen zeventien van hen een week lang een dagboek voor me bijhielden. Ze gebruiken het wel, maar de ervaring leert dat sociale media weinig opleveren als je nog niet bekend bent. Je beweegt je dan tussen honderden soortgelijke bands, dat maakt opvallen zeer moeilijk.’

U zag ook dat artiesten met een muziekopleiding gemiddeld succesvoller waren, maar dat ze hun diploma liever verzwijgen. Waarom?

‘In pop en rock is nog altijd het imago van de intuïtieve kunstenaar belangrijk, het idee dat je het echte rock-’n-rollgevoel niet kunt aanleren. De industrie weet wel beter: als je sessiemuzikant wilt worden en ze weten dat je de rockopleiding hebt gedaan, dan hoef je weinig meer te bewijzen. Daarbuiten leeft de gedachte dat deze opleidingen vooral dertien-in-een-dozijnbandjes voortbrengen: technisch goed, maar niet creatief. Daarom adviseren zelfs de academies aan muzikanten om niet in hun biografieën te vermelden dat ze zo’n opleiding hebben gevolgd.’

Welk advies geeft u een beginnende artiest?

‘Weet dat niet iedereen de nieuwe Kensington kan worden, de kans op een dergelijk succes is zeer klein. Is je doel desondanks om van de muziek te leven, dan is het verstandig na te denken over andere activiteiten om inkomen te stapelen. Denk aan het geven van muzieklessen of werk als sessiemuzikant.

‘De muziekindustrie is een zogeheten supersterreneconomie: slechts een paar acts worden heel groot, omdat succes meer succes aantrekt. Voor de rest is het vaak sappelen. Niet voor niets zeggen muzikanten dat het helpt om een lage huur te hebben. Ik vind het wel oneerlijk wat er in de marge soms wordt verdiend.’

Wat moet er anders volgens u?

‘Ik begrijp dat poppodia en festivals met krapte kampen, zeker dankzij de inflatie. Maar aan de onderkant wordt er vijfhonderd tot duizend euro voor een show betaald, sommige supportacts krijgen nog minder. Daarvan moeten ook de geluidstechnicus, de manager en het busje worden betaald . In sommige gevallen kost optreden artiesten geld. Headliners op festivals krijgen intussen tonnen.

‘Kijk, niet iedereen die profvoetballer wil worden, kan profvoetballer worden, hetzelfde geldt in de muziekindustrie. Dat je muzikant wilt zijn, geeft je geen récht op inkomsten. Maar wie wordt geboekt voor een festival of in een voorprogramma, levert gewoon een dienst. Het is scheef als zij nauwelijks betaald krijgen, terwijl er wel aan ze wordt verdiend.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden