De leraar moet weer aan de macht komen

SGP, D66 en CDA komen met een wetsontwerp dat de macht van de Onderwijs inspectie moet terugdringen. Minder regels in het onderwijs, dat is het streven.

Rik Kuiper en Maartje Bakker
null Beeld Jiri Buller
Beeld Jiri Buller

Roelof Bisschop, nu de derde man van de SGP in de Tweede Kamer, was nog geen schooldirecteur in Rotterdam of hij werd al berispt door de Onderwijsinspectie. Er werd op zijn school te veel klassikaal lesgegeven. 'Nu zou ik zeggen: daar heeft u niets over te vertellen. Maar als nieuwe schooldirecteur trapte ik er met open ogen in.'

Het is daarom dat Bisschop vandaag een wetsvoorstel indient, samen met Paul van Meenen (D66) en Michel Rog (CDA). Hij wil dat de Onderwijsinspectie de leraren en de scholen niet meer zo op de vingers kijkt. De inspectie moet zich voortaan beperken tot de deugdelijkheidseisen die in de wet staan: gekwalificeerd personeel, verplichte vakkenpakketten, voldoende lesuren, dat werk.

Dat betekent dat leraren zelf mogen weten hoeveel toetsen ze afnemen en hoe ze lesgeven. Zelf is Bisschop een geschiedenisleraar, zo een die net zo enthousiast kan vertellen over zijn nieuwe wet als over de voorvaderen van zijn politieke partij. 'Scholen moeten zelf beslissen of ze frontaal les willen geven', vindt hij. 'Die inspecteur bij mij op school was lovend over het veilige klimaat. Maar misschien kwam dat juist door de helderheid en structuur die wij boden.'

In de Tweede Kamer kwam Bisschop het voormalige schoolhoofd Paul van Meenen, nu D66-Kamerlid, tegen. Ook die had zich wild geërgerd aan de bemoeizucht van de Onderwijsinspectie. Scholen moeten de ruimte krijgen, vindt Van Meenen. 'Ik wil dat leraren zich bevrijd voelen.' Het is bij scholen, weten de twee oud-leraren, net als bij leerlingen: je moet ze verwachtingsvol tegemoet treden, dan presteren ze het best.

Het is een opvallende kentering in de onderwijspolitiek. Niets lijkt voor politici zo moeilijk te zijn als het onderdrukken van de neiging om onderwijzers tot in detail de wet te willen voorschrijven. De protesten van leraren tegen de grote onderwijsvernieuwingen in de jaren negentig, waarbij een nieuwe manier van lesgeven werd gepropageerd, waren aan dovemansoren gericht.

'Wijze terughoudendheid'

Maar nu lijkt het er dan toch op dat de politici een serieuze poging gaan doen tot zelfbeheersing. 'Wijze terughoudendheid', noemt Roelof Bisschop het. Hij heeft goede hoop dat een meerderheid in de Kamer zich bij hem zal aansluiten.

Het toeval wil dat ook staatssecretaris Sander Dekker (VVD) op zijn manier gehoor geeft aan de roep van de leraren. Hij maakt vandaag bekend dat hij wil experimenteren met 'regelluwe scholen'. Twintig scholen met het predicaat 'excellent' krijgen vanaf volgend schooljaar meer vrijheid.

De scholen die worden geselecteerd krijgen vijf jaar lang vrijstelling van een aantal regels. Welke regels dat zijn, is nog niet bekend. De scholen mogen er zelf over meedenken. Dekker: 'Misschien willen ze minder schoolplannen en groepsplannen schrijven of misschien willen ze soepeler omgaan met de bevoegdheidseisen voor leerkrachten.'

De staatssecretaris is ervan overtuigd dat de scholen mooie dingen gaan doen als hen de ruimte wordt geboden. Op het wetsontwerp van Bisschop en consorten wil hij niet reageren.

De aanpak van Dekker gaat het nieuwe verbond van SGP, D66 en CDA op hun beurt niet ver genoeg. Regelluw, dat is nog steeds met regels, klinkt het. Bovendien willen ze zich niet beperken tot de zogenoemde 'excellente' scholen.

null Beeld anp
Beeld anp

De drie partijen willen fundamenteel iets veranderen: de leraar moet aan de macht komen. Die wens blijkt zo sterk te zijn dat ze de christelijke SGP en het vrijzinnige D66 bij elkaar kan brengen. 'Ouders moeten een school kunnen kiezen die aansluit bij de gezinssituatie', legt Roelof Bisschop uit. 'Als kinderen later keuzes moeten maken, moeten ze wel weten hoe en waarom.'

'Kinderen verschillen, dus scholen ook', stelt Paul van Meenen daar tegenover. 'Scholen moeten hun eigen didactische visie kunnen hebben.' De vrijheid van onderwijs is te vergelijken met de vrijheid van meningsuiting, filosofeert Van Meenen. 'Je moet daar heel gelimiteerd inbreuk op maken. Dat is wel hoe de inspectie het onderwijs tegemoet treedt.'

De inspectie, ondertussen, wil niks weten van een beperking van haar taak. 'De naleving van de deugdelijkheidseisen alleen garandeert geen goed onderwijs', gaf zij de opstellers van het wetsontwerp te verstaan.

Meedoen aan het pilotproject voor regelluwe scholen Ron de Bruijn Directeur OBS De Venen, Reeuwijk

'Goede scholen kunnen met minder regels toe. Daar geloof ik erg in. Neem de overload aan toetsen in het basisonderwijs. Ze zorgen voor een enorme werkdruk, terwijl niet altijd duidelijk is wat de meerwaarde is. Ik zou een deel van die toetsen schrappen. Ook hoeft de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen niet zo nauwkeurig bijgehouden te worden. Het kost veel tijd, terwijl elke leraar een extra zintuig heeft dat registreert of er iets mis is met een kind.

En ik heb meer ideeën voor een regelluwe school - verantwoorde ideeën, want de veranderingen moeten goed doordacht zijn. Zo kunnen leerkrachten veel van elkaar leren door elkaars lessen te bezoeken. Probleem is dat er dan een klas zonder leerkracht zit. Ik zou dan graag een onderwijsassistent voor de klas te zetten. Wat niet mag, maar prima kan: de leerkracht zet de kinderen aan het werk, de assistent houdt ze vervolgens in de gaten.'

Het toezicht van de Onderwijsinspectie is doorgeschoten
Gijsbert van der Beek Rector Altena College, Sleeuwijk

'Volgens artikel 23 van de Grondwet mogen scholen zelf bepalen hoe ze het onderwijs organiseren. In de praktijk is dat niet zo. De overheid probeert steeds meer grip te krijgen op scholen.

Ik kreeg de rillingen toen ik het nieuwe toezichtkader zag, dat de inspectie gebruikt om scholen te beoordelen. De gedetailleerdheid is absurd! Ik geloof dat een inspecteur een school op meer dan 150 dingen moet beoordelen. Er staat bijvoorbeeld in hoe een leraar zijn les moet organiseren, en dat een middelbare school vaksecties moet hebben. Daar moet de inspectie zich niet mee bemoeien.

Dat de politiek tot in detail wil bepalen wat er in de scholen gebeurt, is dom. Mensen gaan zich op de regels richten en vergeten hun idealen te volgen. Dan bevorderen ze sommige leerlingen niet naar de examenklas, omdat deze twijfelgevallen de examencijfers volgend jaar wel eens omlaag zouden kunnen halen. Zulk strategisch gedrag lok je uit met strenge inspectieregels.'

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden