De koning moet België redden
De gemoederen tussen de Vlaamse en de Franstalige politieke partijen in België zijn zo verhit, dat koning Albert II de komende dagen de partijvoorzitters ontbiedt op zijn paleis in Laken....
De crisis gaat dan ook dieper dan de vorming van een nieuwe regering. Er wordt ook onderhandeld over een staatshervorming. Daarover hebben de Vlamingen totaal andere opvattingen dan de Walen en Franstalige Brusselaars.
De Vlaamse partijen eisen eensgezind dat er bevoegdheden worden overgedragen van het federale niveau naar de regio’s. Zo willen ze meer zeggenschap over gezondheidszorg, criminaliteitspreventie en een aantal fiscale aspecten.
Maar ze stuiten al maanden op een even eensgezind ‘nee’ bezuiden de taalgrens. De Franstaligen vinden dat de Belgische staat feitelijk wordt uitgekleed. Ze vrezen bovendien dat Vlaanderen af wil van de ‘transfers’, de miljarden euro’s die jaarlijks van het rijkere Vlaanderen naar het armere Wallonië en Brussel stromen.
De Franstaligen hebben als reactie een eigen wensenlijst opgesteld. Zij willen onder meer als compensatie een uitbreiding van het tweetalige Brusselse gewest met een aantal Vlaamse gemeenten. In sommige van die randgemeenten is een meerderheid van de inwoners Franstalig.
Dat was de druppel die de emmer deed overlopen. Morrelen aan de taalgrens uit 1963 is volgens de Vlamingen pas écht de toekomst van België op het spel zetten. De impasse is compleet.
Het gebrek aan consensus is volgens formateur Leterme ‘een bedreiging voor de welvaart en het welzijn van de bevolking’ en voor het functioneren van België. ‘Het wederzijds respect voor elkaars taal, cultuur en eigenheid is essentieel.’ Daarom probeert de koning nu met zijn morele gezag de partijvoorzitters te bewegen tot bezinning en afkoeling.