De horizon eindigt heus niet bij Wolvega
De eindexamens zijn weer begonnen. Peentjes zweten voor bijna 200 duizend leerlingen in het voortgezet onderwijs. Redacteuren van de Volkskrant wagen zich de komende weken aan een opgave en doen daar in deze rubriek verslag van....
Uit puur verzet liep ik die eerste dag weg van school, om er vier jaar later van af te komen mét Fries diploma. Zo was het mooi geweest, besloot ik, mijn ambities reikten verder dan Wolvega. De melodie van It feintsje fan Menaam, door meester Stienstra d'r in gedrild, wiste ik uit mijn geheugen. En nu zit ik ineens in een oud gymlokaal van het Bogerman College in Sneek, wachtend tot de opgaven van het vwo examen Fries op mijn tafeltje worden gelegd. 'Bist der klear foar', vraagt docent Doede ter Luin monter. Ja hoor, voer de druk maar op. Douwe Willemsma, die daarvoor in de lerarenkamer vermoedelijk al heeft geconstateerd dat mijn vocabulaire schrikbarende hiaten vertoont, zegt dat hij mij straks wel een bakkie koffie komt brengen. Vier examenkandidaten zijn er, vier meisjes - Inkje, Judith, Sygrid en Wietske. Ach, hoe moeilijk kan het zijn? Ik luister geregeld naar Omrop Fryslân, heb weleens een boek gelezen van Hylke Speerstra en de afgelopen weken heb ik mijn geheugen opgefrist met een cd van Piter Wilkens. Daar gaat-ie. Het examen bestaat uit negentien vragen, waarvan vier multiple choice. Ook moeten we een krityske reaksje schrijven op tekst 1 en een gearfetting (samenvatting) maken van 200 woorden van tekst 2. Eerst maar 'ns rustig lezen. Tekst 1, over de positie van de Leeuwarder Courant in de provincie en het toekomstperspectief van de krant, leest vlot weg. Ik betrap mijzelf op een uitstekend humeur. Maar bij vraag 1 drijft prompt een depressie mijn hoofd binnen: a? c? d? b valt af. . . Hoewel? Nog eens lezen. De twijfel blijft. Eerst vraag 2 maar. Per vraag neemt vervolgens mijn zelfvertrouwen toe, zeker als meester Willemsma langsloopt en mij bemoedigend toefluistert dat ik al moai op streek bin. Vraag 1 niet vergeten. Kom op, nú kiezen, ik zit hier toch zeker niet echt examen te doen?! D. Snel raffel ik de resterende vragen van tekst 1 af en ga naar tekst 2, een artikel over de dilemma's van de huidige landbouw. Foute boel. In regel 3 staat het woord tûkelteammen (voetangels) en beter had mijn plotse gemoedstoestand niet omschreven kunnen worden. Ik word weer dat jongetje op het schoolplein. Fries, wat heb je d'r aan? Denk maar niet dat je daarmee indruk maakt tijdens een sollicitatie in Hilversum, laat staan dat je er een taxichauffeur in Tokio mee de goeie kant opkrijgt. Na twee uur en drie kwartier legt Inkje als eerste van ons de pen neer. Was wel te doen, zegt ze. Thuis praten ze Fries en ze vindt dat het culturele erfgoed van haar provincie gekoesterd moet worden. De andere drie sluiten zich bij die woorden aan. Straks gaan ze studeren, Frans, pedagogiek en biologie. Dat ze Fries hebben gekozen wil niet zeggen dat hun horizon bij Wolvega eindigt.