De halsbandparkiet

Jean-Pierre Geelen bezingt de schoonheid van de allochtone halsbandparkiet.

Door Jean-Pierre Geelen

Alarm! Een gifgroen gevaar bedreigt ons. Het was zes jaar geleden al voorpaginanieuws in De Telegraaf, dus het moet wel waar zijn: ‘Indiase halsbandparkiet verjaagt onze specht’. De halsbandparkiet? Dat zijn toch die lollige groene papegaaitjes die je in het park zo vrolijk heen en weer ziet kwetteren? Juist. De vogel, afkomstig uit India en Afrika, liftte in 1968 mee op de migratiegolf. Het eerste (vermoedelijk uit een kooi ontsnapte) exemplaar werd in Den Haag gezien, en conform de tijdgeest vreedzaam getolereerd, zo niet liefdevol omarmd. Niemand die besefte welk multicultureel drama dreigde.

Wat? Halsbandparkiet (Psittacula krameri)
Waar? In stadsparken in de Randstad
Wanneer? Het gehele jaar
Kenmerken? Fel groen gekleurd, luidruchtige, schelle roep
Groot? Tussen de 30 en 40 centimeter
]]>

Afgelopen weken bereikte het beestje de Tweede Kamer, eerder dan de wasbeer. CDA-Kamerlid Henk Jan Ormel wilde de ongenode gast vogelvrij verklaren. Afmaken, verdrijven, verwijderen. ‘Nederland is geen safaripark’, zei hij nog ferm.

Vanwaar toch die Haagse haat jegens vreemdelingen? Misschien is de bron van het kwaad een stukje in het AD vorig jaar: honderden exemplaren waren neergestreken op het Korte Voorhout en – we citeren – ‘schijten rijksambtenaren letterlijk op hun hoofd’. Een ambtenaar: ‘Zo rond het spitsuur komen ze aan. Lekker hoor, net als iedereen naar buiten moet.’

Tegenstanders vinden de allochtoon de pest voor de woningmarkt: de parkiet zou ‘onze’ spechten, spreeuwen, kauwtjes, mezen en boomklevers van hun zijn nestplaatsen beroven. Eigen vogels eerst. Vreemd: in de veertig jaar van de halsbandparkiet is geen van die vogels er in Nederland op achteruitgegaan. Ormel voelde zich gewoon bescheten.

Ziet hij niet hoe aandoenlijk ze zijn, deze kosmopolitische feestbeesten, die in groepen van soms vele tientallen de straten en parken van Amsterdam, Den Haag/Voorburg, Rotterdam en Haarlem opvrolijken met hun schelle trompetten? Die lange pijlstaart, dat groen, helderder dan jonge veldsla, die rozebottelrode kromsnavel als de feestelijke kers in een bakje appelmoes van het wegrestaurant. Aaibaar tot in de hoogste graad, al is hij daar te schuw voor. Met een verrekijker zie je bij mannetjes een zwart streepje van de bovenkant snavel naar het midden van het geel omrande oog. Daaronder zie je zijn naam: onder zijn kop draagt hij een dun zwart halsbandje, een sieraad – vast een goedkoop prul uit zo’n ver vakantieland, maar het doet het leuk bij de vrouwtjes. Dat moet wel, want de parkiet plant zich gestaag voort. In verscheidene steden zijn al meer dan drieduizend vogels geteld.

Schilder Jan van Eyck beeldde ooit Jezus uit af met een halsbandparkiet. Gebeurde wel vaker in de 15de vijftiende en 16de zestiende eeuw. Zoals publicist Hans Ulrich eens schreef: ‘De symbolische betekenis kan ik niet achterhalen, maar een vogel die al in de vijftiende eeuw wordt geschilderd, kan onmogelijk vreemd zijn.’

Het huiswerk voor deze week: wandel naar het stadspark, zie ze vliegen en feliciteer uzelf met uw eerste geheel klimaatneutrale reis naar de tropen.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden