De Glazen Koets, zeker zo mooi als die andere
Voor het eerst sinds 1923 wordt vandaag op Prinsjesdag de Glazen Koets weer gebruikt. Geheel gerestaureerd.
Dat werd afgelopen week terloops bekend gemaakt tijdens een perspresentatie in de Koninklijk Stallen. De restauratie van de Glazen Koets, tussen 2008 en 2015, heeft 1,2 miljoen euro gekost. Naar verwachting zal voor de opknapbeurt van de Gouden Koets de komende jaren een vergelijkbaar bedrag nodig zijn.
Het noemen van de bedragen was opmerkelijk, omdat minister-president Rutte het in februari nog glashard weigerde toen D66-leider Pechtold ernaar vroeg. De Tweede Kamer mocht het niet weten, omdat de informatie zou raken aan 'de persoonlijke levenssfeer van de koning'. In de Grondwet staat immers: 'De Koning richt, met inachtneming van het openbaar belang, zijn Huis in.'
De restauraties worden betaald uit het reguliere begrotingshoofdstuk I, dat aan het Koninklijk Huis is gewijd. Er is geen extra belastinggeld mee gemoeid. Dus vond Rutte dat hij kon zwijgen. Hij beloofde advies in te winnen bij de Raad van State of hij meer mocht vertellen.
Maar zie. Een half jaar nadien had stalmeester Bert Wassenaar, lid van de hofhouding van koning Willem-Alexander, bij de ontvangst voor journalisten toch een fiat om man en paard te noemen.
Oudste rijtuig
'Ongelooflijk jammer dat Rutte steeds meent krampachtig armpje te moeten drukken met de Tweede Kamer over de financiën van het Koninklijk Huis', zegt Pechtold. 'En steeds zijn er twee verliezers. Rutte zelf, omdat het vroeg of laat toch openbaar wordt. En de koning, omdat hij door Rutte kwetsbaar wordt gemaakt. Communiceer open! Ik zal hier bij de begrotingsbehandeling dit najaar zeker vragen over stellen.'
De Glazen Koets is het oudste rijtuig uit de Koninklijke Stallen. Het werd in België gebouwd en in 1826 in gebruik genomen door koning Willem I, toen België en Nederland nog één koninkrijk waren. Koning Willem III en koningin Wilhelmina (Willem II was een paardrijder) gebruikten de koets ook, maar in 1898 diende zich een concurrent aan. De Amsterdamse bevolking schonk Wilhelmina ter gelegenheid van haar inhuldiging de Gouden Koets.
Wilhelmina was niet dol op dit cadeau, dat zich als bijnaam verwierf: 'Mooi van verre, verre van mooi'. Ze liet de koets de eerste jaren staan, maar zwichtte toch. Daarmee raakte de Glazen Koets langzaam uit beeld. Op Prinsjesdag werd hij voor het laatst in 1923 gebruikt. In 1966 kreeg het rijtuig nog een rol bij het huwelijk van Beatrix en Claus. Die zaten in de Gouden Koets. Juliana, Bernhard en de moeder van Claus reden in de Glazen Koets.
En nu is hij dus terug. Bij de restauratie werden onderstel, kast, bok en stoffering grondig onder handen genomen. Dat gaat met de Gouden Koets ook gebeuren. Die is inmiddels al gedemonteerd. Hout, verf, borduursels - alles wordt bekeken. Daarna worden offertes aangevraagd. Een deel van het herstel kan in de Koninklijke Stallen zelf gebeuren, maar veel gaat ook naar ateliers in binnen- en buitenland. Mede daarom is er veel tijd mee gemoeid.
Kroongoederen
De Glazen Koets werd na de restauratie, voorjaar 2015, tijdelijk tentoongesteld in het Louwman Museum in Den Haag, waar hij werd onthuld door koning Willem-Alexander. Glazen Koets en Gouden Koets maken deel uit van de Stichting Kroongoederen van het Huis Oranje-Nassau. Daarin zijn de roerende zaken ondergebracht die nodig zijn voor de uitoefening van 'de koninklijke waardigheid', zoals de regalia (kroon, scepter, rijksappel), ceremoniële serviezen en tafelzilver. Willem-Alexander is de enige bestuurder.
Voor de restauratie van de Gouden Koets is een begeleidingscommissie ingesteld, die het staldepartement tijdens het hele proces advies geeft. Daarin zitten emeritus hoogleraar Anne van Grevestein-Kruse, eerder betrokken bij de restauratie van de Oranjezaal in Huis ten Bosch; Susan Lammers, directeur Kennis en Advies bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed; en Judikje Kiers, directeur van Amsterdam Museum.